STOLPERSTEINE / STRUIKELSTENEN
Op 07-04-2014 zijn hier in Wolvega drie Stolpersteine gelegd voor:
Emanuel Mendels
Elsje Mendels-Davidson
Abraham Delmonte.
Abraham Mendels en Mina Davidson traden in het huwelijk op 27-07-1873 in de Friese gemeente Lemsterland.
Zij kregen negen kinderen waarvan de laatste twee al op jonge leeftijd overleden; van de andere zeven zijn er zes omgebracht in Duitse vernietigingskampen in Polen.
• Pietje Mendels 13-9-1874 / 14-1-1943 Auschwitz
• Betje Mendels 28-9-1876 / 14-9-1942 omgeving Auschwitz
• Emanuel Mendels 2-11-1878 /1-1-1944 Birkenau
• Salomo Mendels 4-10-1880 / 8-8-1965 Utrecht (overleefde de oorlog)
• Hendrica Mendels 14-4-1882 /2-4-1943 Sobibor
• Vroukje Mendels 24-01-1884 / 14-2-1884 Wolvega
• Levi Mendels 7-8-1885 / 2-4-1943 Sobibor
• Marcus Mendels 21-10-1887 / 9-5-1891 Wolvega
• Sara Mendels 26-3-1891 / 27-8-1943 Auschwitz
Op 16-11-1906 (eveneens in Lemsterland) trouwden Emanuel Mendels en Elsje Davidson, hun huwelijk bleef kinderloos, maar wel ontfermden zij zich vanaf 27-09-1910 als pleegouders over de 2-jarige Abraham Delmonte, zoon van Emanuels zus Betje.
Emanuel was mede-eigenaar van een succesvolle exportslachterij. Hij werd op 14-12-1942 gearresteerd door de Duitsers, overgebracht naar doorgangskamp Westerbork, en van daaruit getransporteerd naar Auschwitz. In het bijkamp Birkenau werd hij vermoord, als datum van overlijden staat 01-01-1944 vermeld.
Elsje werd op 13-03-1884 in Lemmer geboren als dochter van Marcus Davidson en Froukje Velleman. Enkele maanden na haar echtgenoot, namelijk op 16-03-1943, werd zij opgepakt en direct de dag nadien vanuit Westerbork gedeporteerd naar Sobibór waar zij op 20-03-1943 om het leven werd gebracht.
Abraham Delmonte kwam op 10-01-1908 in Amsterdam ter wereld als zoon van Emanuel Delmonte en Betje Mendels, uit dit huwelijk werden ook Jacob, Salomon en Mina geboren.
Vader Emanuel overleed op 08-11-1918, zijn moeder werd om het leven gebracht in Auschwitz op 14-09-1942.
Ook de overige kinderen werden met hun gezinnen omgebracht in de Duitse vernietigingskampen; de zoon van Jacob, de op 24-03-1943 geboren Emanuel, overleefde de oorlog dankzij een onderduikadres.
Emanuel Mendel was samen met zijn in Meppel wonende broer Salomo Mendels en de familie Slager uit Steenwijk eigenaar van de succesvolle ‘Wolvegaster Exportslachterij NV’. Salomo pakt na de bevrijding de export van vlees uit Wolvega weer op. De slachterij wordt in 1952 samengevoegd met slachterij Van de Bend in Zwolle. Salomo verhuist vanuit zijn woonplaats Meppel naar Utrecht, waar hij in 1965 op 84 jarige leeftijd overlijdt. Salomo trouwde met de in 1878 in Almelo geboren Evelina Haas. Het echtpaar kreeg vier kinderen: Mina (1912), Rebekka (1913), Esther (1915) en Benjamin (1916).
In de jaren voor de oorlog, was Abraham als boekhouder werkzaam in de slachterij van Emanuel Mendels, ten tijde van de Duitse inval op 10-05-1940, diende hij als sergeant van de Bevrijdingstroepen in Amsterdam.
Na het vernietigende Duitse bombardement op Rotterdam (14-05-1940), capituleerde Nederland, voor Abraham was dit reden voor suïcide de dag nadien. "Tot zelfmoord gedreven" luidt de tekst die aangebracht is in de stolperstein die ter zijn nagedachtenis is gelegd. Hij overleed in het Militair Hospitaal van Amsterdam en is begraven op de Portugees-Joodse begraafplaats in Ouderkerk aan de Amstel waar ook zijn vader de laatste rustplaats kreeg.
Ter nagedachtenis zijn de stolpersteine op 07-04-2014 gelegd aan de Van Helomalaan 10, maar een "verwarde man" heeft deze eind februari 2015 verwijderd. Hoewel de stolpersteine terug werden gevonden, bleken deze dusdanig beschadigd dat herplaatsing onmogelijk bleek, maar al snel werd besloten nieuwe te laten vervaardigen en deze zijn ook daadwerkelijk aangebracht in het trottoir.
Ook Emanuels zus Hendrica en broer Levi woonden in Wolvega; zij zijn eveneens door de Duitsers opgepakt en vermoord in Sobibór, voor hen zijn stolpersteine geplaatst aan de Hoofdstraat West 38. Hun namen staan ook vermeld op het glazen Oorlogsmonument bij de Joodse Begraafplaats aan de Schapendrift in Noordwolde.
De Duitse kunstenaar Gunter Demnig begon in 1997 met het leggen van de eerste Stolperstein in de Berlijnse wijk Kreuzberg.
Inmiddels liggen er in vele landen al Stolpersteine.
Het is een herinnering aan de Holocaust in de Tweede Wereldoorlog.
Een Stolperstein is een betonnen steen van 10 x 10cm, met aan de bovenkant een messing plaatje waarin de naam, geboorte- en overlijdensdatum en de plaats van overlijden wordt gestanst.
De Stolperstein wordt geplaatst in de stoep voor het voormalige woonhuis van het slachtoffer.
Gunter Demnig geeft zo ieder slachtoffer een eigen monument.
Zijn motto is: 'EEN MENS IS PAS VERGETEN ALS ZIJN OF HAAR NAAM VERGETEN IS'.
Borne was de eerste plaats in Nederland waar Stolpersteine zijn gelegd.
Dit gebeurde op 29-11-2007.
Heeft u zelf meer informatie over deze locatie? Lever het aan!