- Periode:
- Tweede Wereldoorlog (1939-1945)
- Rang:
- Acting Major (Waarnemend Majoor)
- Eenheid:
- The Essex Scottish Regiment, 4th Canadian Infantry Brigade, 2nd Canadian Infantry Division, British Army
- Toegekend op:
- 22 mei 1945
Aanbeveling:
De Canadese 2de divisie had tot taak gekregen door het sterk verdedigde Hochwald te trekken dat Xanten dekte, het laatste Duitse bastion ten westen van de Rijn dat de ontsnappingsroute via de brug bij Wezel dekte.
Het Essex Scottish Regiment had opdracht de defensieve linie noordoost van Üdem te doorbreken en de noordelijke helft van het bos te zuiveren waar het gros van de Brigade doorheen zou trekken.
Op 1 maart 1945 werd de aanval ingezet maar vanwege de zachte grond was het onmogelijk de aanval te steunen met tanks zoals de bedoeling was.
Major Tilston leidde persoonlijk zijn compagnie in de aanval over ongeveer 500 meter open terrein en onder intens vijandelijk vuur, hij bleef gevaarlijk dicht bij onze inslaande granaten om maximale dekking van het bombardement te krijgen. Hoewel hij gewond raakte aan zijn hoofd bleef hij zijn mannen naar voren leiden, door een drie meter dikke prikkeldraadversperring naar de vijandelijke loopgraven, orders roepend, zijn mannen aanmoedigend en zijn Sten met groot succes gebruikend. Toen het peloton op links onder zwaar vuur van een vijandelijke mitrailleurpost kwam rende hij zelf naar voren en bracht en schakelde hem met een handgranaat uit; hij was de eerste die de vijandelijke stelling bereikte en maakte de eerste gevangene.
Vastberaden om de vaart in de aanval te houden gaf hij het reservepeloton opdracht deze stellingen op te ruimen en met opmerkelijke moed trok hij met de hoofdmacht verder naar de tweede verdedigingslinie van de vijand die aan de rand van het bos lag.
Terwijl hij het bos naderde raakte hij ernstig gewond aan zijn heup en viel op de grond. Hij riep zijn mannen toe zonder hem verder het bos in te trekken, hij krabbelde overeind en voegde zich weer bij hen toen ze de loopgraven bij hun doel bereikten. Hier lag een ingewikkeld stelsel van ondergrondse bunkers en loopgraven met een zeer sterke bezetting en er volgden felle man tegen man gevechten. Ondanks zijn verwondingen vormde Major Tilston’s wil de vijand aan te pakken een prachtige aanmoediging voor zijn mannen toen hij ze naar binnen leidde en de loopgraven systematisch zuiverden van de zich sterk verdedigende vijand. Tijdens deze gevechten werden twee Duitse hoofdkwartieren overrompeld en werden zware verliezen toegebracht aan de fanatieke verdedigers.
De gevechten en de verdediging door de vijand waren zo fel geweest dat de compagnie was geslonken tot nog maar 26 man, een kwart van de oorspronkelijke sterkte. Voordat consolidatie kon worden voltooid deed de vijand herhaaldelijk tegenaanvallen, gesteund door een regen van mortier- en mitrailleurvuur vanaf de open flank. Major Tilston liep over het open terrein van peloton naar peloton, stelde hun verdediging op en leidde het vuur op de naderende vijand. De vijandelijke aanvallen kwamen zo dichtbij dat er granaten werden gegooid in de loopgraven die zijn mannen bezet hielden maar deze officier inspireerde zijn mannen zodanig door zijn persoonlijk contact, zijn onwankelbare vertrouwen en onstuitbare enthousiasme dat ze tegenover de grootste moeilijkheden stand hielden.
Toen de voorraad munitie een ernstig probleem begon te worden stak hij regelmatig het onder vuur liggende terrein over naar de compagnie op zijn rechterflank over om handgranaten, munite voor geweren en Brens naar zijn troepen te brengen en hij verving een beschadigde radio om het contact met het bataljonshoofdkwartier te herstellen. Hij maakte minstens zes van deze gevaarlijke trips waarbij hij elke keer een weg moest oversteken die werd bestreken door talloze goed opgestelde mitrailleurposten.
Op zijn laatste trip rakte hij voor de derde keer gewond, dit maal aan zijn been. Hij werd gevonden in een granaattrechter langs de weg. Hoewel hij zwaar gewond was en nauwelijks nog bij bewustzijn weigerde hij medische behandeling totdat hij volledige instructies had gegeven betreffende het verdedigingsplan, de absolute noodzaak tot het behoud van de stelling had benadrukt en zijn laatst overgebleven officier opdracht had gegeven het bevel over te nemen.
Met zijn koelbloedige moed en volledige minachting voor eigen veiligheid spoorde hij zijn mannen aan tot een grimmige vastberadenheid en door hun standhouden stelden ze het regiment in staat zijn doel te bereiken: de Brigade aan een solide basis te helpen van waaruit ze verdere geslaagde aanvallen konden inzetten om het bos te zuiveren waardoor de divisie zijn opdracht kon voltooien.
Frederick Albert Tilston ligt begraven op Mount Hope Cemetery, Toronto, Canada.