TracesOfWar heeft uw hulp nodig! Elke euro die u bijdraagt steunt enorm in het voortbestaan van deze website. Ga naar stiwot.nl en doneer!

Gedenktekens Spoorwegpersoneel Aarschot

Gedenkplaat voor de slachtoffers van het spoorwegpersoneel van het station van Aarschot.

De feiten
Wanneer de Duitse soldaten op 19 augustus 1914 rond 7.00 ‘s morgens het noorden van de stad Aarschot binnentrokken, vertrok ook de laatste trein volgeladen met vluchtelingen het station. Het station bleef tijdens de Eerste Wereldoorlog nagenoeg gespaard. Het knooppunt van spoorwegen was belangrijk om Duitse troepen en oorlogsmateriaal te transporteren. Het tramnet daarentegen dat de verbinding vormde met de stad en de dorpen in de regio werd systematisch gesloopt. Deze ontmanteling versterkte het isolement van de landelijke gemeenschappen.
De namenlijst van de slachtoffers op de gedenkplaat is erg lang. Dit zijn namen van spoorwegmannen die aan het station verbonden waren. Het zijn zowel slachtoffers tijdens de uitvoering van hun dienst, als vermoorde of aan het front gesneuvelde soldaten.

We zien de naam van François Chapeauville, stationschef en veteraan van 1870. Die ochtend van 19 augustus 1914 keert hij werkloos terug naar huis. Tegen de omstaanders zei hij nog: "De Duitsers vechten niet tegen burgers …". Deze woorden klinken vandaag naïef klinken wanneer we de tekst lezen die zijn weduwe invulde op het formulier voor oorlogsschade: "Woensdag 19 augustus 1914 rond 8.30 u zijn de bandieten ons huis binnengevallen; met kolfslagen hebben ze ons naar buiten gedreven; met de armen omhoog hebben wij in rangen gegaan tot aan de terechtstellingsplaats op 800 m van ons huis. Daar hebben ze mijn man gefusilleerd na zijn rechter kaak te hebben verbrijzeld. Alle bewoners van dezelfde huizenrij die daar bij hen waren, ondergingen hetzelfde lot, maar verscheidende zijn afgemaakt met kolfslagen en met de bajonet."

Over de gedenkplaat
Er is weinig geweten over de gedenkplaten die na de Eerste Wereldoorlog in de stations werden opgericht. Een en ander heeft te maken met het feit dat de exploitatie deels nog in handen was van privé-ondernemingen. In Aarschot was dit Grand Central Belge. Interessant is dat een exact dezelfde vormgeving van gedenkplaat te zien is in het station van Hasselt dat eveneens door de GCB uitgebaat werd.

Gedenkplaat voor de slachtoffers van het spoorwegpersoneel van het station van Aarschot.

De feiten
Zondag 7 mei 1944 was bewolkt en somber. Niemand verwachtte een aanval. Maar om 9.45 uur verscheen de eerste formatie Amerikaanse bommenwerpers en even later dreunde de aarde van het inslaande geweld. Een tweede en een derde bommengolf volgde. Het doelwit, het station van Aarschot, werd nauwelijks geraakt, maar in de buurt lagen vijftig woningen in puin en telde men zes dode burgers.

Enkele dagen later, op dinsdag 9 mei stegen meer dan 4.000 vliegtuigen vanuit Engeland op. Om 8.45 uur loeide in Aarschot de alarmsirene, maar de vliegtuigen trokken hoog in de lucht voorbij. De inwoners begonnen aarzelend terug aan hun dagelijkse bezigheden. Tot even later drie formaties bommenwerpers opnieuw dood en vernieling zaaiden in de stad. Het spoorwegcomplex, de straten rond het station en het begijnhof werden zwaar getroffen. De Onze-Lieve-Vrouwekerk werd zwaar beschadigd. Tientallen Duitse soldaten die op dat moment in de leerwerkschool aanwezig waren, lieten het leven. Treinreizigers die een veilig heenkomen zochten, werden gedood.
Op 11 mei ‘s avonds maakten 76 vliegtuigen het werk af. Ook nu was de schade aanzienlijk. Die nacht werd de hemel verlicht door het bombardement op Leuven. Op 22 mei verschenen opnieuw acht jachtbommenwerpers boven de stad. Op weg van Engeland naar het doel was de escorte weggevallen. Zonder deze bescherming van een escortemacht, lieten de vliegtuigen haastig hun bommen vallen.
Op die enkele dagen was de vernieling buitensporig hoog: meer dan een derde van de huizen werd verwoest en 44 Aarschottenaren lieten het leven.

Over de gedenkplaat
De plaat werd plechtig onthuld op 17 januari 1950. Een bewaarengel houdt een lauwerkrans vast, boven de woorden: ‘De spoorwegagenten van Aarschot voor hun diepbetreurde makkers’. Dan volgen negen namen van gevallen spoorwegmannen. Zes van hen lieten het leven bij de bombardementen op Aarschot.

Heeft u zelf meer informatie over deze locatie? Lever het aan!

Gebruikte bron(nen)

  • Tekst: Jan Rymenams
  • Foto's: Jan Rymenams