Fotoverslag Normandië juni 2012

In de vroege ochtend van 6 juni 1944 landden de geallieerde strijdkrachten op de stranden van Normandië. Hoewel het nog vele maanden duurde voordat de geallieerden Berlijn zouden bereiken, waren de gebeurtenissen van D-Day en de slag om Normandië het begin van het einde voor Hitlers Derde Rijk.

Zoals ieder jaar werd van 2 tot 9 juni de geallieerde invasie in Normandië herdacht. Tot op de dag van vandaag worden de plechtigheden bijgewoond door Britse, Canadese, Amerikaanse en Franse veteranen, al worden het er, logischerwijs, steeds minder. In het plaatsje Colleville-Montgomery staat een standbeeld van Field Marshal Bernard Montgomery, waar op 5 juni 2012 een herdenkingsceremonie werd gehouden ter nagedachtenis van de Britse slachtoffers van operatie Overlord.




Even buiten La Cambe bevindt zich een Duitse militaire begraafplaats. Hier liggen ruim 21.000 gesneuvelde Duitse soldaten begraven. 269 onder hen bleven onbekend en werden begraven in een massagraf onder de centrale heuvel.



Gelegen op enkele kilometers van Sainte-Marie-du-Mont bevindt zich het Utah Beach museum. Op het terrein van het museum vind je onder andere een Amerikaanse M4 Sherman tank. De 4th Infantry Division, onder leiding van Major General Raymond Barton, landde in de vroege ochtend van 6 juni 1944 op Utah Beach. In de war geraakt door de rook van het vlootbombardement, die het landschap aan het oog had ontrokken, en meegevoerd door een sterke stroming langs de kust, had echter één controleboot de eerste aanvalsgolf meer dan 1,5 kilometer ten zuiden van de eigenlijke landingsplaats geleid. Maar aan het einde van de dag had de divisie een zes kilometer diep bruggenhoofd gevestigd.




In de vroege uren van 6 juni 1944 landden twee Amerikaanse luchtlandingsdivisies aan de westelijke flank van het invasiegebied. Het merendeel van het 505th Parachute Infantry Regiment van de 82nd Airborne Division landde dicht bij Sainte-Mère-Église. Het doel van de 505th PIR was het innemen van Sainte-Mère-Église, en het veroveren en behouden van de bruggen over de rivier de Merderet. Ter nagedachtenis aan Private John Steele, die met zijn parachute aan de kerktoren bleef hangen, hangt er nu een dummy aan de toren.




In het Franse dorpje Colleville-sur-Mer ligt een Amerikaanse begraafplaats, met uitzicht over Omaha Beach. Voorbij het bezoekerscentrum, bevindt zich een muur met de namen van 1.557 vermisten. Op de begraafplaats zelf liggen 9.387 Amerikaanse soldaten begraven, waarvan de meeste gesneuveld zijn tijdens de landingen van 6 juni 1944. Drie van de begraven Amerikanen ontvingen de Medal of Honor, waaronder Brigadier General Theodore Roosevelt Jr.




Bovenstaand Privat First Class John Ryan en Command Sergeant Major Bill Ryan. Op 6 juni 1944 ging Bill Ryan met de eerste aanvalsgolf aan land op Omaha Beach. Hij raakte vrijwel direct gewond, en werd rond tien uur 's avonds geëvacueerd naar Engeland.

De Pointe du Hoc is een klif, dat over Omaha Beach uitkijkt, waar in 1944 zes 155mm-kannonen in kazematten zouden staan. De opdracht om het te veroveren werd gegeven aan het U.S. 2nd Ranger Battalion, onder leiding van Lieutenant Colonel James E. Rudder. De Rangers veloren 135 van de 225 man die aan land waren gegaan, voordat ze op 8 juni werden afgelost. Vandaag de dag is het landschap nog steeds bezaaid met diepe kraters.




Ook de kersverse Franse president François Hollande woonde herdenkingen bij in Caen en Ranville. In Caen zei Hollande dat hier "het einde begon van een nacht die 1500 dagen had geduurd".