TracesOfWar heeft uw hulp nodig! Elke euro die u bijdraagt steunt enorm in het voortbestaan van deze website. Ga naar stiwot.nl en doneer!

Wood, James

Nationaliteit:
Britse

Biografie

Heeft u zelf meer informatie over deze persoon? Lever het aan!

Periode:
Tweede Wereldoorlog (1939-1945)
Rang:
Member
Eenheid:
A.R.P. Rescue Party, ARP Stoke Newington, Air Raid Precautions (ARP), Home Office, British Government
Toegekend op:
23 mei 1941
Aanbeveling:
Om ongeveer 20:30 op 10 oktober 1940 kwam een hoog explosieve bom neer in de tuinen van 182 en 184 Green Lanes, London N. 16, waarbij deze twee huizen geheel en nummer 186 gedeeltelijk verwoest werden.
Reddingsploeg No. 3 werd ter plaatse gestuurd en de leider, F.H. Tritt vond in nummer 186 een kind dat tussen twee vloeren zat opgesloten. Hij liet drie man achter om een beginnende brand te blussen en de vloer op te krikken en zette zijn verkenning voort. Het kind werd bevrijd en werd naar de praktijk van Dr. Stott gebracht, een paar huizen verderop maar bleek bij aankomst te zijn overleden.
Leider Tritt kroop vervolgens door het puin van nr. 184 en vond de bewoner, Mr, Emerson met oppervlakiige wonden aan zijn hoofd. Hij werd naar buiten geleid en zei dat zijn vrouw, zijn dochter Peggy, twee zoons Frank en Peter en een neef John nog onder het puin begraven lagen. Toen hij dit hoorde gaf Tritt Mr. Emerson voor behandeling over aan de leider van de brancardploeg, vroeg de plaatselijke leider nog een ploeg te sturen en ging het puin weer in. Hij vond Mrs. Emerson die tot haar middel bedolven was en met een ingestortte vloer op slechts centimeters van haar hoofd. Om haar te bereiken zou het puin dat de vloer steunde moeten worden verwijderd dus besloot hij haar van boven te bereiken. Dat werk gebeurde met behulp van Ploeg 6 die inmiddels was gearriveerd.
Op die manier werd Mrs. Emerson bereikt en Tritt en Wood van Ploeg 7 klommen van boven naar haar toe. Ze vertelde dat de rest van de familie nog verder naar beneden zat. De beide mannen begonnen met kleine schoppen te graven en maakten de hoofden van John en Peggy vrij. Op een stil moment kon men Peter horen roepen en Tritt maakte contact met hem. Ze vonden hem bekneld tussen een beddepoot op zijn ene schouder en een kachel op de andere. Hij was tot aan zijn schouders bedolven. Omdat hij zwakker leek te worden werd besloten hem eerst te bevrijden. De beddepoot werd weggezaagd en het gewicht van de kachel van zijn schouder gehaald; ondertussen gebruikte Tritt zijn eigen lichaam om de gewonde te beschermen tegen het voortdurend vallende puin. Het werd Peter zo gemakkelijk mogelijk gemaakt en hij kreeg wat water.
Ze gingen toen aan het werk om Mrs. Emerson en John uit te graven en ruimte te maken om Peggy en Peter te bevrijden. Veel van het puin moest met de hand in emmers worden gegooid omdat op sommige plekken de ruimte te nauw was om zelfs de kleine brandweerschoppen te kunnen gebruiken. Verschillende malen waren deze gewonden bijna bevrijd toen ze opnieuw onder vallend puin bedolven werden en al het werk opnieuw moest beginnen. Uiteindelijk werden ze eruit gehaald en doorgegeven aan andere reddingswerkers buiten. Na verder graven in steeds slechter wordende omstandigheden werd ook Peggy bevrijd.
Tritt en Wood begonnen toen aan de taak Peter eruit te krijgen maar voortdurend vallend puin maakte dit uitert moelijk en gevaarlijk. Tritt gebruikte weer zijn eigen lichaam om de gewonde jongen te beschermen maar ondanks dat raakte Peter nog enkele malen bedolven. Gedurende de nacht moest 2 maal een arts worden geroepen en hij gaf de gewonde elke keer een pil en een injectie. Uiteindelijk, 11,5 uur nadat ze ter plaatse waren gekomen, slaagden ze erin Peter te bevrijden en hij werd naar het dichtstbijzijnde hospitaal afgevoerd.
Tijdens de nacht werd 2 keer een aflossingsloeg op pad gestuurd zodat ploegen 3 en 6 voor een welverdiende rust naar het depot konden terugkeren maar omdat Peter Tritt had gesmeekt bij hem te blijven, weigerden zowel Tritt als Wood afgelost te worden en bleven doorwerken. Hun ploegleden stonden er op ook bij hen te blijven en bleven alle mogelijk hulp verlenen ondanks een zware regen van bomscherven.
De aanval van die nacht was lokaal gezien een bijzonder zware en het veilig signaal klonk pas om 06:00 op 11 oktober. Bommen kwamen vlakbij neer en het kanonvuur was intens. De voortdurende trillingen, samen met de natuurlijk verzakkingen veroorzaakten een voortdurend schuiven van het puin maar geen van de mannen in beide ploegen schonk aandacht aan zijn eigen veiligheid en bleven doorgaan met het reddingswerk waarbij elke man voor 10 werkte.
Tritt en Wood redden de levens van de hele familie Emerson door hun dapperheid en uitstekende voorbeeld van plichtsbesef; behalve dat van Peter die later helaas overleed. Ze lieten zich niet ontmoedigen door de uiterst gevaarlijke omstandigheden hoewel ze voortdurend gevaar liepen zelf bedolven te worden. Bovendien riskeerde Tritt blijvende verlamming door het gewicht van het puin op zijn rug.
George Medal

Bronnen

Foto