Titel: | Obedient Unto Death - A Panzer Grenadier of the Leibstandarte- SS Adolf Hitler Reports |
Auteur: | Werner Kindler |
Uitgever: | Pen & Sword Books Ltd |
Gepubliceerd: | 2014, oorspronkelijke Duitse versie in 2010, getiteld "Mit Goldener Nahkampfspange" |
Pagina's: | 194 |
Taal: | Engels |
ISBN: | 9781848327344 |
Review: |
Werner Kindler was een geboren Volksdeutscher, hetgeen betekende dat hij niet voor een oproep voor militaire dienst in de Wehrmacht in aanmerking kwam. Hij beschrijft in zijn memoires de zes jaren die hij in de Waffen-SS diende (waar hij dus wel bij ingelijfd kon worden). Hij baseert zijn herinneringen op gesprekken met veteranen die hij gedurende 25 jaar na de oorlog, tussen 1985 en 2010, voerde met lotgenoten maar ook op documenten, zoals de oorlogsdagboeken van het 2. SS-Panzer Grenadier Regiment en operationele rapporten. Al deze referenties zijn nauwkeurig geannoteerd. De bedoeling van de auteur is dat het boek leest als een rondleiding langs feitelijkheden en dat alles gerapporteerd wordt "zoals het in werkelijkheid was". Dat maakt het boek geen ontspannende lectuur. Het leest als een militair verslag vol met afkortingen, die weliswaar altijd één keer voluit geschreven zijn, maar toch een staccato veroorzaken dat erg ambtelijk aandoet. Het voorwoord door Charles Messenger (20 jarige militaire carrière in het Royal Tank Regiment) is opzienbarend omdat het de auteur van dit boek ongenadig de maat neemt. Hij wijst erop dat Kindler inderdaad onverbloemd in het boek over zijn militaire activiteiten in de Waffen-SS de Duitse inval in Polen omlijst met uitspraken dat de Polen provocerende grensoverschrijdingen zouden hebben bedreven. En ook de oorlog met de Sovjet-Unie een verdedigingsoorlog van de Duitsers noemt omdat "het Rode Leger klaarstond om Duitsland binnen te vallen". Dus geheel in lijn met de propaganda van die dagen. En wanneer het gaat om de werkelijke strijd en hoe hij die ervoer, lees je weinig over wat hij voelde, behalve dat hij nauwkeurig noteert "dat het weer een dag was die telde voor medailles en onderscheidingen". Kindler eindigde in de oorlog als een van meest onderscheiden "gemeen soldaten" met 84 bevestigde dagen van man-tot-man gevechten waarvoor hij de gouden speld ontving. Daarbij werd hij onderscheiden met het Duitse Kruis in Goud, het IJzeren Kruis Eerste- en Tweede Klasse, de Medaille van het Oostfront en de Gouden Gewonden-Badge. Vanaf november 1942 werden bevestigingen van man-tot-man gevechten door ‘het regiment’ doorgestuurd per dagorder. De compagniecommandant diende dan aan te geven wie er bij het man-tegen-man gevecht betrokken waren geweest en bij die soldaten werd dat dan vermeld in hun ‘Soldbuch’. Na vijftig van zulke notities geaccumuleerd te hebben had Grenadier Kindler recht op een gouden gesp en daarmee tevens op het Duitse Gouden Kruis en kon hij rekenen op speciale erkenning en aandacht van het Reich. De schrijver is vrijwel op alle fronten in actie is geweest: hij was bij de inval in Nederland in mei 1940, en kwam via Noord Frankrijk in 1943 aan het Oostfront waar hij de slag om Kharkov meemaakte. Daarna vocht hij (steeds in een ‘gepantserd personenvoertuig’) om de stad Byelgorod en bereidden zij zich voor op de strijd om Kursk. Nergens refereert hij aan de slag om Stalingrad of het lot van de Duitse legereenheden bij de val van die stad. In de zomer van 1943 werd zijn afdeling in Noord-Italië geplaatst, om de Italiaanse overlopers te ontwapenen. Daarna werden ze in november van 1943 weer naar het oosten gezonden en vochten ze (de weg terug) zuidelijk van de Pripet moerassen. Tussen de bedrijven door beklaagde Kindler zich regelmatig dat hij maar geen bevordering kreeg. Hij bleef steeds als Grenadier bij de Leibstandarte Adolf Hitler en die werd naar Vlaanderen gestuurd ‘om te hergroeperen’. Aldus kwam hij in juni 1944 aan de Belgische kust terecht waar hij, nog steeds van mening dat de landingen in Normandië een afleidingsmanoeuvre waren, deel nam aan de blokkade van de optrekkende geallieerden naar Antwerpen. Ze werden betrokken bij de verdediging van Caen. Veel van de aanhalingen uit dagboeken van zijn compagniemakkers gaan over de uitgedeelde onderscheidingen en waarvoor die werden uitgereikt. Uiteindelijk namen ze deel aan het Ardennenoffensief, maar werden, zoals bekend, teruggedreven naar hun vaderland. Om op 8 mei 1945, vóór de Russen uit, zich aan de Amerikanen over te geven. Kindler ontsnapte uit zijn krijgsgevangenschap en werd herenigd met zijn familie uit West-Pruisen, vond een baan in West-Duitsland en stichtte een familie. Als laatste deelt hij nog een sneer uit aan het adres van de Amerikanen die een aantal van zijn bataljoncommandanten tot de dood veroordeelden wegens het executeren van krijgsgevangenen in de Ardennen (Malmédy). Hij geeft wel toe dat de doodstraffen in een later stadium gereduceerd werden tot levenslang en ook dat die na een jaar of tien werden kwijtgescholden. Om kort te gaan: het blijft een boek waarvan de titel aangeeft uit welke hoek de wind waait. Misschien is het voor belangstellenden van de Tweede Wereldoorlog een interessante invalshoek, maar wie verwacht iets op te steken over de militaire strategie of de overlevingstactiek van een pantserwapen, komt niet echt aan zijn trekken. Wel wordt nauwkeurig gedocumenteerd waar de SS-Leibstandarte Adolf Hitler zich wanneer bevond in de Tweede Wereldoorlog. |
Review: | Matig |