Berend Bueninck was in de meidagen van 1940 inspecteur van de Leidse politie. In die hoedanigheid was hij betrokken bij de arrestatie van tientallen NSB’ers, die op last van de regering moesten worden geïnterneerd. In februari 1941 gaf hij leiding aan de politie tijdens een massale knokpartij tussen NSB’er en omstanders op en rond de Stationsweg. Voor zijn neutrale en kordate optreden werd hij geprezen in de Leidse gemeenteraad. Bueninck had, ondanks de op hem persoonlijk gerichte provocaties, nooit zijn zelfbeheersing verloren ten opzichte van de opgefokte NSB’ers.
Met ingang van 1 mei 1941 werd Bueninck benoemd tot Inspecteur der Luchtbescherming, met als standplaats Groningen. Later werd hij daar nog gewestelijk politiecommandant. Ver weg dus van Leiden, maar daar vergat men hem niet. Zijn houding had grote wrevel gewekt bij de Leidse NSB, die een strafzaak tegen hem in gang zette bij de rechtbank in Den Haag. Hij werd ervan beschuldigd, dat hij bepaalde NSB’ers tijdens hun internering op het Leidse politiebureau in de meidagen van 1940 met een pistool had bedreigd. De Haagse rechtbank achtte de beschuldiging niet bewezen en sprak hem vrij.
In Groningen maakte Bueninck deel uit van de illegale organisaties de Ordedienst en de spionagegroep Packard. Enige tijd leefde hij ondergedoken. Kort na de bevrijding van Groningen maakte hij, op 19 april 1945, een einde aan zijn leven. Zijn ervaringen hadden hem teveel aangegrepen.
Heeft u zelf meer informatie over deze persoon? Lever het aan!