Titel: | Winterbijen |
Schrijver: | Scheuer, Norbert |
Uitgever: | Ambo/Anthos |
Uitgebracht: | 2020 |
Pagina's: | 296 |
ISBN: | 9789026351419 |
Omschrijving: | Norbert Scheuer (Prüm, 1951) is een Duitse schrijver, die sinds 1994 een aantal gewaardeerde romans heeft geschreven, die hem een indrukwekkend rijtje literaire prijzen opleverde. Romans die naar verluidt worden gekenmerkt door een laconieke verteltrant, ingewikkelde structuren en nauwgezette beschrijvingen van personen, landschappen, weersomstandigheden en andere achtergronden. Hoofdpersoon is niet zelden een in de marge van de samenleving levend persoon, vaak geplaagd door heimwee en de drang zich af te keren van zijn omgeving. Als voorbeeld voor het in zijn romans voorkomende fictieve stadje Kall in de Eifel, gelegen in het gebied langs de rivier Urft (Urftland), dient Scheuers eigen geboortestad Kall in datzelfde Urftland in de Eifel. Het is goed dat te weten omdat er de onbedwingbare neiging is bepaalde gebeurtenissen die worden beschreven te toetsen aan de historische werkelijkheid in Kall en omgeving. Het verhaal is steeds een mengeling van verifieerbare feiten en gebeurtenissen die aan de fantasie van de schrijver zijn ontsproten. Zijn laatste boek, ‘Winterbijen’, wijkt niet af van het bovenstaande patroon. Voor dit boek kreeg Scheuer de Wilhelm-Raabe-Literaturpreis en werd hij opnieuw geplaatst op de shortlist voor de gerenommeerde Deutschen Buchpreis. Het verhaal begint in de eerste dagen van 1944 in Kall, vlak langs de Belgische grens. De hoofdpersoon is Egidius Arimond, niet bepaald een naam die je in Duitsland zou verwachten, maar de achternaam komt wel degelijk in deze contreien voor. Hij is een voormalig leraar geschiedenis en Latijn aan het gymnasium, die echter vlak voor het uitbreken van de oorlog door de nazi’s is ontslagen omdat hij epilepticus is. Dat strookt niet met de eugenetische idealen van het nationaalsocialisme. Arimond merkt op dat hij waarschijnlijk ontsnapt is aan het euthanasieproject op geestelijk en lichamelijk gehandicapten, omdat zijn broer Alfons een veel gedecoreerd piloot is bij de Luftwaffe. Na zijn ontslag moet hij zelf maar zien dat hij aan de kost komt en dat doet hij door het onderhouden van een groot aantal bijenvolken. Door de gehele streek tot aan de Belgische grens heeft hij zijn bijenkorven staan. Dat stelt hem ook in staat Joodse vluchtelingen in een omgebouwde bijenkorf de grens over de smokkelen. Dan is men weliswaar nog steeds in door Duitsers bezet gebied, maar de mogelijkheden om verder in veiligheid te worden gebracht worden is in elk geval vergroot. Arimond zelf krijgt via briefjes in de bibliotheek de opdrachten door, maar weet verder niks van de gehele operatie en kent geen enkele betrokken persoon. Men heeft ook niet erg de ik indruk dat hij erg betrokken is bij het verzet, al is hij bepaald geen aanhanger van de nazi’s. Hij krijgt simpelweg betaald voor het werk en heeft dat geld ook hard nodig om aan luminol-tabletten te komen, nodig om de frequente epileptische aanvallen te voorkomen of beperken. Dat wordt met het verloop van de oorlog steeds penibeler, want het wordt steeds lastiger om aan medicijnen te komen. Zijn overlevingskansen zijn constant in gevaar en tegelijkertijd vliegen constant Engelse en Amerikaanse bommenwerpers over die Kall in de as leggen en schieten op alles wat beweegt. Dat alles verhindert echter niet dat Egidius met diverse vrouwen waarvan de echtgenoot aan het front vertoeft het bed deelt. De hoofdpersoon houdt zich verder bezig met het vertalen van spaarzaam overgebleven Latijnse teksten van een verre voorvader, Ambrosius Arimond. Deze voormalige dominicaner monnik had de bijenteelt in de familie gebracht. Het hele boek is een grote lofzang op de bijenteelt. Nauwgezet beschrijft Scheuer de handelingen die Arimond gedurende het jaar moet verrichten om te zorgen dat zijn bijenvolken de winter overleven. Het boek gaat daardoor tegelijkertijd over de constante strijd tot overleven van de bijen, als over strijd van Egidius Arimond om te overleven in een hem vijandige en duistere wereld. De schrijver zegt in het nawoord dat hij van een stamgast in zijn kroeg op een gegeven moment een bundeltje schriften en tekeningen kreeg, dat was gevonden in een oude bijenkast. Schriftjes die een dagboek waren van Egidius Arimond, waarvan iedereen wist dat hij in de oorlog Joden had geholpen. Na veel naspeuringen zou Scheuer nog meer documenten hebben gevonden. Op basis van alle verzamelde documenten, plus zijn verlangen eindelijk eens een mooi boek over bijen te schrijven, is dit boek ontstaan. Dat alles aangevuld met de oorlogsactiviteiten die in de periode 1944-1945 rondom Kall hadden plaatsgevonden. Die lijken wat grootschalig als men de toenmalige omvang van het stadje in ogenschouw neemt, maar het is een feit dat in de periode september 1944 – februari 1945 de Slag om het Hürtgenwald plaatsvond. Deze veldslag met hevige gevechten vond plaats in het gebied tussen de Hoge Venen en de Roer; deze gevechten hebben nooit dezelfde bekendheid gekregen als het Ardennenoffensief. In dit gebied lag de Siegfriedlinie of Westwall, een aaneenschakeling van bunkers, betonnen tankversperringen, mitrailleursnesten, prikkeldraadversperringen en mijnenvelden. In het boek wordt veelvuldig gerefereerd aan de bombardementen, Russische dwangarbeiders, rondtrekkende SS’ers, noodhospitalen en executies van deserteurs of gevangengenomen piloten. De oorlog is constant op de achtergrond aanwezig. Het verhaal is opgebouwd als een dagboek van Egidius Arimond, maar het is al snel duidelijk dat, ondanks het fraaie nawoord van de schrijver, het een compleet fictief verhaal betreft. Het verhaal is boeiend en geeft een mooi beeld van de manier waarop de gemiddelde burger op het Duitse platteland probeerde de oorlog te overleven en de nationaalsocialistische ellende zo snel mogelijk achter zich te laten. |
Beoordeling: | Goed |