TracesOfWar heeft uw hulp nodig! Elke euro die u bijdraagt steunt enorm in het voortbestaan van deze website. Ga naar stiwot.nl en doneer!

Attack on the Scheldt

Titel: Attack on the Scheldt
Ondertitel: The Struggle for Antwerp 1944
Schrijver: Graham A. Thomas
Uitgever: Pen & Sword Military
Uitgebracht: 2017
Pagina's: 212
Taal: Engels
ISBN: 9781473850675
Omschrijving:

De verovering en het bereikbaar maken van de haven van Antwerpen was tijdens de tweede helft van 1944 één van de belangrijkste doelen van de geallieerden tijdens hun opmars in Noordwest-Europa. Toch krijgt de strijd om de haven, maar vooral de verovering van de Westerschelde, de toegang tot de haven, niet de aandacht van historici en schrijvers die bijvoorbeeld de landing in Normandië en het Ardennenoffensief wel krijgen. Met "Attack on the Scheldt" hoopt auteur Thomas hier verandering in te brengen.

Graham A. Thomas is een Brits/Canadese historicus en journalist die gespecialiseerd is in het wel en wee van het Britse leger en de Britse luchtmacht tijdens de Tweede Wereldoorlog en de Koreaoorlog. Hij is momenteel redacteur van "British Army Review", een tijdschrift dat driemaandelijks uitgegeven wordt binnen de Britse strijdkrachten. Verder heeft hij nog een drietal historische boeken over verschillende oorlogsonderwerpen en enkele historische romans op zijn naam staan.

Na de Slag om Normandië rukten de geallieerden snel op door Noord-Frankrijk en België. De haven van Antwerpen viel op 4 september 1944 vrijwel ongeschonden in hun handen. Dit kwam omdat de Duitsers zich snel noord- en oostwaarts terugtrokken en omdat het Belgische verzet vele ondermijnde haveninstallaties explosievenvrij had gemaakt. Bovendien vonden de Duitsers de haven zelf niet zo heel belangrijk omdat zij de toegang tot de Antwerpse laad- en losfaciliteiten, de Westerschelde, zowel aan de zuidoever als aan de noordoever stevig in handen hadden. Op het moment dat de geallieerden de haven veroverd hadden, kwam hun opmars echter tot een halt. De aanval op de Duitse stellingen langs de Westerschelde bleef meer dan een maand uit. In die tijd konden de Duitsers hun stellingen versterken en de teruggetrokken troepen hergroeperen. Zij veranderden het eiland Walcheren in een haast onneembaar fort en verstevigden hun sleutelposities langs de kanalen en bij Woensdrecht.

Na dit vastgesteld te hebben, stelt auteur Thomas twee terechte vragen: waarom stootten de geallieerden niet door en waarom bleven de Duitsers de stellingen in Zeeland zo hardnekkig verdedigen terwijl zij de opmars van de geallieerden uiteindelijk toch niet konden stoppen? Uiteindelijk zouden de geallieerden er vijfentachtig dagen over doen om de Duitsers langs de Westerschelde te verslaan. Hierbij vielen aan beide zijden duizenden doden en tienduizenden gewonden, kwamen er honderden burgers om het leven, werd in alle dorpen en stadjes in het gebied grote schade aangericht en werd Walcheren onder water gezet. Dit laatste deden de geallieerden met opzet door de zeedijken te bombarderen, voornamelijk om de Duitsers te demoraliseren en om hun communicatielijnen uit te schakelen. Dit was een succesvolle tactische zet, maar kostte de inwoners van het Zeeuwse eiland hun middel van bestaan. Pas in 1947 was het eiland weer watervrij gemaakt en konden de eerste bomen aangeplant worden.

Graham Thomas beschrijft in detail hoe de geallieerde 21 Army Group, waar onder andere de First Canadian Army deel van uitmaakte, de West-Vlaamse kuststreek, Zeeuws-Vlaanderen, Zuid- en Noord-Beveland en Walcheren veroverde. Vooral door het goed samenwerken met de Royal Air Force en de Royal Navy en door veelvuldig gebruik te maken van tanks en andere gevechtsvoertuigen, die de infanterie ondersteunden, konden de Canadezen onder Lieutenant General Simonds het gebied meter voor meter heroveren. Nadat de Westerschelde op 8 november veroverd was, werden de mijnen geveegd (Mijnenveegacties op de Schelde, 1944) en achttien dagen later arriveerden de eerste drie geallieerde kustvaarders vanuit Engeland in Antwerpen. Vanaf eind november kwamen elke week 48.000 troepen, tussen de 9.000 en 10.000 ton voertuigen, 40.000 ton brandstof en 275.000 ton goederen aan in de Vlaamse haven. Deze aantallen betekenden op termijn de val van het Derde Rijk vanuit westelijke richting.

Omdat auteur Thomas specialist is in de geschiedenis van het Britse leger en de Britse luchtmacht, zou het duidelijk te verklaren zijn waarom hij weinig aandacht schenkt aan de rol van de marine. Het feit dat hij deze toch niet onbelangrijke rol volledig negeert, komt niet ten goede van de volledigheid van het boek. Het slagschip HMS Warspite en de monitoren HMS Roberts en HMS Erebus waren als artillerieplatformen zeker zo belangrijk als de kanonnen van het leger dat over land de Duitsers aanviel. Verder waren Britse en Nederlandse mijnenvegers al vanaf half september bij Oostende begonnen met het vegen van mijnen. Deze mijnenveegacties volgden vanaf die periode gelijke tred met de veroveringen van de geallieerde grondtroepen. Bovendien waren de geallieerden bij de amfibische landingen op Walcheren geheel afhankelijk van landingsvaartuigen.

Zoals gezegd geeft "Attack on the Scheldt" een zeer gedetailleerd verslag van een nog weinig beschreven strijd in Noordwest-Europa. Hierbij is de rol van de marine onbelicht gebleven, maar de lezer krijgt toch een heel goed beeld van wat de geallieerden hebben moeten doorstaan om de Duitsers van de oevers van de Westerschelde te verdrijven. De lezer krijgt echter geen antwoord op de twee vragen die de auteur zelf gesteld heeft. Dat is toch wel een wat vreemde conclusie die getrokken moet worden op het moment dat het boek dichtgeklapt wordt. Het vreemdste is dat die vragen helemaal niet moeilijk te beantwoorden zijn; er moeten alleen een paar heilige huisjes omver geschopt worden. Ondanks dat Graham A. Thomas met "Attack on the Scheldt" een degelijk historisch werk heeft afgeleverd, heeft hij dát toch niet aangedurfd.

Beoordeling: Goed

Informatie

Artikel door:
Peter Kimenai
Geplaatst op:
26-05-2017
Feedback?
Stuur het in!

Afbeeldingen