- Periode:
- Tweede Wereldoorlog (1939-1945)
- Rang:
- Squadron Leader (Majoor-Vlieger)
- Eenheid:
- No. 166 Squadron, Royal Air Force
- Toegekend op:
- 10 november 1944
Aanbeveling:
Deze officier en vlieger waren respectievelijk piloot en navigator van een vliegtuig dat op een nacht in september 1944 was uitgestuurd voor een aanval op Neuss. Bij nadering van het doel werd het toestel door een jager aangevallen. Het gevecht eindigde met de vernietiging van het vijandelijke toestel dat in de lucht ontplofte. De bommenwerper had veel schade opgelopen. De rug- en staartkoepel waren vernield, de staartschutter was gedood. De radioinstallatie, veel instrumenten van de piloot en veel navigatiemiddelen waren onbruikbaar. Het hydraulische systeem was kapot zodat het niet meer mogelijk was, de bomdeuren mechanisch te openen. Toch vond Squadron Leader Rippingdale dat wanneer hij de bommen loste, het gewicht ervan de bomdeuren zou openen. Hij gaf het bevel en de bommen werden gelost. Er werd koers gezet naar huis en uiteindelijk werd een vliegveld bereikt en een veilige landing gemaakt. Onder moeilijke omstandigheden toonde Sq/Ldr Rippingdale uitzonderlijke bekwaamheid, inspirerend leiderschap en grote moed.
Sergeant Cridge bewees zich ook als een dapper en toegewijd bemanningslid. Tijdens het gevecht was hij door granaatscherven gewond geraakt aan zijn gezicht, zijn armen en zijn lichaam. Zijn eerste gedachte was zijn gezagvoerder alle steun te geven waartoe hij in staat was. Hoewel hij veel pijn leed en verzwakte door bloedverlies navigeerde hij met grote vaardigheid het toestel naar huis.
Gezamenlijke voordracht met
Sergeant Cridge