Kamp Politieke Gevangenen Maastricht te Maastricht (Limburg) was een Bewarings- en verblijfskamp van september 1944 tot ongeveer 1951. "De Grote Looier" (in de volksmond) werd berucht vanwege de overbevolking.
Eind 1944 huisden er ongeveer 1400 gedetineerden en op zijn piek zo'n 2600 gedetineerden bij een maximale capaciteit in dit voormalige armenhuis en militair ziekenhuis van Maastricht voor 700 personen.
In januari 1945 zou een grote groep NSB-ers die bewaakt werd door de Sittardse Burgerwacht vanuit SIttard naar Maastricht worden overgeplaatst.
In januari 1945 zou dhr. C. van Oppen ook een artikel plaatsen in het dagblad Veritas met de kop "Dachau in Maastricht?" over het geen dat achter de muren plaats vond aan de Grote Looierstraat en hiermee een boekje open sloeg over het kamp. Een van de dingen die genoemd worden is dat er maar een kleine wasgelegenheid is met 12 kranen voor de aanwezige 1400 gevangen mensen (voor gebruik door zowel mannen als vrouwen).
In maart 1945 zou de Militaire Commissie in de Provincie Limburg onder leiding van Lt-Kolonel C.W.A. Schurman naar aanleiding van klachten over de omstandigheden onder de politieke gevangenen in het kamp een commissie opdragen om een onderzoek in te stellen. Deze commissie was onder leiding van voorzitter W Hustinx (vice-president bij de Arrondissements-Rechtbank te Maastricht) met de volgende leden: J. Steegmans (Pastoor Parochie St. Pieter en Aalmoezenier in het Kamp Politieke Gevangenen), H.P.J. Koenen (arts en plaats vervangend Inspecteur van de Volksgezondheid), E.A. Schoon (advocaat-procureur) en secretaris C. Paulussen (advocaat-procureur).
Een van de gevangenen hier was de beruchte oorlogsmisdadiger Francois Hubert Jaegers, die tijdens de oorlog verschillende personen had overgedragen aan de Gestapo door zich voor te doen als onderduiker. Hij wist hier in oktober 1945 te ontsnappen aan het gezag. Later zou alsnog de doodstraf tegen hem geeist worden door Baron van Voorst tot Voorst. Uiteindelijk zou hij in 1946 veroordeeld worden tot een gevangenisstraf van 15 jaar. De rechtbank achtte het bewezen dat hij ten tijde van de bezetting als vertrouwensman van de S.D. werkte en zich leende voor het uitoefenen van het beroep als agent-provocateur.
Tegenwoordig is het pand een Rijksmonument en is het onderdeel van de Universiteit van Maastricht (UM) en is het o.a. in gebruik als universiteits bibliotheek..
Heeft u zelf meer informatie over deze locatie? Lever het aan!