Wolfram Heinrich Friedrich Sievers (10 juli 1905 in Hildesheim – 2 juni 1948 in Landsberg am Lech) was bedrijfsleider van de nationaalsocialistische Forschungsgemeinschaft Deutsches Ahnenerbe.
Geboren als zoon van een evangelische kerkmuzikant ging Sievers tot 1922 naar het Gymnasium Andreanum in Hildesheim. Om een verwijzing vanwege zijn volkse familie te voorkomen, verliet hij vroegtijdig (in de bovenbouw) de school. Daaropvolgend leerde hij het beroep van boekhandelaar. Hij werd in 1929 lid van de NSDAP en maakte daar snel carrière. Of hij als lid van de rechte dissidentengroep rondom Friedrich Hielscher zich tegen het nationaalsocialisme had verzet is omstreden. In 1929 werd Sievers die sinds 1928 aan de universiteit van Stuttgart gastdocent was lid van de NS-studentenvereniging. In het jaar 1932 werd hij wetenschappelijk secretaris van Herman Wirth. Sievers gaf de vakken geschiedenis, filosofie en religiewetenschappen aan de technische universiteit van Stuttgart. In het jaar 1933 schreef hij zichzelf uit bij de kerk. Op 9 november 1935 werd Sievers lid van de SS waar hij de rang van Standartenführer innam.
Sinds de oprichting van de „Studiengesellschaft für Geistesurgeschichte ‘Deutsche Ahnenerbe‘" op 1 juli 1935 werkte Sievers daar als generaal-secretaris. Na een naamsverandering in het 1937 werd de vereniging "Das Ahnenerbe e.V." genoemd. Sievers’ positie was die van "Reichsgeschäftführer". Hij werd daarbij voorzitter van de vereniging Vrienden van de Germaanse Voorgeschiedenis en lid van de "Freundeskreis Reichsführer SS".
Tijdens de Tweede Wereldoorlog was Sievers eerst Generaltreuhänder voor de "Sicherung deutschen Kulturguts" in de nieuwe Duitse gebieden in het oosten. Dit was een eufemistische omschrijving van het roven van cultuur; bovendien coördineerde hij ook de cultuurroof door verschillende wetenschappers van het Entomologische Instituut van SS-voorouder onderzoek (Entomologisches Institut des Ahnenerbes) in het concentratiekamp Dachau. Sinds 1942 hoorde Sievers bij de adviesraad van het rijksinstituut voor onderzoek (Reichsforschungsrat). In deze functies was hij één van de verantwoordelijken voor de experimenten bij mensen en moorden in concentratiekampen.
Na de Tweede Wereldoorlog werd hij in het Neurenbergse doktorsproces in verband met dodelijke experimenten bij mensen aangeklaagd. Op 20 augustus 1947 werd hij als oorlogsmisdadiger ter dood veroordeeld en op 2 juni van het daaropvolgende jaar in het Justizvollzugsanstalt Landsberg geëxecuteerd.
De getuigen verklaring van Sievers in de eerste processen van Neurenberg was één van de belangrijkste aanleidingen voor het artsenproces van Neurenberg. Bij zijn verhoor werd een "skelettenverzameling" van de anatomie-professor August Hirt aan de Rijksuniversiteit Straßburg gevonden. Sievers had het bevel gegeven 112 Joodse gevangenen in concentratiekamp Natzweiler-Struthof te vermoorden om hun skeletten te prepareren. Dankzij een verzetsstrijder die in het geheim notities maakte was het mogelijk dat de slachtoffers tientallen jaren later geïdentificeerd konden worden.
Heeft u zelf meer informatie over deze persoon? Lever het aan!