- Periode:
- Tweede Wereldoorlog (1939-1945)
- Rang:
- Sergeant
- Eenheid:
- No. 61 Squadron, Royal Air Force
- Toegekend op:
- 9 mei 1944
Aanbeveling:
Op een nacht in maart 1944 waren deze officier en vlieger respectievelijk piloot en radiotelegrafist van een vliegtuig dat was uitgestuurd voor een aanval op Neurenberg. Tijdens de vlucht werd het toestel aangevallen door een jager. Die werd verjaagd maar kort daarna vielen nog twee vijandelijke toestellen aan. Voordat ook die konden worden verdreven had de bommenwerper veel schade opgelopen. De stuurboordvleugel, de kleppen en de wielkasten werden allemaal door kogels getroffen. De rug- en neuskoepel werden beschadigd. De voorruit was verbrijzeld en andere delen van de constructie werden weggeschoten. Vier bemanningsleden raakten gewond. De meeste navigatie instrumenten waren onbruikbaar maar er werd koers gezet naar huis. Sergeant Chapman was gewond aan zijn rug, nek en hoofd maar bleef dapper op zijn post peilingen ontvangen die van onschatbare waarde waren bij het vaststellen van de positie van het vliegtuig in de diverse stadia van de thuisvlucht.Uiteindelijk werd de Engelse kust bereikt en Pilot Officer Freeman landde het toestel veilig hoewel de band van een van de wielen was lek geschoten. P/O Freeman toonde steeds grote deskundigheid, moed en vastberadenheid; Sgt Chapman bewees zich ook als een dapper bemanningslid.Pas toen het vliegtuig veilig was geland vertelde hij zijn gezagvoerder over zijn verwondingen. Hij stelde een uitmuntend voorbeeld.
Gelijktijdig toegekend aan Pilot Officer Freeman