- Periode:
- Tweede Wereldoorlog (1939-1945)
- Rang:
- Flight Lieutenant (Kapitein-vlieger)
- Eenheid:
- No. 9 Squadron, Royal Air Force
- Toegekend op:
- 17 mei 1946
Aanbeveling:
In de nacht van 5 juni 1940 was Flight Lieutenant James tweede piloot van een Wellington bommenwerper die door vijandelijk luchtafweervuur werd geraakt en boven Nederland verlaten moest worden. Hij maakte een geslaagde landing per parachute ongeveer 40 kilometer ten zuiden van Rotterdam, gooide zijn uitrusting weg en ontweek enkele mensen die naderden maar werd vervolgens door de Duitsers gearresteerd.
Hij werd vier dagen voor ondervraging vastgehouden in Oberursel. Later werd hij naar Stalag Luft I bij Barth gestuurd van waaruit hij op 21 oktober 1941 een ontsnappingspoging deed tijdens een luchtaanval. Zijn poging, die hij ondernam nadat er een tunnel was gegraven, slaagde niet en voor straf kreeg hij 14 dagen eenzame opsluiting. In november 1941 werd hij gesnapt toen hij een tweede tunnel groef en werd veroordeeld tot nog eens 14 dagen eenzame opsluiting. Tijdens zijn verblijf in Stalag Luft I werkte hij mee aan de bouw van minstens vijf andere tunnels, allemaal zonder succes. Zijn volgende poging deed hij in juli 1942 terwijl hij in Stalag Luft III bij Sagan zat toen hij samen met een andere gevangene er in slaagde weg te sluipen tijdens een ziekenappèl en zich te verstoppen in een koeienstal. Daar begonnen ze een andere tunnel te graven maar die werd ontdekt toen hij 7 meter lang was. Hiervoor zat F/Lt James nog eens 14 daghen in de cel. In april 1943 begon hij met anderen aan de bouw van een tunnel waardoor 76 officieren ontsnapten maar helaas werden 50 officieren van de R.A.F. door de Duitsers neergeschoten toen ze probeerden te vluchten (Later bleek echter dat ze in koelen bloede waren vermoord. Vert.) F/Lt James slaagde er echter in weg te komen met burgerkleren en vervalste documenten en samen met 11 anderen nam hij de trein naar Oberohrsdorf en kwam daar de volgende morgen aan. Hier besloot de groep zich in paren te splitsen. F/Lt James en zijn metgezel liepen door het platteland naar Hirschberg maar werden door de Duitse politie opgepakt. F/Lt James werd uiteindelijk naar het concentratiekamp Sachsenhausen gestuurd waar hij met anderen in mei 1944 aan de bouw van een tunnel begon die 100 meter lang was en drie meter onder de grond lag. Op 23 september 1944 ontsnapte hij met vier anderen door deze tunnel. F/Lt James en een metgezel gingen op weg naar Rostock maar werden gearresteerd door leden van de Duitse Feldgendarmerie die hen terugstuurde naar het concentratiekamp waar ze in de cel werden gezet. F/Lt James zat van 6 oktober 1944 tot 15 februari 1945 in de cel. Hij werd uiteindelijk op 6 mei 1945 door Geallieerde troepen bevrijd.