Op 23 april 1945 en de daarop volgende dagen worden vele vrouwen uit het concentratiekamp Ravensbrück gered. Hieronder enige honderden Nederlandse vrouwen, waarvan een deel in Kamp Vught heeft gezeten. Deze reddingsactie maakte deel uit van een van de grootste reddingsacties uit de Tweede Wereldoorlog: het ‘witte bussen plan’. Dit plan werd uitgevoerd door het Zweedse Rode Kruis op verzoek van Noorwegen en Denemarken. Historicus Arie Wolfert reconstrueert in zijn boek ‘Met witte bussen naar de vrijheid: ook ex-gevangenen uit Kamp Vught reden mee’ deze gecompliceerde en risicovolle actie. Op 7 april wordt zijn boek gepresenteerd in Nationaal Monument Kamp Vught.
Warschau
Zweedse witte bus met Deense Joden, opgehaald in Theresienstadt (Tsjechië) maakt een tussenstop in het Deense Haderslev op weg naar Zweden ( foto collectie Museum Kamp Frøslev)
Levensreddend
Aanvankelijk zouden alleen Scandinavische gevangenen vanuit nazi-Duitsland naar Zweden worden gebracht. De reddingsactie kwam op het moment dat nazi-Duitsland op instorten stond: maart en april 1945. Het witte bussen-plan redde de levens van ruim 15.000 gevangenen: ongeveer de helft waren Noren en Denen, de rest waren mensen met andere nationaliteiten, onder wie ruim 800 Nederlanders. De leider van het witte bussen plan was graaf Folke Bernadotte, vice-voorzitter van het Zweedse Rode Kruis. Begin 1945 begon hij onderhandelingen met SS-leider Heinrich Himmler, met als doel Noorse en Deense gevangenen uit Duitse kampen en gevangenissen naar het neutrale Zweden te brengen. De onderhandelingen leidden er toe dat de Scandinavische gevangenen werden verzameld in het concentratiekamp Neuengamme bij Hamburg. Vanuit dit kamp werden zij via Denemarken naar Zweden gebracht.
Warschau Ravensbrück
Al het vervoer van deze bevrijde gevangenen vond plaats in wit geschilderde bussen, dit was op verzoek van de Britten. De Britse luchtmacht was zeer actief boven het noordelijk gedeelte van Duitsland en men kon zo de witte bussen ontzien. Later kreeg het Zweedse Rode Kruis ook toestemming om gevangenen van andere nationaliteiten te evacueren, onder wie Nederlandse vrouwen uit kamp Ravensbrück. Uiteindelijk zijn vanuit dit kamp zo’n zevenduizend vrouwen bevrijd, gevoed en naar Zweden gebracht.
Onbekend
Hoewel enige honderden Nederlanders dankzij deze reddingsactie de kampen konden verlaten, zijn de witte bussen in Nederland een nagenoeg onbekend fenomeen. In 1946 zijn er in ons land twee uit het Zweeds vertaalde boeken over dit onderwerp verschenen en in 2001 wijdde het geschiedenisprogramma Andere Tijden een aflevering aan De vrouwen van Ravensbrück.
In Scandinavië vormt deze geschiedenis echter een vast onderdeel in de lesstof over de Tweede Wereldoorlog. Het boek van historicus Arie Wolfert belicht een voor Nederland vrijwel onbekend stukje geschiedenis. Ruim dertig jaar werkte Wolfert als docent geschiedenis en sinds 2006 is hij onder meer als rondleider actief voor het Nationaal Monument Kamp Vught. Hij verdiepte zich in de witte bussen na zijn onderzoek naar de enige Noor die in kamp Vught gevangen heeft gezeten tijdens de Tweede Wereldoorlog: Sven Oftedal. Met dit boek wil Wolfert meer bekendheid geven aan de achtergrond en de betekenis van deze reddingsactie.