Jochem Botman schreef verschillende artikelen voor deze website, onder andere over Nederlandse nazi-collaborateurs die na de oorlog naar het buitenland ontsnapten. In 2013 verscheen bij uitgeverij Aspekt van hem het boek “De intriges van de gebroeders Sassen”, over de broers die tijdens de oorlog met de nazi’s collaboreerden en na de oorlog uitweken naar Zuid-Amerika. In november 2019 verscheen bij dezelfde uitgever zijn nieuwste boek, getiteld “De Tarzan van Limburg”. Hierin vertelt de auteur over het onwaarschijnlijke leven van de Belgische dubbelspion en meestersmokkelaar Pierre Sweerts. We stelden hem via e-mail enkele vragen over deze publicatie.
Foto's van Sweerts gedurende zijn ondervraging in Camp 020.
De naam van Pierre Sweerts zal niet iedereen wat zeggen. Hoe ben je dit bijzondere verhaal op het spoor gekomen en wat intrigeert je aan deze persoon het meest?
Tijdens mijn onderzoek naar de Nederlandse “ratline”, de vluchtroute van Nederlandse SS’ers naar Zuid-Amerika, stuitte ik op twee voormalige collaborateurs, namelijk: Willem Sassen en de Belg Pierre Sweerts. Van beiden kreeg ik een duidelijk inzicht in de werkwijze van de organisaties die bij het wegsluizen van nazi’s naar veilige oorden betrokken waren. Deze clandestiene organisaties opereerden vanuit Nederland en hadden vertakking over de hele wereld.
Wat me het meest aan Sweerts intrigeert is de wijze waarop hij opereerde in de schemerwereld van de inlichtingendiensten. Dat hij in het naoorlogse Nederland betrokken was bij de meest geruchtmakende zaken en aanslagen. In 1946-47 behoorde hij tot een groep die een staatsgreep aan het voorbereiden was tegen de zittende regering. Tot zijn arrestatie was hij betrokken in het wegsluizen van voortvluchtige collaborateurs naar Zuid-Amerika. In 1948/49 werkte hij voor privéinlichtingendiensten (waaronder SOAN) die zich schuldig maakten aan smokkel, chantage en moord. Vlak voor zijn tweede arrest was hij als bevelhebber van het leger van De Republiek der Zuid-Molukken betrokken bij clandestiene operaties in voormalig Nederlands-Indië. Daar bleef het niet bij. Daar waar brandhaarden waren, was Sweerts betrokken.
Wanneer ben je begonnen met je onderzoek naar Sweerts en wat waren je voornaamste bronnen?
Na het voltooien van mijn Sassen-studie ben ik me in 2015 gaan richten op het Sweerts-onderzoek. Sindsdien heb ik talloze archieven in binnen- en buitenland bezocht, nabestaanden geïnterviewd en privéarchieven uitgepluisd om het hele levensverhaal van Sweerts in kaart te brengen.
Sweerts was aanvankelijk in België actief in het verzet tegen de Duitse bezetter, maar sloot zich later aan bij de Waffen-SS. Heb je een verklaring voor deze opmerkelijke overstap?
In de oorlog maakte Sweerts de overstap van het verzet naar indiensttreding bij de Waffen-SS. Een overstap die in ook bij Willem Sassen heb gezien. Precies op het moment dat nazi-Duitsland zich klaarmaakte voor de inval van Rusland. Vele vrijwilligers sloten zich bij deze rangen aan uit anticommunistische motieven. Het waren overtuigde katholieken die als St. Joris de communistische draak wilden verslaan. Sweerts meldde zich echter op instructie van de Belgische ondergrondse organisatie ZERO aan bij de Waffen-SS.
Een jaar na zijn indiensttreding bij de Waffen-SS volgde zijn overplaatsing naar de buitenlandafdeling van de Sicherheitsdienst (SD), de inlichtingendienst van de SS. Hij werkte onder andere mee aan een geheime operatie met de codenaam Norma? Wat hield dit in en welke rol speelde Sweerts hierin?
Na zijn diensttijd aan het Oostfront werd Sweerts opgeleid tot geheim agent. Hij zou deelnemen aan diverse buitenlandse missies. Onder leiding van zijn chef Roman Gamotha zou Sweerts in Iran ingezet worden, ware het niet dat halverwege de voorbereidingen de missie verraden werd. In plaats van internationaal geheimagent werd hij nu door zijn meerderen ingezet voor grootschalige zwarthandel operaties. Hiervoor stelde Sweerts een groep samen die zich vanaf eind 1943 tot de bevrijding zou toeleggen op smokkelzaken en deviezensmokkel.
In december 1944 liep Sweerts defintief naar de Britten over. Werd hij door de Britten wel vertrouwd, gezien zijn SS-verleden? Op welke wijze werd er van zijn diensten gebruik gemaakt?
Tegen het einde van de oorlog bood Sweerts zijn diensten aan de Britse contraspionagedienst aan. Eerst werd hij door zijn Britse verhoorders volledig doorgelicht wegens zijn oorlogsverleden. Over zijn dienstperiode aan het Oostfront, zijn werkzaamheden voor de Duitse contraspionagedienst en buitenlandse missies. Sweerts werkte mee met het onderzoek en verklaarde de Duitse geheime dienst gepenetreerd te hebben namens de Belgische ondergrondse. Sweerts bood zich aan als “reference library”, een soort databank over de Duitse geheime dienst. Bovendien zou hij de Britse contraspionagedienst ondersteunen in het opsporen van verborgen spionnen en SD/SS-functionarissen in de geallieerde detentiekampen en bij het oprollen van de Duitse ondergrondse cellen (Wehrwolf-organisaties).
Na de oorlog werd Sweerts in 1946 in Nederland gearresteerd. In België werd hij ter dood veroordeeld. Waarop was deze terdoodveroordeling gebaseerd en hoe lukte het Sweerts om hieraan te ontsnappen?
Tot het vertrek van de Britse troepen uit Nederland werkte Sweerts voor de Britse contraspionagedienst. Daarna was overeengekomen dat het Nederlandse Bureau Nationale Veiligheid (BNV) Sweerts naar Zuid-Amerika zou laten verdwijnen. Tijdens de voorbereidingen hierop besloot Sweerts meerdere gezochte collaborateurs een handje te helpen bij hun ontsnapping naar dit continent. Vlak voor de uitvoer van dit plan werd Sweerts wegens zwarthandel gearresteerd. De Nederlandse justitie lichtte vervolgens de Belgische autoriteiten in dat Sweerts gearresteerd was en of ze geïnteresseerd waren in zijn uitlevering. In België wachtte namelijk de doodstraf op hem. In de oorlog was Sweerts de leider geweest van de Bende van Maaskant. Een bende die in Belgische Limburg een waar schrikbewind voerde. Deze bende legde zich toe op zwarthandel, smokkel, afpersing, moord en joeg op onderduikers en neergeschoten geallieerde piloten. In deze periode kreeg Sweerts ook zijn bijnaam Tarzan.
Tot verbazing van iedereen vroeg de Belgische justitie niet om zijn uitlevering, met als resultaat dat Sweerts een jaar later op vrije voeten kwam. Zonder een veroordeling. België wilde hem niet. In Nederland kwam het ook niet tot een rechtszaak. Bij een proces zouden de opdrachtgevers van Sweerts in het daglicht komen te staan. Sweerts werd tot zijn arrestatie door invloedrijke personen uit de Nederlandse samenleving ingezet om allerlei vuile zaakjes, die het daglicht niet kon verdragen, op te knappen. De zaak ging in de doofpot.
Sterker nog Sweerts na zijn vrijlating hervatte zijn schimmige zaakjes. Hij sloot zich aan bij een nieuwe privéinlichtingendienst die zich volledig toelegde op het uitvoeren van anticommunistische acties en smokkel. Een organisatie die betrokken was in de voorbereidingen op de zogenaamde Raymond Westerling Coup in januari 1950 in Bandoeng, Indonesië. In december 1949 was de onafhankelijke Republiek Indonesië uitgeroepen. Reactionaire bewegingen vanuit Nederland, waaronder ook deze privéinlichtingendienst, probeerden het tij te keren en bereidden de clandestiene actie van Westerling voor. De coup faalde. Dat betekende echter niet dat deze partijen het bij die ene coup hielden. Er zouden vanuit Nederland nog talloze pogingen worden ondernomen om Soekarno uit het zadel te wippen.
Sweerts was dus na de oorlog betrokken bij allerlei schimmige zaken, onder andere op Zuid-Celebes. Door wie en waarom werd hij naar Zuid-Celebes gestuurd? Wat was zijn eigen belang om het leven van een soort van avonturier te leiden, of zou je hem zelf anders omschrijven?
Vier maanden na de Westerling-coup werd in april 1950 de onafhankelijke Republiek der Zuid-Molukken (RMS) uitgeroepen. In Den Haag bevond zich de Molukse regering in ballingschap terwijl andere RMS-kopstukken een guerrillaoorlog voerden in het thuisland. Sweerts werd aangesteld als chef van het Molukse leger. Hij zou vanuit Nederland ondersteuningsoperaties coördineren met hulp van Raymond Westerling. Vanaf dat moment zouden beiden betrokken zijn bij clandestiene operaties om het RMS-rebellenleger te bevoorraden.
Waarom Sweerts voor dit soort operaties werd ingezet of werd gerekruteerd, had te maken met zijn contacten binnen de internationale inlichtingendiensten, grootindustrielen en militairen. RMS-kopstuk Pieter Lokollo vermoedde altijd al dat Sweerts voor de Britse geheime dienst had gewerkt. Niet officieel natuurlijk. Meer als tussenman. Als het mis zou gaan zouden ze hem laten vallen en van niets weten. Dat risico was Sweerts ook bereid te nemen. De oorlog en het bedrijven van contraspionage zat in hem. Hij kon niet anders. Wel geloof ik dat hij werd gedreven door een grote sympathie voor het Molukse volk. In ruil voor zijn inzet werd hem rijkdom beloofd. Alleen als zijn missie zou slagen.
Heb je het gevoel dat je je hoofdpersoon echt hebt leren kennen tijdens je onderzoek? Hoe zou je zijn persoonlijkheid concluderend beschrijven?
Over zijn karakter omschreef de Britse geheime dienst hem het best. Hij was een avonturier, maar geen getalenteerde spion. Hij was veel te loslippig, roekeloos, geënt op geld en dames. Als sabotageagent was hij uitermate geschikt vanwege zijn militair inzicht en onverschrokkenheid. Mensen uit zijn directe omgeving vonden hem interessant, ondernemend en vol met verhalen. Terwijl anderen hem juist omschreven als een harde autoritaire man. Net als bij Wim Sassen werd dit leven mogelijk gemaakt door de Koude Oorlog. Waarbij buitenlandse inlichtingendiensten gebruik maakten van dit soort jonge mannen. Mannen die van avontuur hielden en bereid waren risico’s te nemen. Als ze zouden vallen, zou niemand voor hen in de bres springen. Ze waren een instrument in een groter geheel.
Ben je, nu dit onderzoek is afgerond, al begonnen aan een nieuw project? Kunnen we hierover ook een boek verwachten?
Binnenkort verschijnt er twee nieuwe projecten. Begin volgend jaar komt “Collaborateurs op vrije voeten, met hulp van het verzet en de opsporingsambtenaren” uit en dan volgt hopelijk voor de zomer van 2020 het grote project “De Nederlandse ratline naar Zuid-Amerika”. Het eerste betreft een serie korte biografieën en artikelen waarin uitgelegd wordt waarom en op welke wijze collaborateurs op vrije voeten kwamen. Het laatste is een algemeen overzicht van naar Zuid-Amerika gevluchte Nederlandse SS’ers en de organisaties die hierbij betrokken waren.
- De Tarzan van Limburg
- Het onwaarschijnlijke leven van dubbelspion en meestersmokkelaar Pierre Sweerts
- ISBN: 9789463387927
- Meer informatie over dit boek