In navolging van de succesvolle Battlefield Tour naar Arnhem en Oosterbeek organiseerde STIWOT dit jaar een Battlefield Tour naar de Grebbeberg, een totaal andere -en misschien wel onderbelichte- episode uit de Tweede Wereldoorlog.
Het programma begon rond de klok van tien uur voor de ingang van restaurant ’t Viaduct te Rhenen. Hier stond het ontvangst comité bestaande uit Barry van Veen en Jeroen Niels de deelnemers -voor zover ze niet de achteringang gebruikten- op te wachten. De eerste deelnemers stroomden al een half uur van tevoren naar binnen. Gelukkig hadden de mensen van het restaurant de stoelen en koffie al klaargezet en de deelnemers konden hun vroege opstaan dus gelijk compenseren met een lekker ‘bakkie’.
Om tien uur volgde het welkomstwoord door Jeroen Niels, gelijk gevolgd door de met audiovisuele middelen ondersteunde lezing van
Stichting ‘De Greb’ in de persoon van de heer Cornielje ondersteund door de heer Brons. Deze goed verzorgde lezing werd op een boeiende manier gebracht en ook de verhalen van de individuele ooggetuigen werden goed naar voren gebracht. De lezing begon met een uiteenzetting van de Grebbeberg voor mei 1940. Zeg maar de geschiedenis van ‘de Berg’, zoals deze door de heer Cornielje werd genoemd. Zeer belangrijk was de rol van het riviertje de Grift zo werd meegedeeld.
Van wezenlijk belang voor het doorgronden van de organisatie van het Nederlandse Leger in mei 1940 is een stukje uitleg over de vooroorlogse (politieke) situatie. Verbazingwekkend, maar zeker ook ontluisterend, zijn de verhalen over de Nederlandse opstelling tegen een dreigende oorlog. Met hopeloos verouderd materieel ging men in mei 1940 de strijd met het voor die tijd meest moderne leger ter wereld, de Duitsers, aan.
Verhalen over bomen die weggehaald zouden moeten worden om een goed schootsveld te creëren en over de bewoners van een nabij gelegen gemeente die hun postduivenhouders bekend moesten maken voor eventuele inzet tijdens de Duitse inval zijn tekenend voor de situatie waarin het Nederlandse Leger in mei 1940 verkeerde. Maar ook de uitkijktoren die in Ouwehands Dierenpark stond, en van waaruit alle stellingen op ‘de Berg’ bekeken konden worden, mocht niet weg vanwege het economische belang hiervan.
Ook illustrerend voor deze periode was het dat de vraag niet meer was óf het Nederlandse Leger de Duitse opmars kon stoppen, maar voor hoelang zij de opmars kon vertragen? Tussen 4 weken en 4 maanden was volgens de optimisten een reële schatting. Een véél te overmoedige schatting zo zou al snel blijken.
Langzaam werkte de heer Cornielje in zijn lezing naar de climax toe, die op 11 mei 1940 in alle geweld zou losbarsten. De aanval van het Duitse Leger op ‘de Berg’, en de velen manschappen van beide partijen die hier de hoogste prijs voor betaald hebben.
Na de lezing was er de tijd om buiten even bij te praten over hetgeen de heer Cornielje allemaal verteld had. De lezing gaf voldoende stof tot nadenken en velen van ons vroegen zich nog vaak af hoe het toch mogelijk was dat er zulke enorme fouten zijn gemaakt in de voorbereiding op de Duitse inval.
Al vrij snel werd iedereen weer naar binnen geroepen. De mensen van restaurant ’t Viaduct hadden inmiddels de tafels gedekt voor de lunch die nu gebruikt zou gaan worden. Iedereen nam het ervan, want er stond immers nog een aardige wandeling op het programma voor de middag. Ook tijdens de lunch ging het nagenoeg aan één stuk door over het verhaal van de Greb en de gevechten die zich daar bijna exact 65 jaar geleden hadden afgespeeld. Verbazing alom onder de aanwezigen.
Nadat éénieder zich weer van de goede dingen des levens had voorzien gingen we langzaam richting parkeerplaats. De stoet vertrok daarna richting het
Militair Ereveld boven op de Grebbeberg. Daar zouden we ons weer verzamelen en het middagprogramma aanvangen. Ook hierbij werden wij weer begeleid door de heren van Stichting ‘De Greb’.
Bij de aanvang van de wandeling werd de groep in tweeën gedeeld. De ene groep ging direct off-road de bossen in, terwijl de andere groep de wandeling begon op het Militair Ereveld. De kransen van de herdenking van het 8e Regiment Infanterie, die traditiegetrouw altijd op 2e Pinksterdag wordt gehouden, stonden er nog in volle glorie. Eerst liep de groep naar het monument dat gewijd is aan dit regiment dat tijdens de meidagen het grootste deel van de Nederlandse troepen op de Grebbeberg leverde.
Vervolgens liepen we met gepaste stilte langs enkele van de vele graven van de veelal jonge mensen. Bij deze graven wisten onze gidsen weer interessante, heldhaftige maar soms ook trieste verhalen te vertellen. Soldaten die ten onrechte werden gedood door landgenoten die dachten hier met een spion te maken te hebben. En manschappen die de dood vonden doordat zij een Nederlands mijnenveld betraden in de veronderstelling dat deze tijdelijk gedeactiveerd was. Helaas geldt ook hier het verhaal van de totale miscommunicatie tussen de troepen onderling, voor zover er überhaupt communicatie mogelijk was.
Nadat we met gepaste eerbied diverse graven hadden bekeken, waaronder die van de bataljonscommandanten Landzaat en Jacometti, was er kort de mogelijkheid om het informatiecentrum te bezoeken dat tevens op dit Militair Ereveld is gelegen. Helaas was er te weinig tijd om hier echt goed rond te kijken, er stond immers nog een ruime wandeling door het bos van 'de Berg'’ op het programma.
We vervolgden onze route. Ook wij gingen nu off-road, waarbij direct achter het Militair Ereveld gelijk al de eerste zwaar beschadigde bomen zichtbaar zijn. Ook voor deze bomen geldt dat ze niet geliefd zijn bij houtzagerijen, zij zitten immers vol met granaatscherven en menig kettingzaag zal door deze bomen al aan zijn eind zijn gekomen.
Vervolgens kwamen wij aan bij een gerestaureerd stuk loopgraaf. Hier heeft men via sporen, foto’s en de moderne middelen van vandaag de dag nagenoeg de precieze locatie van één van de loopgraven van de Stoplijn boven op ‘de Berg’ weten te vinden en een stuk van ongeveer 40 meter gereconstrueerd. Het gerestaureerde deel van de Stoplijn ligt op één van de zwaarst bevochten plekken en op deze manier krijg je een aardige indruk van hoe het er 65 jaar geleden bij gelegen heeft.
Niet veel later stuitten we weer op een ander overblijfsel uit de meidagen. Uit het bos doemde opeens een kazemat op. “Bunker is het verkeerde woord”, werd ons verteld. “Bunker is een Duits woord” zo vervolgde onze gids. Dat leer je er dan ook nog even snel bij op zo’n dag. Ook deze kazemat is door Stichting ‘De Greb’ helemaal in oude staat teruggebracht. Vanuit deze stelling had men een prima overzicht op de Voorpostenstrook waarover het Duitse Leger oprukte. Links in de bossen stonden enkele stukken Nederlands geschut. Deze stukken stonden onder bevel van de beroemde Sergeant Meijer. Een persoon waar tot jaren na de oorlog veel om te doen is geweest, zelfs vandaag de dag spreken de mensen er nog over.
Niet veel later duikt een opnieuw een kazemat op. Echter, het overzicht vanuit deze positie is stukken minder. Op slechts enkele hondenden meters van deze stelling stond toentertijd een groot pand welke het zicht voor de verdedigers uitermate belette. Ook vandaag de dag staat het pand er nog. Men behoefd geen groot strateeg te zijn om te zien dat dit pand buitengewoon hinderlijk in de weg lag, en een groot voordeel voor de aanvallende Duitse troepen vormde.
Het was ook hier dat de beide groepen zich weer bij elkaar voegden. Vervolgens daalden we de Grebbeberg af. We liepen nu in de richting van het zogenaamde Hoornwerk. Dit oude verdedigingswerk vormde de Frontlijn en ligt aan de voet van ‘de Berg’ nabij het riviertje de Grift. Dit smalle riviertje heeft ongeveer de breedte van twee sloten zo zagen wij al snel. Op dit punt loopt de doorgaande weg vanaf Wageningen opeens 7% omhoog ‘de Berg’ op. Hier zouden de Duitse troepen die de Voorpostenstrook op 11 mei 1940 hadden overwonnen opnieuw een vuurproef wachten was de veronderstelling. Het Hoornwerk werd door de Duitse artillerie echter stormrijp geschoten en het houten bruggetje dat toentertijd over het riviertje lag werd niet goed opgeblazen. De Duitsers maakten hier natuurlijk dankbaar gebruik van. Zodoende werd op 12 mei 1940 een bres geslagen in de Frontlijn. Het zou echter nog tot 13 mei 1940 duren voordat de Duitsers ook de Stoplijn boven op de Grebbeberg doorbraken.
Nu diende zich een groot nadeel aan voor de verdedigers, zo vertelden de gidsen. Zij wezen ons op het feit dat de overige Nederlandse troepen bovenop ‘de Berg’ lagen. Van hieruit hadden zij een goed overzicht tot aan Wageningen en zelfs nog veel verder. Echter, het Duitse Leger lag nu aan de voet van de steile hellingen en op deze manier konden de Nederlanders onmogelijk de Duitsers pal aan de voet van ‘de Berg’ onder vuur nemen. De Duitsers konden zich dus aan de voet van ‘de Berg’ hergroeperen en een flankaanval op het overgebleven gedeelte van de Frontlijn ondernemen. Deze liet dan ook niet lang op zich wachten. De Duitsers kwamen via de doorgaande weg omhoog. Vervolgens waaierden de aanvallers dan uit over ‘de Berg’. Stellingen als de twee kazematten die we eerder gezien hadden werden dus vanuit de rug aangevallen. De verdedigers hadden geen schijn van kans. Zo vertelden de gidsen het verhaal van manschappen die in een kazemat zaten en constant van achter werden beschoten. Zij dachten dat de Nederlandse manschappen slecht konden schieten en op de stalen deuren van de kazemat schoten. Het bleek echter niet te gaan om Nederlandse troepen die slecht konden schieten, maar om Duitsers die inmiddels de kazemat van achteren probeerden uit te schakelen.
Wij vervolgden onze weg langs de voet van ‘de Berg’. En inderdaad, hier liep het vrij stel omhoog. Weer kwamen we een kazemat tegen. Hier zouden enkele mitrailleurs in gestaan hebben werd ons verzekerd. Al vrij snel na deze stelling gingen we ‘de Berg’ weer op. Ruim 120 traptreden wachtten op ons. Een flinke kluif met al enkele kilometers bosweggetjes in de benen. Gelukkig hoefden we niemand op de rug te nemen en kwam iedereen heelhuids boven.
Zoals de heer Cornielje in zijn lezing al aangaf was dit het punt tijdens de wandeling waar hij wat dieper zou ingaan op het trieste verhaal van Sergeant Meijer. Was hij een deserteur of niet? Dat is de kernvraag. Feit is echter dat hij voor zijn daden in de meidagen van 1940 voor een Nederlands vuurpeloton kwam te staan omdat er volgens de Nederlandse legerleiding een voorbeeld gesteld moest worden voor de vele deserteurs die zonder een Duitser gezien te hebben de stellingen verlieten. Het beeld van de legerleiding was echter vertroebeld door het gebrek aan informatie en door hen werd het kwantitatieve overwicht van de Duitsers dan ook niet onderkend.
We waren inmiddels aangekomen aan de zuidkant van ‘de Berg’. Van hieruit had men een adembenemend uitzicht over de Betuwe. Hier liep toentertijd in het verlengde van de Grebbelinie de zogenaamde Betuwestelling. Deze was heel mooi te zien vanuit dit punt. Dorpen als Kesteren en Opheusden kon men duidelijk zien liggen aan de andere kant van de rivier de Rijn.
De wandeling -en daarmee de Battlefield Tour op de Grebbeberg- liep op zijn eind. Gelukkig waren de weergoden ons bijzonder goed gezind geweest. In menige streek waren flinke buien gevallen, bij ons heb ik geen druppel gezien. Het was inmiddels al 4 uur in de middag geweest. De tijd was omgevlogen. Langzaam liepen we weer terug naar het Militair Ereveld. Daar besloten we om nog een mooie groepsfoto te maken, altijd leuk om later nog eens terug te kijken.
Als afsluiting was er nog een woord van dank aan de heren van Stichting ‘De Greb’ die ons deze dag bijzonder goed van dienst waren geweest. Ongelooflijk was de kennis die zij over deze episode van de Tweede Wereldoorlog hebben. Ook de manier waarop zij deze kennis naar ons overbrachten was heel mooi en indrukwekkend.
Ter afsluiting willen wij de heren Cornielje en Brons van Stichting ‘De Greb’ dan ook nogmaals van harte bedanken voor deze prachtige dag. Zonder deze heren was een Battlefield Tour over de Grebbeberg van deze kwaliteit onmogelijk geweest. Dank daarvoor.
Vijf dagen - en de vrijheid ging verloren,
Vijf jaren - en eerst toen werd zij herboren.
Zo moeizaam triomfeert gerechtigheid.
Aan dit besef zij deze grond gewijd.
Den Vaderlant Ghetrouwe
Blijf Ick Tot Inden Doot
Jeroen Niels
Alle foto's: © STIWOT & Jeroen C. Koppes