Woonde in Ingersoll, Ontario (Can). Zoon van Earl Stanley Jenvey en Mary Eunice Mitchell. Gehuwd met Boulah Marguerite Chamberlain. Flight lieutenant Royal Canadian Air Force. Armynumber J/11309, van RCAF 440 Squadron. De Canadees was onderscheiden met het Distinghuises Flying Cross en Mentioned in Despatches. Deze gecrashte en in Twenthe ondergedoken Canadees is gedood door de verrader en V-Mann Carl Ludwig Huschka (20 juli 1904 Arnhem - 23 november 1967 Amsterdam), die werkte onder de pseudoniemen Karel van der Voort, Jansen en Schreuder voor tweehonderd gulden per maand voor de Duitsers werkte. Op 24 juni 1952 is hij door de bijzondere strafkamer van de rechtbank in Zutphen veroordeeld tot twintig jaar gevangenisstraf en terbeschikkingstelling van de regering (de huidige tbs). Binnen het verzet vertrouwde men Huschka volkomen. Daarom liet men de gecrashte piloot Jenvey bij hem onderbrengen om deze naar Engeland te laten ontvluchten. Op 25 maart 1945 werden Huschka en Jenvey op de Hengelosestraat in Enschede geheel volgens een van tevoren opgemaakt plan aangehouden door inzittenden van een auto van de Feldgendarmerie. Jenvey moest achterin plaatsnemen naast de Oberleutnant Franz. Ter hoogte van de Bruggenmorsweg stopte de auto. Jenvey schopte de chauffeur in zijn nek en ontfutselde de Oberleutnant diens pistool en schreeuwde Carl Huschka om hulp. Terwijl de Duitser en de Canadees met elkaar streden stapte Huschka ook uit, pakte een vuurwapen uit zijn achterzak en schoot via het porteier in de richting van Jenvey. Die werd in de buikstreek geraakt. Zwaar gewond probeerde hij nog uit de auto te komen, maar wankelde over de treeplank van het voertuig naar buiten. Huschka had zijn verraderswerk goed uitgevoerd.
Heeft u zelf meer informatie over deze persoon? Lever het aan!