TracesOfWar heeft uw hulp nodig! Elke euro die u bijdraagt steunt enorm in het voortbestaan van deze website. Ga naar stiwot.nl en doneer!

Eindstation Auschwitz

Titel:Eindstation Auschwitz - Mijn verhaal vanuit het kamp (1943 - 1945)
Schrijver:Wind, E. de
Uitgever:J.M. Meulenhoff
Uitgebracht:2020
Pagina's:224
ISBN:9789029093606
Omschrijving:

Vanuit Nederland werden tijdens de Tweede Wereldoorlog ongeveer 60.000 Joden, in 65 transporten, naar Auschwitz-Birkenau vervoerd. Hiervan overleefden nog geen 900 personen de verschrikkingen van de Holocaust.

Eén van die ‘overlevers’ is Eddy de Wind. Zijn verhaal is een van de meest bijzondere verhalen van Nederlandse Joden die uit Auschwitz zijn teruggekeerd. Eddy heeft niet echt een gelukkige jeugd gehad; zijn biologische vader overlijdt aan een hersentumor, zijn stiefvader aan een hartaanval en zelf loopt Eddy zware brandwonden op waardoor hij littekens over zijn hele lijf heeft.

Op school gaat het wel goed. Eddy is intelligent en gaat geneeskunde en medicijnen studeren. Doordat de nazi’s ook Nederland overspoeld hebben en Joden worden buitengesloten moet Eddy versneld zijn studie afronden en dat lukt hem. Hij krijgt als laatste Joodse student van Leiden zijn bul. Hij kan in het geheim bij zijn docenten in Amsterdam verder studeren aan een opleiding psychologie.

Tijdens de eerst grote razzia in Amsterdam op 22 en 23 februari 1941, naar aanleiding van de dood van WA-man Koot, wordt ook Eddy gearresteerd. Samen met 426 anderen wordt hij mishandeld en naar kamp Schoorl gebracht om daar verder op transport te worden gezet naar uiteindelijk Mauthausen, vanwaar slechts twee personen levend terugkeren. Eddy gaat niet mee naar Mauthausen omdat hij doet alsof hij tbc heeft en samen met twaalf andere ‘zieken’ wordt hij simpelweg weer vrijgelaten. Eddy probeert hierna onder te duiken en zelfs ook naar Zwitserland te vluchten, maar dat zonder resultaat.

Dan gebeurt er iets wat de rest van de oorlog voor Eddy sterk zal beïnvloeden; zijn moeder en zijn tweede stiefvader worden opgepakt en naar Westerbork vervoerd. Eddy wil zijn moeder helpen en omdat hij hoort dat men er artsen zoekt gaat hij vrijwillig naar Westerbork om zijn moeder te zoeken. Bij aankomst is zijn moeder echter al gedeporteerd. Eddy zal haar nooit terugzien.

In Westerbork ontmoet hij Friedel Komornik en zij worden verliefd. Samen gaan zij op 14 september 1943 op transport naar Auschwitz. Eddy begin een dagboek bij te houden.

Een belangrijke kracht van "Eindstation Auschwitz" van Eddy de Wind (1916-1987) is dat het nog tijdens de oorlog in het kamp Auschwitz is geschreven. Er is niets aangepast of beïnvloed door veranderende herinneringen. De Wind schrijft het boek wel in de derde persoonsvorm. Friedel wordt ook hier Friedel genoemd, maar zijn eigen verhaal wordt beschreven door de ogen van Hans van Dam.

De lezer zit op de eerste rij gedurende de beschrijvingen van de activiteiten in het Stammlager Auschwitz. In dat Stammlager zijn twee ‘blokken’ die bij velen een gruwelijke resonantie teweegbrengen; Block 11 was het strafblock, waarin gevangenen, die in de ogen van de SS iets hadden misdaan, extra werden mishandeld, gemarteld en vaak ook gedood. In de kelder van Block 11 hebben ook de eerste vergassingen met Zyklon B plaatsgevonden. Tussen Block 11 en Block 10 is een binnenplaats met een zwarte muur alwaar vele duizenden gevangenen met een nekschot zijn gedood. Block 10 was het block alwaar SS-artsen gruwelijke experimenten deden. Veelal experimenten inzake het onvruchtbaar maken van Joodse mensen (meestal vrouwen). Friedel verblijft ook in dit block en moet leven met de constante angst om ook als proefkonijn te worden gebruikt. Hans (Eddy dus) zit in de Krankebau Block 9, een soort van zeer primitief ‘ziekenhuis’, naast het block van Friedel. Hierdoor kunnen zij contact met elkaar hebben.

De verhalen die de Wind schrijft, of eigenlijk; het verslag dat de Wind doet van verschillende gebeurtenissen, grijpt de lezer regelmatig naar de keel, maar geeft wél een duidelijk en eerlijk beeld van Auschwitz dat nog niet vaak is verteld door overlevende Nederlandse Joden, aangezien de meesten niet in het Stammlager terecht kwamen, maar in Birkenau.

Wind schrijft een eerlijk verhaal, zonder franje. Dat geeft zijn boek een grote historisch waarde. Omdat het boek tijdens de kampperiode geschreven is, krijgen de woorden een extra zware lading. De beklemmende angst en de willekeur van de SS-bewakers en hun helpers (Kapo’s) worden op confronterende wijze beschreven. Het boek is een historisch document, maar ook een verhaal over liefde en zelfopoffering. Het leest als een roman, maar is niet zo bedoeld. Wind gebruikt zijn kennis van de menselijke psyche om gevangenen en bewakers te analyseren. Zo krijgt hij ook meer inzicht in goed en kwaad, en het grijze gebied ertussen.

Beoordeling: Uitstekend

Informatie

Artikel door:
John Smeets
Geplaatst op:
29-02-2020
Feedback?
Stuur het in!

Afbeeldingen