In de oorlog was dit in gebruik als steenfabriek voor de Duitsers en daarna als opslagplaats voor de vliegbasis.
De klei voor de fabriek werd gewonnen in de kleigaten naast de fabriek.
Het bos ernaast zit vol met gaten, dit zijn geen bomkraters, maar kleigaten, de aanwezige visvijvers (ooit zwemvijvers) zijn ook oude kleigaten. Na de oorlog is hier overtollige munitie in gegooid. Tot decennia na de oorlog ontploften er af en toe bommen, wat vissers deed opschrikken en de aanwezige vissen dode. De gaten zijn tot drie keer toe gesaneerd, de laatste sanering is grondig aangepakt, waarmee het gevaar op ontploffingen nu tot een minimum is gereduceerd.
De restanten van de fabriek zijn recent gesaneerd. Er zijn nog enkele funderingen, een stukje spoorlijn en ruïnes over. De voormalige kleigaten dienen nu als visvijver.
Historie in het kort:
1899. Twentse Stoomsteenfabriek Smulders & Mulder Starten productie met 70 arbeiders.
1902. Bouw drooginrichting boven en om de ringoven.
1908. Bouw paardenstal en twee grote droogloodsen van vier verdiepingen.
1909. Bouw van een kantoor.
1928. Bouw nieuwe en hogere schoorsteen.
1940. Fabriek wordt stilgelegd. De Duitsers namen het complex met spoorlijn en zwemvijver in gebruik. Er worden onder gezag van de Duitse bezetter nog 3 miljoen stenen vervaardigd voor de aanleg van het vliegveld.
1941. De 63 meter hoge schoorsteen wordt in verband met mogelijk gevaar voor landende vliegtuigen tot de helft ingekort.
1943. Een grote brand legde de drogerijen en de oven in as, waarop de Duitsers de oven afbraken. Daarna de rest van het gebouw in gebruik als opslagplaats. De drogerijen werden al gebruikt om hout en andere materialen voor de vliegbasis te drogen en of op te slaan.
Na de bevrijding was het bedrijf volkomen geruïneerd en werd het complex in 1949 door de gemeente opgekocht.
Heeft u zelf meer informatie over deze locatie? Lever het aan!