Periode:

Tweede Wereldoorlog (1939-1945)

Rang:

Sergeant

Eenheid:

B Company, 1st Battalion The Queen's Own Cameron Highlanders of Canada, 6th Canadian Infantry Brigade, 2nd Canadian Infantry Division, Canadian Army

Aanbeveling:
In de avond van 29 maart 1945 kreeg B Company van de Queens Own Cameron Highlanders of Canada, die gelegerd waren in in de buurt van Gendringen in Nederland opdracht om een 20 mans gevechtspatrouille naar Beeneburg te sturen, een boerderij ongeveer een kilometer verderop, als voorbereiding op verdere operaties van het bataljon.
Toen de patrouille het doel naderde, merkte men dat de boerderij sterk verdedigd werd. Sergeant Ruczak, die het bevel voerde over een van de drie secties van de patrouille, leidde zijn mannen achter de hoofdgroep van de gebouwen, verraste de wachtpost en nam drie man gevangen. Er werd gezien dat een man een nabij gelegen schuur in vluchtte en Sergeant Ruczak ging onmiddellijk achter hem aan. Toen hij de man de schuur in volgde stuitte hij op ongeveer 40 Duitsers die voorbereidingen troffen de schuur te verdedigen. Met veel geschreeuw en dreigende gebaren met zijn stengun wist hij de vijand te overbluffen om zich over te geven en nam zo eigenhandig 40 man gevangen. De patrouille nam in totaal 47 man gevangen.
Ongeveer een half uur later consolideerde B Company het doel en dezelfde patrouille werd nogmaals uitgezonden, dit keer naar een andere boerderij, ongeveer een kilometer verder. Gedurene de opmars kwam de patrouille onder zwaar klein kaliber vuur. Sergeant Ruczak ontdekte dat het vuur uit een sloot kwam recht voor hem uit. Terwijl de rest van de patrouiille bleef liggen leidde Sergeant Ruczak zijn mannen verder en plaatste zijn mannen met succes in een vuurlinie die de hoofdmacht van de patrouille kon dekken die daarna de vijand uit de sloot verdreef en twee man doodde.
Deze NCO was met zijn zeldzame moed en vastberadenheid verantwoordelijk voor het succes van de patrouille waardoor de compagnie het doel kon bereiken.