- Periode:
- Tweede Wereldoorlog (1939-1945)
- Rang:
- Flight Lieutenant (Kapitein-Vlieger)
- Eenheid:
- No 419 (Moose) Squadron, Royal Canadian Air Force
- Toegekend op:
- 8 oktober 1946
Aanbeveling:
Op 8 april 1942 was Flight Lieutenant Brooks navigator/bommenrichter in een Wellington die was uitgestuurd om Hamburg te bombarderen. Voordat ze het doel bereikten vloog het toestel in brand en moest worden verlaten. F/Lt. Brooks landde bij Oldenburg. Ondanks een verwonding aan zijn knie werkte hij zijn parachute weg en probeerde aan arrestatie te ontkomen. Uiteindelijk deden zijn verwondingen zoveel pijn dat hij gedwongen was hulp te zoeken en toen hij dat deed werd hij overgedragen aan de Duitse autoriteiten. Hij werd op 16 april 1942 overgebracht naar een krijgsgevangenenkamp bij Lamsdorf en bleef daar tot 10 mei 1943. In die tijd deed F/Lt. Brooks twee mislukte pogingen om te ontsnappen en in mei 1943 slaagde hij er eindelijk in weg te komen en zich bij de partizanen te voegen en bleef bij hen totdat hij in januari 1945 door de Russen werd bevrijd. De eerste ontsnapping hield in het doorknippen van het prikkeldrasd voor het raam van de hut en ook de draden van een dubbele afrastering die sterk verlicht was en door bewakers werd bewaakt. F/Lt. Brooks en een metgezel slaagden hierin en reisden naar Charkov; ze reisden ’s nachts en hielden zich in leven met voedsel overgebleven uit Rode Kruispakketten; ze werden weer gepakt op grond van informatie die door pro-Duitse Polen was verstrekt. Na een lange ondervraging ging F/Lt. Brooks veertien dagen in eenzame opsluiting en toen dat voorbij was moest hij naar het ziekenhuis voor ernstige blaren op zijn voeten. Op 10 september 1942 deed F/Lt. Brooks een tweede sprong naar de vrijheid; ditmaal ontsnapte hij met nog vijf andere gevangenen vanaf de bovenste verdieping van een gebouw ondanks de gewapende bewaker op de begane grond. Hij liep naar Lünbeburg en verstopte zich met succes in een trein naar Wenen waar hij weer werd gearresteerd.
Terwijl hij op weg was naar een ander gevangenenkamp werd F/Lt. Brooks acht dagen lang opgesloten in een onderkomen en door een Duitse onderofficier zwaar mishandeld voor zijn ontsnappingspogingen. Toen hij in het kamp aankwam kreeg hij 14 dagen eenzame opsluiting. Uiteindelijk, in november 1942 werd F/Lt. Brooks te werk gesteld in een houtzagerij bij Tost. Daar bereidde hij een ontsnapping voor maar de Duitsers kwamen achter de bijzonderheden en hij werd gewaarschuwd dat hij gefusilleerd zou worden als hij nog een poging deed. Daardoor niet van de wijs gebracht veranderde deze officier zijn plannen. Hij legde diverse nuttige contacten met Polen buiten het kamp en verkreeg burgerkleding en kaarten. Op 10 mei 1943 zaagden hij en een sergeant de tralies voor de ramen door en ontsnapten. Ze slaagden erin, alle pogingen tot arrestatie met succes te ontwijken en bereikten Tsjechoslowakije waar ze ondergedoken bleven tot januari 1945. Gedurende de hele periode toonde F/Lt. Brooks grote vastberadenheid. Hij werd door straffen en moeilijkheden niet terneergeslagen of afgeschrikt om te proberen te ontsnappen en zelfs toen hij wist dat hij een getekend man was bleef hij plannen maken en pogingen doen om te ontsnappen.
Overhandigd door de Gouverneur-generaal in Government House op 14 november 1950