Op de Kleine Zavel waar ooit het "Hof van Coulemborg" en later een "Karmelietenklooster" (1612 – 1811) stond werd in 1813-1817 een mannengevangenis gebouwd. De gendarmerie in de voormalige pastorij ernaast werd al vlug omgebouwd tot een kazerne voor eerst het Oostenrijks, later het Frans en uiteindelijk het Hollands leger.
Na de onafhankelijkheid (1830) kwam er terug (Belgische) gendarmerie in de gebouwen en werd het later wederom door (Belgische) militairen overgenomen.
Het was het 20ste Bataljon Artillerie met rijschool dat zich in 1842 in de kazerne installeerde met 72 manschappen en 50 paarden.
Na een hevige manège-brand in 1846 verhuisde deze eenheid naar het "kleine" Ieper.
De gebouwen aan de Karmelietenstraat werden niet meer hersteld en er kwam een vrouwengevangenis. In 1886 werden er aan het gevangeniscomplex twee gebouwen opgetrokken om reeds soldaten van het Regiment der Grenadiers te kazerneren.
Bij de inval van de Duitse troepen op 4 augustus 1914 werd de Koninklijke Wacht ontbonden en verlieten deze Grenadiers de hoofdstad om de oostelijke grenzen te gaan verdedigen.
Zestien honderd grenadiers sneuvelden in de eerste oorlog.
Na de eerste wereldoorlog kwamen ze terug naar deze kazerne tot 1939.
Bij de mobilisatie in 1939 kon niemand vermoeden dat deze operatie zou leiden tot het definitief vertrek van de Grenadiers uit Brussel. In 1945 werd het Regiment namelijk hervormd tot een bataljon dat deel uitmaakte van de Belgische troepen in Duitsland. Enkel voor officiële ceremonies en wachtperiodes keerden ze nog terug naar Brussel.
Aan de ingang van de kazerne hangt een gedenkplaat in de twee landstalen :
" Prins Albrecht Kazerne
Het 1ste en 2de Regiment Grenadiers
vertrokken den 3en augustus 1914 uit dit kwartier
voor de verdediging van het vaderland.
1600 grenadiers vielen op het veld van eer "
Bron : Wikipedia
Heeft u zelf meer informatie over deze locatie? Lever het aan!