De Nationale Dodenherdenking vindt al sinds lange tijd elk jaar plaats op 4 mei bij het Nationaal Monument op de Dam in Amsterdam, vooraf gegaan door een herdenkingsbijeenkomst in De Nieuwe Kerk. Jaarlijks wonen ongeveer 20.000 mensen de herdenking bij op de Dam, miljoenen volgen het op de TV. Hoewel het al 65 jaar geleden is dat de Duitse bezetter op 5 mei in Hotel de Wereld in Wageningen capituleerde, blijft het draagvlak voor Dodenherdenking groot.
Het accent van de Nationale Dodenherdenking is in der loop der jaren verschoven. De eerste jaren na de oorlog werden alleen de Nederlandse slachtoffers uit de Tweede Wereldoorlog herdacht. Sinds begin jaren zestig is de Nationale Dodenherdenking niet enkel meer gericht op slachtoffers uit de Tweede Wereldoorlog, maar worden ook Nederlandse slachtoffers uit latere oorlogen en vredesoperaties herdacht op de avond van 4 mei.
Draagvlak
Sinds 1990 laat het Nationaal Comité jaarlijks een
onderzoek uitvoeren naar het draagvlak onder de Nederlandse bevolking voor 4 en 5 mei. Dit draagvlak bleef de afgelopen jaren onverminderd groot, zo ook dit jaar. Het Nationaal Vrijheidsonderzoek 2010 laat zien dat 80% van de bevolking de herdenking op 4 mei belangrijk vindt. De jaarlijkse dodenherdenking blijft voor mensen een moment om respect te tonen voor oorlogsslachtoffers, een moment waarbij stil wordt gestaan bij de gevolgen van de oorlog en een moment waarop men zich realiseert dat vrede en veiligheid levens kosten.
Een onderzoek uitgevoerd door opinieblad Elsevier i.s.m. ResearchNed laat zien dat de interesse onder de jongeren voor de Tweede Wereldoorlog verassend hoog is. Volgens meer dan 300 docenten van middelbare scholen vindt 81% van de jongeren de periode over de wereldoorlogen het meest interessant. Een 7,9 is het cijfer dat docenten toekennen aan de interesse van jongeren over de Tweede Wereldoorlog. Het Nationaal Vrijheidsonderzoek sluit op deze resultaten aan. Op een vijfpuntsschaal kennen de ondervraagde jongeren 4,1 punten toe aan het belang van de Dodenherdenking.
Dodenherdenking, en de oorlog, leeft dus, ook onder jongeren.
De herdenking
De Dam staat voor een groot deel al vol op het moment dat ik er aankwam. Met veel moeite weet ik een redelijk plaatsje te bemachtigen waar vandaan ik nog zicht heb op het monument. Het is dan wachten op Hare Majesteit de Koningin en haar gevolg. Mobieltjes en camera’s maken vele foto’s als ze langsloopt op weg naar het Nationaal Monument. Kijkend naar de grote schermen waarop de herdenking getoond wordt, lijkt het in dit lustrumjaar drukker dan voorgaande jaren.
De Dodenherdenking begint. De eerste krans wordt zoals ieder jaar gelegd door Koningin Beatrix en Kroonprins Willem-Alexander. Ze staan even stil bij de krans alvorens hun positie voor het monument weer in te nemen. The Last Post wordt dan geblazen. Na de laatste noot slaat het carillon in het Paleis op de Dam acht keer. De twee minuten stilte zijn begonnen. Ik denk aan de Amerikaanse soldaten wiens graven ik heb geadopteerd:
Lawrence F. Shea,
Charles G. Brinkley en
Richard A. Wertheim. Hun namen noem ik mijn gedachten op.
Tijdens de 2 minuten stilte hoor ik het geluid van vliegtuigen in de lucht. Terwijl het luchtruim leeg zou zijn om 20.00 uur. Ik maak me er druk om. Plotseling begint er iemand hard te schreeuwen. “Dat meen je niet”, dacht ik. “Wat respectloos.” Ik hoor een knal, waarna er enkele seconden niets lijkt te gebeuren. De menigte raakt dan in paniek en iedereen begint te rennen. Met een verschrikte blik in de ogen zie ik mensen op mij afkomen. Ik begin, net zoals de mensen om mij heen, mee te rennen. ”Koninginnedag 2009” flitst er door mijn hoofd heen. Terwijl ik ren zie ik in mijn gedachten een auto door het publiek aankomen. Aan de rand van het plein staat men geschokt op een hoop. Een paar meter voor mij liggen mensen op de grond die door het gedrang over elkaar zijn gestruikeld. Naast mij barst een vrouw in huilen uit. “Toch niet weer! Waarom?!” Ik probeer op de grote schermen te zien wat er gebeurd is. Ik zoek naar een auto, maar zie hem niet. Wel zie ik dat de Koninklijke familie verdwenen is en dat er mensen op het middenpad staan. Na enkele minuten spreekt de voorzitter van het 4 en 5 mei Comité de Dam toe: “Er is iemand onwel geworden. Over een paar minuten wordt de ceremonie hervat.” De menigte komt dan weer enigszins tot bedaren en gaat weer naar hun oude plekken terug.
De herdenkingsceremonie wordt hervat. Luid applaus is er voor de Koninklijke familie als zij weer terugkeren. Het Wilhelmus wordt ingezet. Gezang hoor ik om mij heen niet. Een opnieuw luid applaus aan het einde wel. Mensen kunnen hun aandacht maar moeilijk bij de ceremonie houden. Er wordt al druk gespeculeerd over wat er is gebeurd. Ik heb zelf enige tijd nodig om bij te komen van de schrik. Nog natrillend probeer ik foto’s te maken van de schrijver en voordrager van het “Dichter bij 4 mei” gedicht, Luc Stefelmanns. Minister-president Balkenende spreekt tijdens zijn toespraak kalm, alsof er niets is voorgevallen. Hij spreekt over
Miep Gies, de vrouw die de onderduikers in het Achterhuis, waaronder Anne Frank, hielp. Ze is een voorbeeld van wat sommige gewone mensen deden tijdens de oorlog. Verder worden er nog verscheidene kransen gelegd bij het Nationaal Monument, waaronder door de voorzitters van de Eerste en Tweede Kamer. Als laatste zijn het schoolkinderen die een roos neerleggen bij het monument. Koningin Beatrix wordt gevraagd het defilé te openen. Zij wordt gevolgd door een grote stoet van genodigden, waaronder politici als Groen Links lijsttrekker en fractievoorzitter Femke Halsema en oud-premier Wim Kok.
Een merkwaardige Dodenherdenking kwam hiermee ten einde. Een dodenherdenking waarin een moment van stilte voor slachtoffers zo abrupt en respectloos werd verstoord. Als ik de Dam verlaat kom ik langs een restaurant waar gewonden verzorgd worden. In de trein wordt er veel over gesproken door mensen die ook op de Dam aanwezig waren. Via de media bereikt ons nu meer informatie. Nu krijgen wij eigenlijk pas een goed beeld van wat er gebeurde. Het ongeloof bij mensen blijft groot.
Zal de Dodenherdenking op de Dam nog hetzelfde zijn de komende jaren? Zal de angst nu helemaal de mensen inkruipen? Of ik er volgend jaar weer ben op de Dam? Nu ben ik er nog niet zo zeker van. Aan het belang dat ik, en met mij vele andere Nederlanders, hechten aan de Dodenherdenking, ligt dat echter niet.
Sebastiaan Vonk
Alle foto's: © STIWOT & Sebastiaan Vonk