Tussen 21 en 28 juni 2012 was STIWOT medewerker Jente de Roust te vinden in Normandië. Een fotoverslag van zijn bezoek aan Normandië plaatsen we de komende periode op WO2Actueel.
Op zaterdag 21 juli 2012 vertrokken we richting het Franse Normandië waar zo’n 68 jaar geleden de bevrijding van West-Europa op gang werd gezet. Nadat we aangekomen waren op de camping in Bénouville (gekend van de luchtlanding die in de eerste minuten van 6 juni 1944 plaatsvond), rustten we wat uit van de rit om zondag uitgerust onze uitstap richting Omaha Beach en Arromanches te startten.
Vorig jaar bezocht ik reeds de
Amerikaanse begraafplaats van Colleville-sur-Mer. Maar door z’n indrukwekkende grootte en interessante historie, besloot ik om de begraafplaats nogmaals te bezoeken. Deze begraafplaats telt ruim 9.300 witte graven. Deze soldaten stierven tijdens de landing op
Omaha Beach (het bloedigste strand van de 5) of tijdens de opmars naar het zuiden.
Theodoor Roosevelt Jr., zoon van de voormalige president Roosevelt en tevens veteraan van de Eerste Wereldoorlog, ligt alsook op deze begraafplaats begraven. Als brigadier-generaal landde hij bij een van de eerste aanvalsgolven op
Utah Beach. Hij stierf op 12 juli 1944 aan een hartaanval. Na z’n dood werd hij postuum beloond met de
Medal of Honor. Hij rust nu naast zijn broer die tijdens de Eerste Wereldoorlog sneuvelde.
Vanuit de begraafplaats daalden we af richting Omaha Beach. Langs het wandelpad kwamen we een plattegrond van
Mulberry A tegen. Op Omaha Beach werd ook een kunstmatige haven aangelegd. Maar door de storm van 19 juni 1944 werd deze haven grotendeels beschadigd.
We liepen terug in oostelijke richting terug op Omaha Beach en zagen een van de
bunkers die de landde troepen onder vuur nam. Terug boven kwamen we het monument voor de
1e Amerikaanse Divisie tegen met daarop de namen van de Amerikanen die sneuvelden op D-Day.
We reden hierna richting Arromanches en stopten even in Colleville-sur-Mer. Hier ligt Hector Jack Barrow begraven. Hij werd boven het kanaal neergehaald op 28 november 1940 en spoelde aan de Franse kust aan. In het dorp hangen foto’s van 1944 die door Amerikaanse troepen genomen werden. Ze tonen onder andere de verwoesting van de kerk.
We reden verder richting Arromanches, gekend voor z’n
Mulberry Haven die al enkele dagen na de landing werd gebouwd. Eerst werden zogenaamde Gooseberries (oude schepen gevuld met cement) tot zinken gebracht. Deze blokkeringsschepen moesten golven tegenhouden. Later werden ervoor Phoenix Caissons geplaatst. Deze Gooseberries en caissons beschermden de 3 drijvende pieren die later kwamen. Via deze pieren werden troepen en voertuigen aan wal gebracht. Mulberry haven B (ook wel Port Winston) zorgde uiteindelijk voor de geallieerde overwinning.
In Arromanches bevindt zich het
‘Musée du Debarquement’, vooral gewijd aan Mulberry B en z’n werking.
In het musuem bevindt zich een maquette die bewegingen van de golven nabootst. Hierdoor zie je hoe de haven zich beschermd tegen deze golven.
Maar niet alleen de Mulberry haven wordt aan het licht gebracht. Ook worden de verschillende strijdkrachten aan het licht gebracht (Amerikaanse, Britse, Belgische, Nederlandse, Franse tot zelfs Griekse troepen die deelnamen aan D-Day en aan de Slag om Normandië).
De Belgische troepen (
Brigade Piron) kwamen hier in begin augustus aan land. Ze zullen hun vuurdoop in de tweede helft van augustus krijgen (later hier meer over). Ook de Poolse troepen onder leiding van Generaal Maczek kwamen ook in Arromanches aan. Ze streden oa. in de Slag om Montormel, de laatste slag van de campagne in Normandië. Ze rukten daarna op om West-Vlaanderen en Nederland te bevrijden.
Amerikaanse troepen kwamen echter in Arromanches ook aan land doordat de de Mulberry haven nabij Omaha de storm van 19 juni niet doorstond.
Een raket waarmee een Hawker Typhoon werd bewapend.
Eenmaal buiten zagen we geen maquettes maar de echte overblijfselen van die beroemde haven.
Wat zeker ook de moeite waard is in Arromanches is
Arromanches 360. In deze cinema krijgt men een 360 graden beeld van het Normandië van 1944 en dat van nu.
Bij de cinema kregen we een veel beter zicht over de
restanten van de Mulberry haven. Ten westen van Arromanches ligt Tracy-sur-Mer. Hier namen we de weg richting de kust. Op deze kliffen had ik al vast een goed zicht op de Phoenix caissons.
We gingen verder richting Longues-sur-Mer, gekend om z’n
batterij waarin de originele kanonnen (150 mm) nog steeds opgesteld staan. Deze batterij kon Omaha en Gold Beach beschieten en vormde dus een grote bedreiging voor de geallieerde troepen. 4 oorlogsbodems konden in de loop van 6 juni 1944 de batterij het zwijgen opleggen.
Onze GPS stuurde ons daarna richting camping. Bij toeval kwamen we de Oorlogsbegraafplaats van
Ryes-Bazenville tegen. Deze begraafplaats bevat zo’n 958 waarvan 328 Duitse oorlogsgraven.