Het museum werd in mei 1981 voor het eerst opengesteld voor publiek als resultaat van tien jaar onderzoek en voorbereiding.
Behalve dat het museum een eerbetoon wil zijn aan de geallieerde vliegeniers die voor onze vrijheid hun leven offerden, geeft deze permanente tentoonstelling een beeld van de technische kant van de luchtoorlog 1940-1945.
De Luchtmachten van Engeland, Amerika en Duitsland brachten veel verschillende typen vliegtuigen in de strijd. Van een aantal hiervan - die in de Achterhoek neerstortten - ziet u in onze expositie-ruimte wat onderdelen, zoals o.a. vliegtuigmotoren, propellers, landingsgestellen, stukken vleugels, zuurstoftanks en cockpit-instrumenten. Ook ziet u onderdelen die zich tijdens het neerstorten aan boord bevonden, zoals vlieguitrusting, navigatiemateriaal (vliegerkaarten), boordwapens, vliegtuigmunitie en radio-installaties.
Doordat de AVOG voortdurend bergingen verricht,groeit de collectie nog steeds
Tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn in ons land ongeveer 7500 vliegtuigen neergestort ; hiervan kwamen er circa 400 in de Achterhoek terecht. 90% van wat u in het museum ziet is sinds 1972 door ons opgegraven,de rest komt uit particulier bezit.
Van veel toestellen die opstegen in Engeland en Duitsland zijn de crashplaatsen nog steeds niet bekend, terwijl vaak ook de bemanningsleden nog als vermist te boek staan. Behalve dat de AVOG wil meehelpen deze z.g. vermistenlijsten in te korten, wil zij vooral een stuk geschiedenis van de Achterhoek bewaren voor de toekomst.
Voor de actuele bezoekersinformatie, kunt u terecht op de website van het museum.
Heeft u zelf meer informatie over deze locatie? Lever het aan!