Woonde in Stevensweert. Zoon van Hubertus - Hubert - Boers (22 oktober 1888 Maasbracht) en Maria Elisabeth Stokbroekx (27 oktober 1882 Stevensweert - 22 juni 1964 Stevensweert). Ongehuwd. Smid. Rooms-Katholiek. Lid verzet onder de schuilnaam Harrie en behorend tot de LO-Stevensweert. De broers Henricus en Josephus Boers hielden zich vooral bezig met hulp aan krijgsgevangenen die uit Duitse kampen waren gevlucht. Via de vluchtroute Wessem/Maasbracht/Stevensweert werden door de groep, waarvan zij deel uit maakten, enkele honderden vluchtelingen over de grens gesluisd. De Sipo in Duisburg kwam er door verhoren van opgepakte Fransen en Walen achter dat in Zuid-Limburg een vluchtroute begon. Daarom werd op het hoofdkwartier aldaar besloten infiltranten in te zetten om de organisatie en de route in kaart te brengen en de helpers van de krijgsgevangenen te arresteren. Halverwege maart 1944 verschenen de Fransman J. Carteau en de tot Fransman genaturaliseerde Pool J. Wyniewsky bij de pastorie in het Limburgse Swalmen. Zij vertelden in minder dan twee dagen vanuit het Oost-Pruisische Königsberg naar Limburg te zijn gereisd. Hun verhaal en houding wekte wantrouwen op bij de vluchtelingenhelpers. Het duo werd door twee verzetsmensen geducht aan de tand gevoeld. De mannen gaven toe dat zij opdracht hadden gekregen de vluchtroute te verkennen. Op de avond van 17 maart 1944 werden Carteau en Wyniewsky, die in het pompstation bij de stuw in Maasbracht waren vastgehouden, in de bossen tussen de Napoleonweg en Beegden door leden van de KP-Helden geliquideerd. In de zomer van 1944 boekte de bezetter met een nieuwe infiltratie met de Belgen Devos uit Gent en Massart uit de buurt van Charleroi wel resultaat. Ofschoon opnieuw argwaan ontstond, werden de twee verder geholpen. Uiteindelijk kregen ze onderdak in een gecamoufleerde schuilkelder bij de ouders van de gebroeders Boers. Plotseling bleken de Belgen echter verdwenen te zijn. In eerste instantie gebeurde er niets, maar ongeveer anderhalve maand later, in de vroege ochtend van 29 augustus 1944, arresteerde de Sipo-Maastricht, geholpen door de Feldgendarmerie, het hele gezin Boers, vader, moeder en vier zonen. Ook op andere plaatsen werden helpers van de krijgsgevangenen opgepakt. Harrie en Sef Boers zijn op 3 september 1944 met achttien andere verzetsstrijders naar Kamp Vught overgebracht. Twee dagen later werden tien illegale werkers van deze groep, onder wie de beide broers, met een groot aantal medegedetineerden gefusilleerd. Hun namen worden vermeld op het gedenkteken op de fusilladeplaats en de herdenkingswand in het Nationaal Monument Kamp Vught. De namen van de twee broers staan bovendien op het oorlogsmonument in Stevensweert. Een broer van de beide slachtoffers - A. Boers - is op 5 september 1944 uit het huis van bewaring in Maastricht bevrijd.
Henricus en Josephus Boers zijn in het concentratiekamp Vught gecremeerd.
Heeft u zelf meer informatie over deze persoon? Lever het aan!