Tekst op het monument:
"Gebogen maar niet gebroken."
De propeller in het monument maakte deel uit van de Hawker Typhoon PD477, sign code XM-P met Bill Cuthbertson als piloot. De Britse Warrant Officer Cuthbertson was ingedeeld bij 182 Squadron en gestationeerd op Advanced Landing Ground (ALG) B.78, oftewel vliegveld Eindhoven. De geallieerden gebruikten deze codes voor vliegvelden hoofdzakelijk om de Duitsers te misleiden. Het Squadron 182 van Cuthbertson vloog met jachtbommenwerpers van het type Hawker Typhoon. Ter ondersteuning van de grondtroepen in de strijd om Sevenum en Horst voerde het Squadron aanvallen uit op gronddoelen. Op 12 oktober moesten in de omgeving alle bruggen, transportmiddelen en ook Duitse troepen bestookt worden. Als gevolg hiervan kregen de Maasdorpen het zwaar te voorduren. Tijdens de middagaanval op Horst werd Cuthbertson in zijn Typhoon PD477 getroffen door luchtafweergeschut bij Oostrum.
De kogels schakelden niet alleen de motor uit, ook het landingsgestel werd geraakt en het werd de piloot duidelijk dat hij zijn basis in Eindhoven niet meer kon bereiken. Hij vloog ook nog eens te laag om met behulp van zijn parachute te springen. Dus probeerde hij, langs de spoorlijn vliegend, de Engelse liniest te bereiken. Ook dat bleek onmogelijk en het toestel zakte steeds verder naar beneden, richting een aardappelveld. Ongelukkigerwijs raakte Cuthbertson’s toestel de toppen van de bomen langs de Kevelaersedijk, dook vervolgens loodrecht naar beneden de sloot in langs de weg en kantelde zijwaards. De piloot sprong direct na de landing uit het toestel en sprak wat later een tweetal toeschouwers aan. Dat waren mevrouw Bertrams en haar dochter Drika. Ze namen hem snel mee naar hun boerderij. Door gebarentaal wisten die hem duidelijk te maken dat hij zich zo snel mogelijk moest verbergen voor de Duitsers. Gelukkig kwam Bert Jacobs, ook bekend als Mechelen Bert d ie als boerenknecht bij de Nies werkte binnen lopen. Hij bracht Bill met spoed naar de pastorie in Hegelsom waar de pastoor hem verstopte op de zolder van het gemeenschapshuis. Een half uurtje later kwam een Duitse soldaat poolshoogte nemen op de crash locatie. Hij verjoeg de nieuwsgierigen, maar piloot Cuthbertson was inmiddels verdwenen. Vanuit het Hegelsomse patronaat is hij naar De Zwarte Plak gebracht waar pilotenhelper Bert Poels er voor zorgde dat hij snel weer terug kon keren bij zijn eenheid in Eindhoven. Toen een Duitse bergingsploeg het wrak kwam opruimen, hadden omwonenden al allerlei onderdelen van en uit het vliegtuig gesloopt. De propeller bleef hierdoor bewaard uit de handen van de Duitsers en maakt tegenwoordig deel uit van het oorlogsmonument in Sevenum.
Een dorpsbewoner uit Sevenum heeft een stuk van een van de propellerbladen afgesneden met de bedoeling er een ploegschaar van te maken. Dit gedeeltelijk afgezaagde propellerblad werd later ingemetseld in de muur van het monument. In die dagen van de oorlog ontbrak het aan alles en de mensen waren erg inventief.(Wies Bertrams vertelde dat haar zus Truus de parachute van Bill had gevonden. Deze parachute werd haar echter afgenomen. Er is later een trouwjurk gemaakt van het stof van de parachute voor een van de meisjes uit de familie Kleuskens voor haar bruiloft.
Een viertal maanden later sloeg echter het noodlot toe voor Bill Cuthbertson.
Op 28 februari 1945 om 08.45 uur vertrok Squadron Leader Slug Murray met zes Hawker Typhoon jachtbommenwerpers vanaf Eindhoven voor een bewapende verkenningsvlucht naar het gebied Bremen-Osnabrück.
Flight Lieutenant Jack Taylor leidde de Blue sectie. Zijn nummer 2 was Warrant Officer
Bill Cuthbertson, die in oktober van het jaar daarvoor zelf met zijn toestel was neergeschoten in Sevenum NL, maar met hulp van de ondergrondse teruggekeerd was bij zijn eenheid in Eindhoven. Tijdens deze verkenningsvlucht zagen ze in de nabijheid van Bahnhof Drohne een goederentrein. Twee toestellen van de groep Typhoons voerden in een duikvlucht een aanval uit op deze trein. Het waren Bill Cuthbertson en Jack Taylor, terwijl de rest van de groep van bovenaf dekking gaf. Opeens was er een melding van Jack - "Ik ben geraakt". – Bill bleef om Jack heen cirkenen om te bezien hoe zijn noodlanding zou verlopen, maar ook hij werd intussen geraakt. Beiden maakten op de Bohmter Heide een geslaagde noodlanding en klommen ongedeerd uit hun cockpits, aldus hun maten in de lucht. Zij zagen vanuit de lucht toen overigens ook dat de trein die langs de hoofdspoorlijn lijn tot stilstand was gekomen, met luchtafweerbewapening was voorzien en ook dat er luchtafweerkanonnen verborgen stonden in de bossen rondom. De ongelukkige Bill Cuthbertson en Jack Taylor werden vrij snel na de crash gevangen genomen en ontwapend door leden van de Volkssturm. Vervolgens werden ze meegenomen naar Polizeiposten Bohmte, waarna Volkssturmführer F. König besloot de beide piloten om het leven te brengen. Hij en Volkssturm-lid August Bühning, zijn broer Friedrich en nog een andere betrokkene namen de beide Britse piloten naar een bos in de buurt van Bohmte en tegen twaalf uur die middag werden ze met 8 tot 12 pistoolschoten vermoord. De lichamen van beide piloten werden in een haastig gegraven kuil gegooid en met takken bedekt. Tegen de Gendarameriemeister vertelden zij later dat ze de beide piloten hadden neergeschoten tijdens een vluchtpoging. Jack Taylor en Bill Cuthbertson werden later herbegraven op Neuer Friedhof Lingen. In 1947 vonden ze hun permanente rustplaats op Reichswald Forest War Cemetery in Kleve (D)
De eigenlijke daders, Volkssturmführer König en August Bühning werden door de Britse Bezettingsrechtbank op 19 december 1945 ter dood veroordeeld. Het oordeel voor König en voor August Bühning werd voltrokken door ophanging van beiden . Voor Ortsgruppenleiter Friedrich Bühning en de andere medeplichtige werd de eerdere terdoodveroordeling later omgezet in een levenslange gevangenisstraf en in 1959 uiteindelijk tot vrijspraak.
Heeft u zelf meer informatie over deze locatie? Lever het aan!