Clyde J. Shelton werd op 13 december 1922 geboren. Eind 1939 voegde hij zich op 16-jarige leeftijd bij Battery E, 2nd Battalion, 131st Field Artillerie Regiment, 36th Infantry Division van de Texas National Guard. De eenheid werd op 25 november 1940 gemobiliseerd en gelegerd op Fair Park in Abilene, Texas. Clyde Shelton werd Private First Class als kanonnier van een 75 mm kanon van het 2nd Battalion. De eenheid werd eind 1941 losgemaakt uit de 36th Infantry Division en kreeg bevel naar de Filippijnen te gaan.
Hij scheepte zich in op de U.S.A.T. Republic in een konvooi, aangevoerd door de U.S.S. Pensacola. Het konvooi werd op 7 december 1941, toen het nog tussen Honolulu en Manilla op zee was, omgeleid naar Brisbane in Australië. Vanuit Australië werd de eenheid toegevoegd aan het 19th Bomb Squadron op de vliegbasis Singosari in Malang op Java. Toen de U.S. Air Force werd geëvacueerd, bleef de groep achter. Clyde Shelton werd op 10 maart 1942 op het eiland Madoera gevangen genomen. Hij werd eerst gevangen gezet in de haven van Soerabaya en later overgebracht naar een kamp op Java. Hij werd daarna aan boord van de Dai Nichi Maru naar Singapoer vervoerd en in Kamp Changi gevangen gezet. Daarna werd hij naar Nagasaki overgebracht naar het slavenkamp Fukuoka II om op de Kawaminami scheepswerf te werken. Na twee jaar werd hij overgebracht naar een gevangenkamp bij een kolenmijn in Orio in Japan. Clyde Shelton werd daar op 18 september 1945 bevrijd en uit Nagasaki geëvacueerd aan boord van het U.S.S. Haven hospitaalschip.
Op 29 september 1946 trouwde hij met Mary Frances Scott. Ze kregen twee dochters en één zoon: Clydene, Saundra en Scott O'Neal Shelton. Clyde J. Shelton stierf op 11 april 1997.
Heeft u zelf meer informatie over deze persoon? Lever het aan!