Deze Stolpersteine (ook wel Struikelstenen genoemd) herdenken:
familie Van Dam
Deze koperen plaquettes zijn in de stoep te vinden voor de huizen waarvan de voormalige, meestal Joodse, bewoners vermoord zijn door de Nazi’s. In de kleine, koperen plaatjes zijn de namen en de datum en plaats (meestal een concentratiekamp) waar zij vermoord zijn ingestanst.
In veel andere steden, vooral in Duitsland maar ook in andere Europese landen, komen deze monumentjes ook voor, en hun aantal, nu al vele duizenden, neemt nog steeds toe. Vrijwel alle Stolpersteine zijn gelegd door de Duitse kunstenaar zelf, Gunter Demnig.
SARA HENDRIKA VAN DAM
7 januari 1895 (Haarlem) - 30 april 1943 (Sobibor)
DUVENVOORDESTRAAT 110
Sara Hendrika van Dam groeide op in Haarlem in een gezin met een oudere broer, Jacob Alexander, en een jongere zus, Hendrika Clara. Zij deed de meisjesschool voor middelbaar onderwijs en slaagde in 1913 voor haar eindexamen aan de HBS. Daarna werkte zij als kantoorbediende. Na het huwelijk en vertrek van haar broer (1922) en de dood van hun vader (1925) en moeder (1937) bleef zij samen met haar jongere zus, Hendrika Clara, wonen in hun ouderlijk huis aan de Duvenvoordestraat 110. Beide zussen waren ongehuwd.
Op 29 oktober 1942 werd er een opsporingsbevel uitgevaardigd tegen Sara en haar zus Hendrika. Zij werden ervan verdacht ‘van woonplaats te zijn veranderd zonder daartoe de vereiste vergunning te hebben’. De zussen zaten dus ondergedoken. Onbekend is waar en door wie ze zijn verraden. Op 20 april 1943 zijn ze gedeporteerd naar Westerbork en een week later werd Sara op transport gezet naar Sobibor, waar ze meteen na aankomst is vermoord.
Transport van Westerbork naar Sobibor op 27 april 1943.
Vermoord in Sobibor op 30 april 1943.
Zij werd 48 jaar.
HENDRIKA CLARA VAN DAM
5 september 1896 (Haarlem) - 2 juli 1943 (Sobibor)
DUVENVOORDESTRAAT 110
Hendrika Clara van Dam woonde samen met haar oudere zus Sara in hun ouderlijk huis aan de Duvenvoordestraat 110. Zij was ongehuwd en volgens de registratiekaart van de Joodse raad zonder beroep. In 1942 dook zij samen met haar zus onder, zoals blijkt uit een opsporingsbevel van de Haarlemse politie. Zij moeten zijn verraden, want op 20 april 1943 isHendrika samen met haar zus Sara gedeporteerd naar Westerbork. Ruim twee maanden later is Hendrika op transport gezet naar Sobibor, waar ze meteen na aankomst is vermoord.
Transport van Westerbork naar Sobibor op 29 juni 1943.
Vermoord in Sobibor op 2 juli 1943.
Zij werd 46 jaar.
Heeft u zelf meer informatie over deze locatie? Lever het aan!