Woonde te Etersheim/Oosthuizen (Noord-Holland). Zoon van Johannes Stolp (veehouder, 18 april 1895 Beets) en Vrouwtje Hop (12 maart 1897 Warder). Huwde op 18 september 1940 met Hilliechien - Hilly - Meijer (20 februari 1916 – 30 oktober 2007 Groningen). Het echtpaar had twee kinderen. Landbouwer. Gereformeerd. Lid verzet behorend tot de KP Purmerend (Waterland) onder de schuilnaam Brandsma. Hij zorgde voor onderduikadressen, onder meer voor de joodse onderwijzeres Kaatje Cohen (1*) in Oosthuizen. Stolp betrok garagehouder Jan Kruizenga (2*) uit het Groningse Wirdumerdraai, die met zijn schoonzus Weike Meijer was getrouwd, bij zijn verzetswerk. Via Kruizenga kwam hij in contact met Tjaako Zijlema uit Garrelsweer (3*). Op verzoek van Stolp zette Zijlema de eerste stappen op verzetsgebied door op zijn verzoek gezochte illegale werkers enige tijd te huisvesten en geld voor hulp aan onderduikers op te halen. Zo zorgde hij ervoor dat de Groningers kennis maakten met de verrader Engelbertus Bernardus Brune (4*), die in de oorlogsjaren bekend stond als een gerespecteerd verzetsman. Indertijd moest Brune een tijdje uit Noord-Holland verdwijnen, omdat de grond hem daar te heet onder de voeten werd. Stolp was een van de verzetslieden met wie Brune samenwerkte. In de zomer van 1942 was Brune al eens door toedoen van provocateur Johnny de Droog (5*) gearresteerd. In ruil voor vrijlating beloofde hij toen met de SD samen te werken. Hij hervatte zijn verzetsactiviteiten. Uit wraak vatte Brune het plan op De Droog om te brengen. Dat werd bekend bij de Duitsers en het potentiële slachtoffer lapte hem er op 20 januari 1944 in Dieren voor de tweede keer bij. Opnieuw zegde hij toe met de bezetter samen te werken. Eén van de slachtoffers van Brune werd Stolp, die op 14 februari 1944 tijdens een persoonsbewijscontrole in de trein werd aangehouden. De verrader had de SD een signalement met een bijbehorende pasfoto van Stolp verstrekt (6*). De site van het Nationaal Monument Kamp Vught oppert de mogelijkheid dat Stolp op het moment van de arrestatie wapens bij zich had. Via de gevangenis in Scheveningen (Oranjehotel) kwam hij Vught terecht, waar hij kort voor de opheffing van het concentratiekamp op 5 september 1944 met vele andere gedetineerden werd doodgeschoten. Zijn naam staat op het oorlogsmonument in Oosthuizen, het gedenkteken op de fusilladeplaats en de herdenkingswand in het Nationaal Monument Kamp Vught.
(1*) Kaatje - Kitty - Cohen (25 november 1908 Garrelsweer – vermoord 6 maart 1944 Auschwitz, Polen), onderwijzeres in Ruinen, Pesse en Amersfoort, schuilnaam Katharina - Ina - Cleveringa, op 21 januari 1944 door de Duitsers opgepakt, op 3 maart 1944 vanuit Kamp Westerbork op transport gesteld.
(2*) Jan Kruizenga (17 september 1909 Wirdum, Groningen - 19 juli 1989 Coevorden), schuilnamen Jan, Piet en Ome Piet, als KP'er betrokken bij overvallen.
(3*) Tjaako Zijlema (6 oktober 1912 Ten Post - 13 juli 1979 Emmeloord), textielhandelaar/manufacturier, schuilnamen Willy, Wals, Keizer, Meyer, Anthonides, Max, Piet, Bakker, Janssens, Dikke, van 1943 leider van de verzetsgroep Beweging Zonder Naam, die na de oorlog groep-Zijlema werd genoemd.
(4*) Engelbertus Bernardus Brune (28 november 1901 Amsterdam - 3 juli 1967 Purmerend), schuilnamen Jo Visser, oom Jo. In november 1948 veroordeelde het Bijzonder Gerechtshof in Arnhem hem tot een gevangenisstraf van tien jaar, nadat er twaalf jaar celstraf tegen hem was geëist.
(5*) Johannes Mattheus de Droog (15 augustus 1893 Haarlem - 19 februari 1945 Gorssel). Er wordt van uitgegaan dat hij zelfmoord heeft gepleegd.
(6*) De twee kanten van het gedrag van Brune in de oorlog worden treffend uitgedrukt in de kop boven een artikel in Het Vrije Volk op 13 maart 1948: 'Brune, illegaal werker van formaat en ... knecht van de S.D. (site delpher.nl). De verzetsgroep van Groningen is niet door Brune verraden. Zie voor de verradersactiviteiten van Brune verder Wilgenburg, Hendrik August van.
Stolp is gecremeerd in het concentratiekamp Vught.
Heeft u zelf meer informatie over deze persoon? Lever het aan!