TracesOfWar heeft uw hulp nodig! Elke euro die u bijdraagt steunt enorm in het voortbestaan van deze website. Ga naar stiwot.nl en doneer!

Hull, Ceasar Barrand

Geboortedatum:
23 februari 1913 (Shangani, Rhodesië)
Overlijdensdatum:
7 september 1940 (Purley/Surrey, Groot-Brittannië)
Begraven op:
Oorlogsgraven van het Gemenebest St. Andrew Churchyard
Vak: E. Rij: 1. Graf: 477.
Dienstnummer:
37285, Royal Air Force
Nationaliteit:
Rhodesische (1923-1980, Britse Kolonie)

Biografie

Ceasar Hull werd op 26 februari 1914 geboren in de stad Shangani, Zuid-Rhodesië. De Hulls waren boeren. In zijn jeugd verhuisde de familie naar Swaziland en Ceasar voltooide zijn school op St. Johns College in Johannesburg. Hij was een kampioen in boksen en hoorde bij het Zuid-Afrikaanse boksteam bij de Empire Games in Wembley in Londen. Daarna keerde hij terug naar de boerderij van zijn familie in M'Babore, Swaziland voordat hij in dienst kwam van een mijnbouwbedrijf.

Toen solliciteerde hij bij de South African Air Force (SAAF) maar werd afgewezen omdat hij geen Afrikaans sprak. Hij werd cadet in de Transvaal Training Squadron van de Reserve Training School maar hij mocht niet overgeplaatst worden naar de reguliere SAAF vanwege zijn taalprobleem. Hij zette toch door en verkreeg een kort-dienstverbandaanstelling met proeftijd en senioriteit bij de Royal Air Force als Acting Pilot Officer.
Ceasar reisde in september 1935 naar Engeland en werd bij No. 3 Flying Training School geplaatst. Hij voltooide zijn opleiding op 3 augustus 1936. Twee dagen later werd hij geplaatst bij No. 43 Squadron op Tangmere en vloog een Hawker Fury. Hij hield van luchtacrobatiek. Een keer, verwisselde hij en Hank Prosser, vliegend, van cockpit.

Hull werd bevorderd tot Flight Lieutenant op 16 april 1938. Daarna werd No. 43 Squadron uitgerust met Hurricanes en daarmee zag hij begin 1940 al vroeg actie boven Schotland.
Op 30 januari werden twee afzonderlijke anti-inschepingsaanvallen tegemoet getreden aan de oostkust. Later werd een Heinkel 111 gesnapt en neergeschoten door de verdedigende Hurricanes, waarvan Hull er één van was. Dit was de eerste overwinning van No. 43 Squadron
Begin mei werd hij overgeplaatst naar No. 263 Squadron als Flight Commander en de eenheid maakte zich op voor het tweede korte verblijf in Noorwegen. De Gladiator IIs werden vanaf de HMS Furious naar Bardufoss in het verre noorden gelanceerd en vandaar naar Bodø gevlogen om dekking te bieden aan de troepen die terugtrokken richting het noorden terwijl de Duitsers naderden. Tegen het einde van deze campagne, alhoewel hij slechts twee zekere en één mogelijk overwinning had opgeëist, had hij in feite niet minder dan vier vliegtuigen neergeschoten in één gevecht.
Hij werd terug naar Groot-Brittannië geëvacueerd in een Sunderland vliegboot voor ziekenhuisverzorging. Terwijl hij op ziekteverlof was kwam er op 17 juni een telegram van het Luchtvaartministerie om hem te informeren dat de Koning hem de toekenning van het Distinguished Flying Cross had goedgekeurd, waarmee hem meteen vijf overwinningen boven Noorwegen werden toegekend. Op 31 augustus 1940 werd hij teruggeplaatst bij No. 43 Squadron als commandant op Tangmere-vliegbasis.
Op de middag van 7 september stegen hij met negen Hurricanes op. Ze vielen Duitse bommenwerpers aan die naderden om de dokken in Londen te bombarderen. Hij werd voor het laatst gehoord toen hij sprak tegen de leider van zijn achterhoedesectie, Flight Lieutenant John Kilmartin, voordat hij dook om de bommenwerpers aan te vallen.

Men gelooft dat de 27-jarige Rhodesiaan is neergeschoten door Me 109’s (waarschijnlijk door Jagdgeschwader 54). Squadron Leader Hull z’n vliegtuig stortte om 16.45 neer in Purley, Surrey op het terrein van een jongensschool. Zijn lichaam werd dood naast zijn vliegtuig gevonden. Hij was gedood door een kogel gedurende het gevecht boven de dokken.
Zijn lichaam werd op St. Andrews begraafplaats bij Tangmere begraven tussen collega-piloten. Tijdens zijn loopbaan schoot hij 6 vijandelijke toestellen neer, nog eens vier toestellen werden geregistreerd als een gezamenlijke venietiging, drie toestellen werden waarschijnlijk door hem neergeschoten (2 zelfstandig en één gezamenlijk) en hij ontving de credits voor één toestel zelfstandig beschadigd en één gezamenlijk.

Op 17 juni 1977 werd, in het bijzijn van de Minister van Defensie van Noorwegen, genodigde hoogwaardigheidsbekleders en Britse gasten, een monument in Bodø onthuld, opgedragen aan de heroïsche acties van Lieutenant Hull, Pilot Officer Falkson,en Lieutenant Lydekker vanwege het bieden van luchtsteun op 26 en 27 mei 1940 om de terugtrekking van de resten van de Noorse en Britse troepen naar Narvik te steunen.

Bevorderingen:
16 september 1935: Acting Pilot Officer;
16 april 1938: Flight Lieutenant;
augustus 1940: Squadron Leader.

Loopbaan:
september 1935 - 3 augustus 1936: No. 3 Flying Training School;
augustus 1936 - mei 1940: Pilot No.43 (F) Squadron, Tangmere;
mei 1940 - augustus 1940: Flight Leader No.263 Squadron;
31 augustus 1940 - 7 september 1940: Commanding Officer No.43 Squadron.

Heeft u zelf meer informatie over deze persoon? Lever het aan!

Periode:
Tweede Wereldoorlog (1939-1945)
Rang:
Acting Flight Lieutenant (Waarnemend Kapitein-vlieger)
Eenheid:
No. 43 Squadron RAF
Toegekend op:
21 juli 1940
Voordracht:
"Na een vijandelijk vliegtuig te hebben neergeschoten in mei 1940 ontzette deze officier, twee dagen later, de Bodo Force van luchtaanvallen door individueel het gevecht aan te gaan met vijf vijandelijke vliegtuigen. Hij schoot vier van de vijandelijke vliegtuigen neer en beschadigde de vijfde. De volgende dag, ondanks hevige luchtaanvallen op de landingsbaan, viel hij vijandelijke vliegtuigen met een zwaar numerieke overmacht aan todat hij gewond raakte en gedwongen was om zich terug te trekken."
Distinguished Flying Cross (DFC)

Bronnen

Foto