Titel: | Bittere Tranen - Jodenvervolging in Tiel en omgeving |
Schrijver: | Tjeerd Vrij |
Uitgever: | Verbum |
Uitgebracht: | januari 2010 |
Pagina's: | 251 |
ISBN: | 9789074274418 |
Omschrijving: |
Over het onmenselijke karakter van de vervolging en de enorme omvang van de vernietiging van de Europese Joden is inmiddels een indrukwekkende reeks publicaties verschenen. Uitgeverij Verbum heeft er sinds haar oprichting in 2005 al een serie van op de markt gebracht en daar zal in 2010 weer een aantal boeken aan worden toegevoegd. Daaronder Bittere Tranen van Tjeerd Vrij, onderwijskundige en organisatieadviseur uit Tiel. Vrij beschrijft het verhaal van de Joodse bevolking in Tiel en de omliggende dorpen Lienden, Ochten, Ophemert en Wadenooijen. Een kleine gemeenschap, die bij het uitbreken van de oorlog bestond uit 59 personen in Tiel en 17 in de Betuwse dorpen, keurig verdeeld ….in elk van de vier dorpen één gezin. Vervolgens wordt beschreven hoe vanaf de eerste dagen in mei 1940 door de bezetter steeds weer nieuwe maatregelen werden afgekondigd. Hoe steeds meer de bewegingsvrijheid van de joodse bevolking werd ingeperkt, hoe hen het werken eerst moeilijker en daarna onmogelijk werd gemaakt, hoe hun bedrijven werden onteigend, hoe hun gelden werden geconfisceerd en hoe hun huizen met alle bezittingen werden ingepikt. De auteur staat daarbij stil bij de rol van de Tielse pers (Tielsche Courant, Nieuwe Tielsche Courant, De Waalbode en De Teisterbander) in de anti-Joodse propaganda, de handelswijze van de politie en ambtenaren en het gedrag van burgemeester in oorlogstijd, mr. Nicolaas Cambier van Nooten. Dit alles resulterend in twee razzia’s op dinsdag 17 november 1942 en vrijdag 9 april 1943. De eerste razzia mislukte door het optreden van korpschef J. S. de Jong, een heldendaad die echter geheel in de vergetelheid is geraakt. Hij zorgde dat iedereen werd gewaarschuwd en zich tijdelijk snel uit de voeten kon maken. Slechts de 63-jarige Rika van der Horst, alleenstaand en met een zwakke gezondheid, werd opgepakt. Ze werd naar Westerbork gebracht, daar op 24 november doorgestuurd naar Auschwitz waar ze op 27 november, amper tien dagen na haar arrestatie, direct werd vermoord. In april 1943 werden 21 personen gearresteerd, die via Westerbork naar Sobibor werden afgevoerd. Slechts drie van hen zullen de kampen overleven. Het grootste deel van de Joodse bevolking in Tiel e.o. overleefde de oorlog echter, 70% van hen om precies te zijn. Bijna zonder uitzondering omdat men tijdig heeft weten onder te duiken. Het hoge aantal overlevenden stelt de schrijver ook in staat op basis van interviews of na bestudering van getuigenissen die ze hebben nagelaten, de ervaringen van de Joodse overlevenden op schrift te stellen. Cruciale vraag voor Vrij, waarom was in Tiel de overlevingskans zo groot? Landelijk scoort Nederland namelijk heel slecht. Maar liefst 73% van de 140.000 Nederlandse Joden werd vermoord, een schril contrast met omringende landen als België (44%), Frankrijk en Duitsland (25%) en Denemarken (2%). Vrij betoogt met overtuiging dat voor de grote overlevingskans in Tiel twee redenen doorslaggevend zijn: een pro-actieve houding en het kunnen beschikken over financiële middelen. Ook het merendeel van degenen die in april 1943 werden opgepakt zou graag zijn ondergedoken, maar hadden óf niet het daarvoor gewenste netwerk óf niet de noodzakelijke middelen. Meestal trouwens beiden niet. Zodat de familie Van Blijdestein een goed onderduikadres kon vinden en de armlastige Van Buuren thuis de komst van de politie afwachtte. Al lezend was er soms toch het gevoel dat misstanden bij degenen die onderduik verschaften meer aandacht kregen. Zoals ook de houding van ambtenaren, politie en burgemeester erg hard wordt neergezet. “De gemeente had de stortvloed aan Joodse maatregelen met grote ijver uitgevoerd”, staat op pagina 102 te lezen. Op pagina 220 wordt gesproken over “…de grote betrokkenheid van lokale ambtenaren bij de uitvoering van alle anti-Joodse maatregelen in Tiel”. In de eindconclusie op pagina 222: “De actieve rol van de Tielse ambtenaren en de grotendeels passieve houding van de Tielse bevolking…” Grote ijver, grote betrokkenheid en actieve rol, eigenlijk staat hier en in soortgelijke omschrijvingen elders in het boek dat de voltallige ambtenarij zich schuldig heeft gemaakt aan collaboratie of toch op zijn minst heel erg voortvarend en op eigen initiatief te werk ging. Dat is echter ook het enige minpuntje dat ik tegenkom en doet verder ook niks af aan het boek. Er staat namelijk onnoemelijk veel positiefs tegenover. Het is een mooi en deugdelijk overzicht van de geschiedenis van de Joodse bevolking in Tiel en omgeving. Compact geschreven, dus geen overbodige uitwijdingen en overvoering van details. Voorzien van foto’s uit de privé-archieven van de betreffende families, hetgeen het inlevingsvermogen ten goede komt. Alle relevante literatuur is er keurig op nageslagen, er is gedegen eigen onderzoek gedaan en de vormgeving door de uitgever is goed. Voor iedereen die geïnteresseerd is in de regionale geschiedenis van Tiel en omgeving is het boek bijna een must. Aan de schijnbaar eindeloze reeks verhalen over de ondergang van de Joodse bevolking is weer een klein diamantje toegevoegd. |
Beoordeling: | Goed |