Omdat hij zonder ouderlijke toestemming voor de R.A.F.V.R. werd geweigerd, hield Gareth Nowell vol en ging in 1936 als jachtpiloot in dienst. Toen hij in 1939 werd opgeroepen ging hij naar 87 Squadron en werd naar Frankrijk gestuurd. Tijdens de Duitse Blitzkrieg scoorde Nowell hoog in luchtgevechten waarvoo hij onderscheiden werd met een D.F.M. en een Gesp. Na een welverdiende rustperiode in Engeland werd hij bij 32 Squadron geplaatst en schoot op 23 mei 1940 een Me 109 neer maar hij werd door diverse andere neergehaald en raakte gewond aan zijn rechterarm en enkel. Boven Frankrijk sprong hij uit zijn brandende Hurricane en liep ernstige brandwonden op. Gelukkig werd hij uit Duinkerken naar Engeland geëvacueerd en werd, op het randje van de dood, enige tijd opgenomen in het ziekenhuis voordat hij aan een lange en langzame herstelperiode begon waarin hij intensief werd behandeld.
Hij kwam pas eind 1941 weer in dienst in de functie van Fighter Controller op Biggin Hill. Hij moest weer vechten voor toestemming om te vliegen. In juni 1943 slaagde hij er echter in bij 124 Squadron geplaatst te worden als operationeel vlieger en eiste overwinningenen op een Me 109 en een FW 190 op. In maart 1944 werd hij bij 616 Squadron geplaatst en hij beëindigde de oorlog als instructeur bij een O.T.U. met 16 overwinningen op zijn naam. Tegen het einde van de oorlog werd hij door een keuringscommissie medisch blijvend ongeschikt voor vliegen verklaard vanwege zijn permanente verwondingen en hij verliet in oktober 1945 de dienst met een invaliditeitspensioen. Hij was betrokken bij een aantal zakelijke ondernemingen en baantjes tot aan zijn pensinering in 1977. Hij publiceerde zijn mémoires: "Resurgam" in eigen beheer.
Heeft u zelf meer informatie over deze persoon? Lever het aan!