Rudolf (Rudi) Bloemgarten was een Nederlandse verzetsstrijder tijdens de Tweede Wereldoorlog. Hij was joods en student medicijnen aan de Universiteit van Amsterdam. Nadat de joodse studenten niet langer aan de universiteit welkom waren, dook hij onder en begon met valse papieren mee te werken in het verzet (Laatst bekende woonadres Meerhuizenstraat 12 2 hoog).
Vanaf augustus 1942 was Bloemgarten betrokken bij het vervaardigen en verspreiden van het illegale blad Rattenkruid. Ook sloot hij zich aan bij de verzetsgroep Groep 2000. Daarnaast verzorgde hij bonkaarten en vervalste hij persoonsbewijzen voor Joodse en andere onderduikers.
Op 2 februari 1943 wilde hij, naar aanleiding van de executie van tien gijzelaars in Bloemendaal, een aanslag plegen op de in 1941 tot procureur-generaal bij het Amsterdamse Gerechtshof benoemde NSB’er Feitsma. Bij de voordeur van Feitsma’s woning stond hij plotseling tegenover diens zoon, op wie hij schoot waardoor deze ernstig gewond raakte.
Begin 1943 nam Bloemgarten in Amsterdam deel aan een spoorwegsabotage bij Sloterdijk, een brandstichting in een bioscooptheater aan het Rembrandtplein en de aanslag op het Amsterdams Bevolkingsregister op 27 maart 1943 aan de Plantage Kerklaan hoek/Middenlaan te Amsterdam. Onder leiding van Gerrit Jan van der Veen en samen met Willem Arondeus, Johan Brouwer, Sam van Musschenbroek, Coos Hartogh, Henri Halberstadt, Karl Gröger, Guus Reitsma, Koen Lim-perg, Sjoerd Bakker, Cornelis Barentsen en Cornelis Roos drong hij vermomd als politieman het gebouw binnen en blies met explosieven het pand op. Door verraad pakte de Sicherheitsdienst de meeste plegers en helpers binnen twee weken op.
De eerste poging om Bloemgarten te arresteren was in Garderen, waar hij een kamer huurde.
Hij werd echter verraden door een Joodse V-Mann (een Vertrauensmann die infiltreerde in verzetsgroepen om deze te verraden) en werd hij kort na Garderen in Voorburg alsnog gearresteerd. Tijdens het proces op 18 juni 1943 voor het SS- und Polizeigericht, dat gehouden werd in het Koloniaal Instituut in Amsterdam, was hij één van de dertien personen die ter dood werden veroordeeld. Twaalf van de aanslagplegers werden op 1 juli geëxecuteerd, onder wie schilder en schrijver Willem Arondeus, de schrijver Johan Brouwer, de architect Koen Limperg en Bloemgarten.
Hij was verloofd met Hanny Levy. Zij ontsnapte uit Westerbork met hulp van Werner Stertzenbach en Trudy van Reemst, en overleefde de oorlog. In 2003 was ze aanwezig bij de presentatie van Het Verlaten Hotel, een boek waarin zij een van de hoofdrollen heeft. Ze overleed in 2010.
Vader Victor Bloemgarten werd in april 1943 in Brussel op straat gearresteerd. Als gevolg daarvan zijn ook zijn 86-jarige moeder Marie Anna Bloemgarten- Wesly en zijn zuster Leonie opgepakt. Via Mechelen zijn ze naar Auschwitz gedeporteerd. Victor Bloemgarten is nog enige tijd in kamp Monowitz tewerkgesteld.
Bernardine Hertog, de moeder van Rudolf was een maand eerder dan hij in het vernietigingskamp Sobibor vergast.
Drie kinderen van Victor en Bernardine, Hetty, Salvador (roepnaam Dorke) en Eddie hebben de oorlog overleefd.
Heeft u zelf meer informatie over deze persoon? Lever het aan!