TracesOfWar heeft uw hulp nodig! Elke euro die u bijdraagt steunt enorm in het voortbestaan van deze website. Ga naar stiwot.nl en doneer!

Crinis, de, Maximinus Friedrich Alexander "Max"

Geboortedatum:
29 mei 1888 (Ehrenhausen bei Graz, Oostenrijk-Hongarije)
Overlijdensdatum:
2 mei 1945 (Stahnsdorf bei Berlin, Duitsland)
Dienstnummer:
SS-Nr. 276.171 / NSDAP-Nr. 688.247
Nationaliteit:
Oostenrijks (1938-1945, Reichsgau)

Biografie

Max de Crinis was een uit Oostenrijk afkomstige psychiater. In 1927 bezette hij een leerstoel in Graz. Hij sloot zich in 1931 aan bij de NSDAP en was bevriend met Sicherheitsdienst-leider Reinhard Heydrich. Na de aanslag op de Oostenrijkse bondskanselier Engelbert Dollfuss en de mislukte staatsgreep van de nazi’s vluchtte hij naar Duitsland, waar hij leider werd van de universitaire psychiatrische kliniek in Keulen. Hij verrichtte onder andere onderzoek naar schizofrenie.

In het universitair ziekenhuis Charité in Berlijn werd hij in 1938 aangesteld op de leerstoel voor psychiatrie, als opvolger van Karl Bonhoeffer, de vader van de in 1945 door de nazi’s terechtgestelde verzetsmannen Dietrich en Klaus. Daarnaast was De Crinis vanaf 1939 lid van de raad van toezicht van het Kaiser-Wilhelm-Institut voor hersenonderzoek.

Op 9 november 1939 speelde hij op uitnodiging van Walter Schellenberg, chef van de buitenlandsafdeling van de Sicherheitsdienst, de rol "kolonel Martini" tijdens het zogenoemde Venlo-incident, toen twee Britse geheim agenten in Venlo een ontmoeting dachten te hebben met leden van de Duitse oppositie, maar in werkelijk erin geluisd en opgepakt werden door de SD.

Als arts en SS’er had De Crinis een belangrijke rol binnen het euthanasieprogramma T4 van de nazi’s. Hij werkte mee aan het opstellen van de euthanasiewet. Daarmee was hij medeverantwoordelijk voor de moord op tienduizenden gehandicapten in nazi-Duitsland. Vanaf 1940 was hij tevens geneeskundig adviseur voor het rijksministerie voor de wetenschappen.

In 1944 werd hij wetenschappelijk adviseur van Karl Brandt, de gevolmachtigde voor het gezondheidswezen. In oktober van dat jaar werd hij leider van het instituut voor psychiatrie van de militair-medische academie en consulterend psychiater in het Duitse leger.

Op 2 mei 1945 pleegde De Crinis samen met zijn echtgenote zelfmoord door middel van het innemen van een cyaankalitablet. Zo ontsnapte hij aan vervolging door de geallieerden.

Bevorderingen:
18 februari 1936: SS-Untersturmführer
20 april 1937: SS-Obersturmführer
11 september 1938: SS-Hauptsturmführer
1 februari 1941: Oberfeldarzt
1 december 1942: Oberstarz
1942: SS-Standartenführer und beratender Psychiater der Waffen-SS
1944: Oberster beratender Heerespsychiater.

Heeft u zelf meer informatie over deze persoon? Lever het aan!

Toegekend op:
1936
SS-Zivilabzeichen
Periode:
Tweede Wereldoorlog (1939-1945)
Rang:
SS-Hauptsturmführer (Kapitein)
Eenheid:
SD-Auslandsnachrichtendienst, Sicherheitsdienst des Reichsführers-SS (SD)
Toegekend op:
12 november 1939
Voor diensten in de geheime SD operatie bij Venlo (het Venlo incident).

Persoonlijk uitgereikt door Adolf Hitler
Eisernes Kreuz 1. Klasse
Periode:
Tweede Wereldoorlog (1939-1945)
Rang:
SS-Hauptsturmführer (Kapitein)
Eenheid:
SD-Auslandsnachrichtendienst, Sicherheitsdienst des Reichsführers-SS (SD)
Toegekend op:
12 november 1939
Voor diensten in de geheime SD operatie bij Venlo (het Venlo incident).

Persoonlijk uitgereikt door Adolf Hitler
Eisernes Kreuz 2. Klasse
Periode:
Tweede Wereldoorlog (1939-1945)
Eenheid:
Oberfeldarzt
Toegekend op:
1941
Medaille zum Ehrenzeichen für Deutsche Volkspflege

Bronnen