Periode:

Tweede Wereldoorlog (1939-1945)

Toegekend op:

3 juli 1941

Periode:

Tweede Wereldoorlog (1939-1945)

Toegekend op:

19 september 1941

Periode:

Tweede Wereldoorlog (1939-1945)

Toegekend op:

21 maart 1942

Bronzen versie.

Periode:

Tweede Wereldoorlog (1939-1945)

Toegekend op:

18 juli 1942

Periode:

Tweede Wereldoorlog (1939-1945)

Toegekend op:

18 oktober 1942

Periode:

Tweede Wereldoorlog (1939-1945)

Toegekend op:

15 oktober 1943

Periode:

Tweede Wereldoorlog (1939-1945)

Toegekend op:

18 december 1943

Periode:

Tweede Wereldoorlog (1939-1945)

Toegekend op:

6 januari 1944

Periode:

Tweede Wereldoorlog (1939-1945)

Rang:

Leutnant (2e Luitenant)

Eenheid:

5. Kompanie, II. Bataillon, Panzergrenadier-Regiment 156, 116. Panzer-Division, Heer

Toegekend op:

14 april 1945

In het volgende verslag vertelt Oberstleutnant Grollmann hoe Herbert Käseberg zijn Ritterkreuz verdiende.
Omdat het defensieve gevecht in het Reichswald voortduurde en nadat een tegenaanval door sterk vijandelijk vuur stagneerde, werd het Panzergrenadier-Regiment 156 op 14.02.1945 ingezet op de noordelijke en westelijke randen van het Staatsbos van Kleef. Het II./Panzergrenadier-Regiment 156 werd op de westelijke rand zo opgesteld dat 5.Kompanie in de noordwestelijke hoek lag terwijl een peloton een front naar het noorden had.
Onder sterk vijandelijk storend vuur werd deze positie in de nacht van 13 op 14.02.1945 ingenomen. Dit vuur werd gedurende de nacht sterker en tegen de morgen was het uitgegroeid tot een waar trommelvuur. Dit vuur werd versterkt door flankvuur vanaf de tegenover gelegen bosrand. Nadat dit inleidende vuur stopte begon de vijand om 09:00 uur vanuit het noorden via de spoorlijn op te trekken naar de noordwestelijke rand van het bos. De mannen van 5. Kompanie wachtten af en lieten de vijand hun positie naderen voordat ze met hun infanteriewapens een regen van vuur van zeer korte afstand losten. Slechts enkele delen van de vijandelijke troepenmacht hadden een kans te ontsnappen en deze vluchtten langs de spoorlijn naar het noorden.
Daardoor nauwelijks afgeschrikt hernieuwde de vijand zijn aanval op de noordwestelijk hoek vanuit een boerderij 400 meter verderop. De grenadiers van 5. Kompanie antwoordden nogmaals met sterk defensief vuur onder de inspirerende leiding van hun commandant, Leutnant Käseberg. De vijandelijke troepen die het overleefden vielen weer terug op hun startpositie.
Leutnant Käseberg zag duidelijk dat deze boerderij zeker het startpunt zou blijven voor verderer vijandelijke aanvallen. Hij nam de beslissing gebruik te maken van het moment van zwakte van de vijand om de boerderij in een eigen tegenaanval te veroveren. Aan het hoofd van zijn mannen begon hij aan die gedurfde operatie die slechts ondersteund werd door de infanteriewapens van de Kompanie. De kleine aanvalsgroep kwam onder zwaar defensief vuur en toch konden ze in de boerderij doordringen. In een gevecht van man tegen man veroverde het peloton van 5. Kompanie onder bevel van Leutnant Käseberg de boerderij en nam zo het startpunt voor vijandelijke tegenaanvallen in bezit.
De laatste vijandelijke verdediger was nauwelijks verdreven toen de vijand met 150 man een tegenaaanval lanceerde vanuit het dorp Niederdam. Zwaar vijandelijk vuur van alle soorten wapens kwam neer op de boerderij. Leutnant Käseberg realiseerde zich dat op dat moment de boerderij het brandpunt van zijn defensie was en hij verdedigde met zijn peloton dit nieuw veroverde terrein vastberaden.
De vijand probeerde nog twee keer deze sleutelstelling open te breken met aanvallen in de sterkte van een compagnie. Beide keren werden die teruggeslagen door het felle defensieve vuur van de vastberaden grenadiers die geen centimeter terrein prijs gaven.
Toen hij merkte dat de huidige aanpak niet werkte probeerde de vijand nu met kleine aanvalsgroepen door de posities van 5. Kompanie te breken, aanvallend vanuit het westen na een zware beschieting door de artillerie. Leutnant Käseberg haastte zich onmiddellijk naar deze brandhaard en van daaruit hield hij tot het laatste stand met zijn grenadiers, De vijand werd ook hier met zware verliezen teruggeslagen door het Duitse defensieve vuur waarbij het flankvuur vanaf de boerderij bijzonder dodelijk was.
Om ongeveer 15:30 probeerde de vijand nogmaals de Duitse stellingen te doorbreken met twee aanvalsgroepen van elk 30 man onder dekking van een rookgordijn. Ondanks de nieuwe tactiek mislukte deze aanval net als alle andere onder het vuur van zware Duitse mitrrailleurs van een afstand van ongeveer 50 meter.
Deze dag van harde gevechten eindigde ermee dat Käseberg en zijn Kompanie hun posities behielden waarbij ze de vijand zware verliezen hadden toegebracht. Door de moedige verdediging van deze positie was de vijand niet in staat het Duitse front naar het zuiden op te rollen, laat staan dat hij kon doorbreken naar Goch.
Leutnant Käseberg, de jonge leider van 5. Kompanie speelde nogmaals een grote rol bij het succes van zijn Kompanie net zoals hij dat had gedaan tijdens de zware gevechten in Rusland. Altijd zelf de vijandelijke bressen aanvallend met totale minachting voor zijn eigen veiligheid was hij voortdurend in staat zijn mannen aan te sporen alles te geven wat ze hadden. Hij eiste het uiterste van zowel zichzelf als van zijn grenadiers.