Op de Joodse Begraafplaats aan de Berkenheuveldreef in Vught werd in de Tweede Wereldoorlog het eerste slachtoffer van Kamp Vught begraven.
In januari 1943 werd daar Elias Koopman uit Amsterdam begraven, hij is de enige overledene die daar begraven is. Alle overige doden op Kamp Vught werden in Kamp Vught gecremeerd en uitgestrooid in de asputten op Kamp Vught.
Elias Koopman
Elias werd op 2 april 1862 in Amsterdam geboren als zoon van Isaac Emanuel Machiel Koopman (1813-1875) en Rebekka Elias Pothuis (1825-1881).
Hij trouwde daar op 27-12-1882 met Rebecca Abraham (1861-1925), hun enige kind dochter Sippora, zag het levenslicht in 1886 en zij overleed in 1930.
Op 16 januari 1943 werd Elias vanuit de Hollandse Schouwburg in zijn woonplaats overgebracht naar Kamp Vught (Konzentrationlager Herzogenbusch), waar hij diezelfde dag nog bezwijkt.
Hij is 80 jaar oud geworden, op zijn grafsteen is te lezen "Het graf verbrak zijn boeien".
Erna en Hadassa Heertjes
Salomon Heertjes (3 maart 1877, Zutphen) werd op 29 december 1907 Opperrabbijn voor Noord-Brabant en Limburg.
In 1911 trad hij in het huwelijk met Martha Meijers en samen kregen zij 5 dochters waaronder Erna Rosetta (13 september 1913) en Hadassa Henriëtte Elvira (7 november 1923).
Erna overlijdt op 23 januari 1945 in vernietigingskamp Auschwitz, slechts vier dagen voordat het vernietigingskamp werd bevrijd.
Hadassa wordt vanuit Kamp Westerbork op 4 mei 1943 gedeporteerd naar vernietigingskamp Sobibor waar zij direct na aankomst op 7 mei 1943 wordt vermoord.
Ter nagedachtenis aan deze twee dochters, staat op de achterzijde van de grafsteen van Salomon de tekst "Tevens ter herinnering aan zijn door de Duitschers weggevoerde dochters Erna en Hadassa".
Benjamin de Vries, Alida de Vries, Maria Fieyra-De Vries
Bij het graf van Mathilda de Vries (overleden in 1921?) staat een plaquette ter nagedachtenis aan Benjamin de Vries, Alida de Vries en Maria Fieyra-De Vries.
Maria (16 april 1887, Groningen), trouwde met de uit Amsterdam afkomstige Abraham Fieijra, samen kregen zij dochter Jenny (1 december 1912) en zoon Albert Davy (13 juni 1926).
Maria, Abraham en Albert zijn afzonderlijk van elkaar vanuit Kamp Westerbork op transport gezet naar verschillende vernietigingskampen.
Abraham (gestorven in Sobibór, 9 juli 1943) en Maria (overleden in Auschwitz, 26 maart 1944) overleden direct na aankomst, terwijl Albert nog ruim vier maanden gevangengezeten heeft in Auschwitz voordat hij daar op 31 maart 1944 werd vermoord, 17 jaar oud.
Heeft u zelf meer informatie over deze locatie? Lever het aan!