Periode:

Tweede Wereldoorlog (1939-1945)

Rang:

Captain (Kapitein)

Eenheid:

Commander Naval Attack Group

Toegekend op:

24 juli 1944

Aanbeveling:
Wegens uitzonderlijke heldenmoed en opmerkelijk dienstbetoon in het kader van zijn beroep van commandant van een maritieme aanvalsgroep ter ondersteuning van een amfibische landingsoperatie tegen vijandelijke Japanse troepen op Wake Island in het gebied rond Nieuw Guinea op 18 mei 1944.
Schout-bij-Nacht Noble, kundig plannen improviserend voor een operatie die vooruitgeschoven was vanwege de urgentie van de missie, leidde koelbloedig de aanvalsschepen, transportschepen en amfibische vaartuigen van zijn groep in de slecht in kaart gebrachte wateren, ondanks voortdurende dreiging van aanvallen door vijandelijke troepen in de lucht, aan de oppervlakte en onder water die waren samengebracht in het gebied rond de Filipijnen – Borneo - Nederlands Oost-Indië en bracht vaardig zijn schepen binnen bereik, de krachtige kustinstallaties van de vijand fel bombarderend en zette tegen felle tegenstand in het 163rd Regimental Team aan land. Met zijn gedurfde tactieken en moedige vastberadenheid verleende Schout-bij-Nacht Noble tijdens een kritieke fase van de operatie waardevolle assistentie aan de bevelhebber van zijn Task Force, daarmee een bijdrage leverend aan de uiteindelijke nederlaag van de Japanners in het gebied rond Nieuw Guinea. Zijn bezielende leiderschap, zijn krachtige initiatieven en zijn onwankelbare plichtsbetrachting strekken Schout-bij-Nacht Noble, zijn commando en de Amerikaanse Marine tot de hoogste eer.

Commander 7th Fleet: Serial 1408 (July 24, 1944).
Ten tijde van de uitreiking had hij de rang van Schout-bij-Nacht

Periode:

Tweede Wereldoorlog (1939-1945)

Rang:

Rear Admiral (Schout-bij-Nacht)

Eenheid:

Amphibious Group Eight

Toegekend op:

13 juni 1945

Aanbeveling:
Wegens uitzonderlijk waardevol en uitzonderlijk dienstbetoon aan de regering van de Verenigde Staten in een positie van grote verantwoordelijkheid als bevelhebber van Amfibische Groep 8 tijdens operaties tegen vijandelijke Japanse troepen in de zuidwestelijke Stille Oceaan tussen april en 15 augustus 1945.
Als commandant van een aanvalsgroep met de leiding over de landingen bij Malabang-Parang-Cotabato en Davao op het eiland Mindanao en op Balikpapan op het eiland Borneo, betoonde Schout-bij-Nacht Noble briljant leiderschap en vindingrijkheid bij de tactische uitvoering van de operationele plannen voor deze amfibische landingen. Zijn oordeel bij de voorbereiding van aanvalsplannen, zijn tact bij het doen samenwerken van de Geallieerde strijdkrachten bij deze gezamenlijke operatie en zijn professionele vaardigheden bij het uitvoeren van zijn taak waren belangrijke factoren voor het succes van de operaties op de Filippijnen en in de uiteindelijke herovering van de totale controle over het gebied van de zuidwestelijke Stille Oceaan. Met zijn militaire scherpzinnigheid en zijn plichtsbesef verrichte Schout-bij-Nacht Noble diensten van onschatbare waarde aan zijn land en zijn optreden strekt hem en de Amerikaanse Marine tot de hoogste eer.

Commander 7th Amphibious Force: Serial FF-0102 (June 13, 1945).

Periode:

Tweede Wereldoorlog (1939-1945)

Rang:

Rear Admiral (Schout-bij-Nacht)

Eenheid:

Aitape Attack Force

Toegekend op:

1947

Aanbeveling:
Wegens uitzonderlijk waardevol en uitzonderlijk dienstbetoon aan de regering van de Verenigde Staten in een positie van grote verantwoordelijkheid in de zuidwesteklijke Stille Oceaan van 22 tot 29 april 1944 en van 24 maart tot 4 mei 1945.
Als commandant van de Aitape Aanvalsgroep betoonde Admiraal Noble uitmuntend leiderschap, professionele vaardigheden en vindingrijkheid bij de voorbreiding van en de leiding over de tactische uitvoering van de operaties die een snelle verovering van een vitale vijandelijke versterking op Nieuw Guinea mogelijk maakten. Zijn meesterlijke leiding over het vuur van ondersteunende schepen en bombardementen en beschietingen door vliegtuigen garandeerden een geslaagde landing en droegen in opvallende mate bij aan het verdrijven van de vijandelijke troepen. Vervolgens verleende hij opmerkelijke diensten als commandant van de Aanvalsgroep tijdens operaties tegen Mindanao, zeer vaardig een gedurfde amfibische aanval uitvoerend die 50 mijl langs de Mindanao rivier doordrong. Zijn uitzonderlijk vermogen tot bevelvoering werd verder aangetoond in de briljante manier waarop marineschepen, geschut en personeel landingen ondersteunde in zowel de Golf van Parang als in de Golf van Davao. Met zijn ervaren oordeel, zijn opmerkelijk vemogen tot het coördineren van gezamenlijke operaties en onwankelbaar plichtsbesef leverde Admiraal Noble een belangrijke bijdrage aan het succes van de gecombineerde operaties op Nieuw Guinea en Mindanao.

Department of the Army, General Orders No. 16 (1947).