Günter F. Toepfer, geboren in 1941 in Magdeburg, is een gepensioneerde bouwingenieur en voormalig CDU-politicus. Hij is woonachtig in Berlijn. Al ongeveer twintig jaar bekommert hij zich om de zogenoemde Wolfskinderen. Deze naam werd gegeven aan kinderen uit Oost-Pruisen die aan het einde van de Tweede Wereldoorlog hun ouders verloren en die daarna jarenlang in de bossen moesten zien te overleven. Velen kwamen in Litouwen terecht, waar ze bleven wonen. De Duitse staat liet hen volgens Toepfer in de steek. Hij is de initiatiefnemer van een nog op televisie uit te zenden documentaire uit 2022 met daarin interviews met inmiddels bejaarde Wolfskinderen. We stelden hem via e-mail enkele vragen over de geschiedenis van de Wolfskinderen en zijn betrokkenheid bij hun lot.
Vluchtelingen uit Oost-Pruisen in 1945. Bron: Bundesarchiv, B 285 Bild-S00-00326 / Unknown / CC-BY-SA 3.0
Waarom konden de Wolfskinderen na de oorlog niet naar het deel van Duitsland vluchten dat niet werd ingenomen door Polen of de Sovjet-Unie?
De Wolfskinderen waren Oost-Pruisische kinderen die met hun ouders en grootouders, vaak ontheemde Duitse boeren, overrompeld werden door het Russische front. Moeders, grootmoeders en zussen werden vaak onderweg verkracht, zo blijkt uit getuigenissen van Wolfskinderen.
Uit een getuigenis:
... en toen begroeven we mama in de greppel, bedekten haar met sneeuw en vielen stil. De grootste van ons nam de leiding over...
In 1945 brachten deze kinderen het grootste deel van hun tijd door in Oost-Pruisen en vonden soms iets te eten in de verlaten boerderijen, zoals conserven, aardappelschillen of raapschillen. Toen de druk van de bezettingstroepen toenam en het voedsel schaarser werd, weken de kinderen definitief uit naar Litouwen via de Memel. Kinderen jonger dan elf jaar die door de bezettingstroepen werden opgepakt, werden in kampen geïnterneerd en moesten daar onder de meest ongunstige omstandigheden werken. Later werden sommigen van hen naar Kyritz in de Sovjetbezettingszone (later de DDR) gestuurd. Ook waren er deportaties naar Siberische kampen. Het was over het algemeen niet mogelijk om vanuit Oost-Pruisen naar Duitsland te vluchten, omdat de Duitse gebieden die door de Russen en Polen waren veroverd, gescheiden waren door nieuw getrokken en bewaakte grenzen.
Waar komt de naam Wolfskinderen vandaan en hoe raakte u geïnteresseerd in het lot van deze kinderen waarvan de nog levenden inmiddels bejaard zijn?
De naam Wolfskinderen ontstond in 1990-1992 omdat de kinderen in roedels, net als wolven, altijd op zoek waren geweest naar iets eetbaars, altijd op de vlucht voor ontdekking.
Rond 2000 verdiepte ik me in het onderwerp tijdens een lezing. Ik hoorde voorbeelden van de verhalen, over het ellendige leven van deze kinderen dat toen ze volwassen waren nog steeds troosteloos was. Ik vroeg de spreker wat hij voor deze mensen had geïnitieerd. Zijn antwoord: ik ben op het onderwerp gepromoveerd. Deze houding was voor mij de eerste vonk en het helpen van de Wolfskinderen werd mij door het lot toegewezen. Ik ben 67 keer naar Litouwen geweest, altijd met de auto met aanhanger, op eigen kosten. De Wolfskinderen zijn nu allemaal 85 jaar of ouder.
Waltraut Minnt vertelt in de documentaire dat ze katten- en hondenvlees heeft moeten eten om te overleven. Bron: Wolfskinder, 2022
Hoeveel voormalige Wolfskinderen interviewde u voor de film die u over hen maakte? Hoe heeft u hen opgespoord en waren zij meteen bereid om u te woord te staan?
Ik ken de groep Wolfskinderen die ik begeleid in het Tauroggen-gebied al 23 jaar. Het filmconcept is van mij. De interviews zijn gemaakt door Litouwers, omdat de Wolfskinderen hun Duitse moedertaal moesten afleren voor hun eigen veiligheid en nu alleen nog Litouws spreken. Toen ik de Wolfskinderen over de film informeerde, ging ik ervan uit dat ze niet allemaal bereid zouden zijn om opnieuw over de meest verschrikkelijke momenten uit hun leven te praten. Ze hebben echter waarschijnlijk allemaal gedacht: Günter heeft ons al 64 keer bezocht, nu kunnen hem niet laten zitten.
Vonden de voormalige Wolfskinderen het moeilijk om over hun ervaringen te praten?
De film laat zien hoe moeilijk het voor de Wolfskinderen was om deze trauma’s op te roepen en voor de camera hierover te spreken. Om het voor hen makkelijker te maken hebben we de opnames gemaakt in hun vertrouwde omgeving: in de tuin, op straat, in de woonkamer. Geen enkele verslaggever heeft commentaar gegeven op hun antwoorden of hen beïnvloed. In beeld en geluid zien en horen we alleen de Wolfskinderen – dat was mijn kardinale eis.
De mensen die u interviewde wonen in Litouwen en spreken nauwelijks nog Duits. Hoe moeilijk was het voor hen om in de samenleving aansluiting te vinden? Werden ze geaccepteerd door de Litouwse bevolking en het communistische regime?
Litouwen werd in 1944 voor de tweede keer binnengevallen door de Russen en er waren opnieuw deportaties naar kampen in Siberië (waar velen stierven door de zware arbeid), die vooral de Litouwse elite troffen. De Litouwers beschermden de Duitse kinderen tegen de bezetters. In het begin verwachtten ze dat hun verblijf hier maar tijdelijk zou zijn, maar later, geholpen door Litouwse patriottische burgemeesters, gaven ze de Duitse kinderen Litouwse identiteiten. De Duitse kinderen mochten voor hun eigen veiligheid geen Duits spreken of op de Duitse taal reageren. Ze gingen helemaal niet of maar kort naar school met grote gevolgen voor de rest van hun leven. Onder de 28 voormalige Wolfskinderen met wie ik contact aanknoopte, waren twee analfabeten.
Pas toen Litouwen in 1992 zijn onafhankelijkheid herwon, konden de Wolfskinderen zich publiekelijk uiten als voormalige Duitsers, maar uit voorzorg noemden ze hun vereniging niet de Duitse Wolfskinderenvereniging, maar kozen ze
Edelweiss als minder opvallende Duitse naam. De Wolfskinderen trouwden met Litouwers, kregen zelf kinderen en zijn nu oma’s en opa’s.
Harz Gladstein: "We werden wolven genoemd omdat we hongerige wolven waren." Bron: Wolfskinder, 2022
Zijn er na de oorlog door de Duitse overheid ooit acties ondernomen om de voormalige Wolfskinderen te helpen? Bijvoorbeeld met een uitkering of een kans om terug naar Duitsland te keren naar familie?
Duitsland heeft zich zeer onfatsoenlijk gedragen tegenover de Wolfskinderen. De aanvragen voor sociale bijstand die ik heb ingediend, zijn allemaal afgewezen en de rechtszaken die ik hierover heb aangespannen, hebben niets opgeleverd. In 2018 werd een eenmalige uitkering van € 2.500 uitgekeerd, maar alleen op aanvraag, wat neerkomt op iets meer dan € 30,- per jaar over de hele periode van 1945 tot 2018. Heel weinig Wolfskinderen vroegen vanaf 1990 hervestiging in Duitsland aan, vanwege het taalprobleem en vanwege hun leeftijd (ze waren inmiddels tussen de 50 en 60 jaar oud).
Met een nieuwe oorlog in het oosten van Europa zijn kinderen opnieuw de dupe. Hoe kijkt u hiernaar vanuit uw kennis en belangstelling voor de Wolfskinderen?
Wat de Russische bezetters in Oekraïne Oekraïense kinderen aandoen is een herhaling van eerdere misdaden en de daders horen thuis in de beklaagdenbank in Den Haag.
Waar is uw film te zien en blijft u ook na het maken hiervan betrokken bij de nagedachtenis aan de Wolfskinderen?
Er zijn nog negen mensen in mijn Tauroggen-groep en ik zal hen blijven helpen, ook al ben ik nu 82 jaar oud. Ik probeer de film te verkopen aan de Duitse televisie en tot die tijd toon ik hem alleen privé of voor kleine groepen. De Wolfskinderen krijgen een deel van de opbrengst van de verkoop, dat verdienen ze echt.