- Periode:
- Tweede Wereldoorlog (1939-1945)
- Rang:
- Lieutenant Commander (Luitenant-ter-Zee 1e Klasse)
- Eenheid:
- F Section, Special Operations Executive (SOE), British Government
- Toegekend op:
- 1946
Aanbeveling:
Lt.-Comdr. O’Leary werd in april 1941 door de Franse poltie opgepakt tijdens operaties voor de zuidkust van Frankrijk. Hij ontsnapte op weg naar een Franse gevangenis en zette daarna een organisatie op om Geallieerde krijgsgevangenen en vluchtelingen te helpen ontsnappen. Door zijn vaardigheid en zijn voortdurende moed slaagde de organisatie er tussen april en augustus 1941 in ongeveer 150 officieren en manschappen, waarvan er velen van de RAF, te helpen ontsnappen. Met groeiend gevaar voor zichzelf was Lt.-Cmdr. O’Leary al gauw gedwongen zijn organisatie uit te breiden om een steeds groeiend aantal vluchtelingen te helpen. Om de leden zo hard mogelijk te laten werken en om hen vertrouwen te schenken, reisde hij regelmatig heen en weer tussen de Nederlandse grens en zuid Frankrijk via talloze Duitse controleposten en begeleidde zelf aantallen vluchtelingen. Als er sprake was van een groter risico dan normaal deed Lt.-Cmdr. O’Leary het werk zelf.
In maart 1943 werd hij door een lid van zijn groep aan de Gestapo verraden. Hij werd gearresteerd en onderworpen aan diverse martelingen in een poging hem de namen, verblijfplaatsen en taken van de andere leden te laten zeggen. Hij werd vier uur lang opgesloten in een ijskast, hij werd voortdurend afgeranseld maar hij gaf nooit enige informatie prijs die voor de vijand van nut kon zijn. Na nog meer wrede experimenten beschouwden de Duitsers hem als een hopeloos geval en stuurden hem naar een concentratiekamp waar hij nogmaals het slachtoffer van martelingen werd. Hij zat in Mauthausen, Natzweiler, Neubremm en uitendelijk in Dachau. Hij kwam bijna om het leven in de steengroeve van Neubremm waar hij bewusteloos werd geslagen.
Gedurende zijn tijd als gevangene ontbrak het Lt.-Cmdr. O’Leary nooit aan moed. Diverse gevangenen hebben getuigd dat zijn morele en fysieke invloed en steun hen het leven hebben gered. Na zijn bevrijding uit Dachau weigerde Lt.-Cmdr. O’Leary het kamp te verlaten – waar hij benoemd was tot “president” van alle gevangenen, waaronder enkele duizenden Russen – totdat hij er zich van had verzekerd dat al het mogelijke was gedaan om het lot van zijn kameraden te verzachten. Hij kreeg daarna de gelegenheid terug te keren naar zijn familie maar hij stond erop, naar Frankrijk terug te keren om de nog levende leden van zijn organisatie op te sporen en hen op alle mogelijke manieren te helpen.
Vanaf het moment van oprichting tot aan het einde van de oorlog was de groep van Lt.-Cmdr. O’Leary verantwoordelijk voor het redden en de geslaagde terugkeer van meer dan 600 Britse en Amerikaanse officieren en manschappen. Het is nu bekend dat meer dan 250 daarvan hun vrijheid direct aan Lt.-Cmdr. O’Leary te danken hebben wiens kracht en vastberadenheid tegen elke taak en tegen elk gevaar was opgewassen.