Woonde in Deventer, Kapjeswelle 1. Zoon van houthandelaar /brandweercommandant Antonie Adriaan – Tonie – Stoffel (7 maart 1887 Deventer – 10 december 1960 Deventer) en Maria Geertruida Udink ten Cate (8 april 1885 Enschede – 5 december 1971 Deventer). Ongehuwd. Student rechten. Lid verzet: studenten- en spoorwegverzet. Als een van de eersten van het Utrechtse studentencorps verzette hij zich tegen de maatregelen van de bezetter. Na verraad werd hij samen met twee collega-studenten tijdens een vergadering opgepakt. Via het huis van bewaring aan de Weteringschans in Amsterdam en Kamp Erica in Ommen is hij in het kader van de verplichte tewerkstelling naar Hamburg vervoerd. Tijdens een geallieerd bombardement op Hamburg wist Stoffel te ontsnappen. Via Bremen bereikte hij in oktober 1943 Deventer weer. Hij liet zich door het Aussenministerium, een studentengroep, wegens ziekte afkeuren voor arbeid in Duitsland. Wel nam hij het verzetswerk weer ter hand. Met andere verzetsmensen zette hij een koeriersdienst op ter voorbereiding van de spoorwegstaking in september 1944. Toen de stakingsoproep van de Nederlandse regering in Londen massaal werd opgevolgd, dook Stoffel onder op de houtwerf van zijn familie aan de Lagestraat in Deventer. Helaas liep hij op een ongelukkige manier in de armen van de Duitsers. Eind november 1944 arresteerden zij in Twente mensen van de spionagegroep Packard. Bij een van de arrestanten vonden zij een brief met Stoffels onderduikadres en wachtwoord. Op 28 november 1944 werd hij aangehouden en vastgezet in de landwachtkazerne aan de Assenstraat in Deventer. Later volgde overbrenging naar de Oxerhof in Colmschate. Begin maart 1945 zorgden nieuwe arrestaties voor nog meer belastend materiaal. Berends meldt uitdrukkelijk dat de SD in de regelmatig plaatsgevonden verhoren na zijn arrestatie nooit iets van hem te weten is gekomen. Terwijl hij nog werd verhoord, kwam het bevel dat 'terroristen' moesten worden gefusilleerd als wraak voor de aanslag, die in de nacht van 6 op 7 maart 1945 op Höherer SS- und Polizeiführer Hanns Albin Rauter was gepleegd. Met twintig andere gevangenen is hij naar buurtschap Woeste Hoeve afgevoerd. Zijn naam staat op de glazen gedenkplaat op de executieplaats en prijkt voorts op het oorlogsmonument aan de Verzetslaan - hoek Churchillplein in Deventer.
In eerste instantie begraven in een massagraf op Begraafplaats Heidehof in Ugchelen (Apeldoorn). Twee maal herbegraven, eerst op 8 mei 1945 met een aantal andere Deventer oorlogsslachtoffers op de Algemene Begraafplaats Steenbrugge in Diepenveen en later op het Nationaal Ereveld van de Oorlogsgravenstichting in Loenen, vak A, grafnummer 940.
Heeft u zelf meer informatie over deze persoon? Lever het aan!