Eén van de vier T-hangaars die parallel aan de B-221 liggen.
In dit geval de op één na meest Noordelijke T-Hangaar.
Uit luchtfoto’s blijkt dat deze hangaars zijn gebouwd in de periode 1 januari tot 1 april 1944.
De constructie met betonnen prefab steunberen is kenmerkend voor de Duitse Fa. Deissel uit Düsseldorf. In Volkel zijn gedurende de oorlog door deze firma vergelijkbare hangaars gebouwd.
De Steunberen dienden om de schildakconstructie te dragen. Tussen de steunberen in werd een spouwmuur geplaatst welke volgestort werd met een mix van beton en losse bakstenen.
Dit laatste om ondanks de materiaal besparende maatregel, toch voldoende bescherming tegen scherfwerking te garanderen.
In deze hangaars zijn heden ten dage geen betonnen dekvloer of klinkers meer te zien.
Vanaf half 1942 werden de hangaars op Venlo niet meer voorzien van een betonnen dekvloer. In plaats daarvan kwam er een beklinkerde vloer in te liggen.
De klinkers waren identiek aan die in de Rollbanen lagen. Deze klinkers (zowel hangaar vloer als het gros van de Rollbanen) zijn na de oorlog hergebruikt voor de wederopbouw.
Het gerucht gaat dat deze hangaars nooit afgebouwd zijn omdat ze te ver van de Rollbanen en startbanen af lagen. Echter luchtfoto’s uit augustus 1944 laten deze vier hangaars volledig afgebouwd en in gebruik zien.
Specifiek kenmerkend voor deze hangaar is het ontbreken van grote stukken binnenmuur waardoor de in betonnen tussenlaag zichtbaar is. Wat hierbij opvalt is dat er nagenoeg geen puin of losse stenen rondom de hangaar liggen. Hetgeen ook weer duidt op hergebruik van materiaal ten goede van de wederopbouw. De dikke betonnen draagbalk die de dakconstructie ondersteunde is ook bij deze hangaar afwezig.
Heeft u zelf meer informatie over deze locatie? Lever het aan!