Met het doel om naar Nederlands-Indië te reizen om zich bij het leger aan te sluiten, besluiten Bram Grisnig en een vriend om Nederland te ontvluchten.
Op 28 mei 1941 vertrekken zij richting Lyon en Toulouse. Daar ontmoeten zijn ander Nederanders. De vriend besluit dan terug te keren. Door geldgebrek zijn Grisnigt, Piet Hoekman en Koster in maart 1942 genoodzaakt terug keren naar Nederland om geld in te zamelen voor de groep Nederlanders waar Grisnigt onderdeel van is geworden. Dit lukt en ze reizen weer terug naar Zuid-Frankrijk. Daar aangekomen ziet Grinsnigt kans met behulp van het Nederlandse Consulaat naar Barcelona te komen. Het idee om naar Nederlands-Indië te komen is door de bezetting door Japan dan al losgelaten.
Grisnigt en Hoekman nemen op 1 juni 1942 een boot naar Curaçao en komen daar 27 juni aan. Op Curaçao monstert Grisnigt aan op het vrachtschip "De Rotterdam" die op 27.08.1942 120 zeemijl ten oosten van Kingston (Jamaica) door de U 511 wordt getorpedeerd. Grisnigt en de meeste opvarenden worden gered. Vanuit Cuba reist hij door naar Canada en ten slotte komt hij op 17 december 1942 aan in Glasgow.
Vervolgens wordt hij gerekruteerd door de Centrale Inlichtingendienst en door de Secret Intelligence Service opgeleid tot geheim agent.
In september 1943 wordt hij met Piet Hoekman bij Beugen gedropt. Vanuit Amsterdam verstuurt Grisnigt met zendapparatuur gecodeerde boodschappen naar Londen. Op 2 februari 1944 slaagt een eenheid van de Sicherheitsdienst erin Grisnigts seintoestel uit te peilen en wordt hij gearresteerd. Hij zit daarna vast in Haaren, Vught, Sachsenhausen, Neuengamme en Ravensbrück, waar hij in april 1945 werd bevrijd.
Heeft u zelf meer informatie over deze persoon? Lever het aan!