TracesOfWar heeft uw hulp nodig! Elke euro die u bijdraagt steunt enorm in het voortbestaan van deze website. Ga naar stiwot.nl en doneer!

Historisch kader

    Het hier volgende artikel is geschreven door Teo van Middelkoop, de schrijver van het boek "Generaal H.G. Winkelman, standvastig strijder", in 2007 uitgegeven door Aprilis (ISBN: 90 59941039). Dit boek is een verbeterde en uitgebreide versie van het in 2002 verschenen "Een soldaat doet zijn plicht".

    Het Koninkrijk der Nederlanden koos in de 19e eeuw voor politieke afzijdigheid tegenover het buitenland. Deze neutraliteitspolitiek werd ongeveer een eeuw gehandhaafd. In dit artikel wordt ingegaan op de vraag hoe die neutraliteit werd beëindigd en wat de rol is geweest van de hoogste militaire bevelhebber.
    Na de Frans-Duitse oorlog van 1870-’71 werd duidelijk dat onze neutraliteit een meer actieve vorm moest krijgen. In drie trappen werd ons land geconfronteerd met de Duitse dreiging. Eerst in 1870 toen het goed getrainde en goed aangestuurde Duitse leger dat uit dienstplichtigen bestond, het als professioneel bekend staande Franse leger wist te verslaan. Duitsland werd onder Bismarck verenigd en de op expansie gerichte oosterbuur bewoog zich naar het centrum van de Europese macht. In Nederland werd de ‘Vestingwet’ in 1874 aangenomen. Een geconcentreerd vestingstelsel met de Nieuwe Hollandse Waterlinie werd de kern van de verdediging. Ons land hoopte dat de gewapende neutraliteit geloofwaardig zou overkomen, waarbij afzijdigheid en afschrikking samengingen. In feite werd het veiligheidsbeleid van ons land weinig gegarandeerd door eigen defensieve afschrikking. Veel meer hing die af van de bondgenootschappelijke steun in geval van een vijandelijke aanval. De tweede trap waarin ons land opnieuw, zijdelings, met Duitse agressie te maken kregen was tijdens de ‘Grote Oorlog' van ’14 – ’18. Nederland verklaarde zich opnieuw neutraal en had de grootste moeite die positie tussen Duitsland en Engeland te handhaven. Niet in het minst speelde de scheepvaart, onder andere op de Schelde hierbij een grote rol. Maar ons land bleef buiten schot, de neutraliteitspolitiek leek een succes. Tijdens het interbellum werd de toon gezet door de Legerwet van 1922. Pacifistische en economische motieven trokken de legeruitgaven omlaag. Een groot deel van de staatsfinanciën waren nodig voor sociale wetgeving en niet te vergeten de wet op het bijzonder onderwijs uit 1917. Een en ander was een uitvloeisel van de emancipatie van maatschappelijke groepen als arbeiders, gereformeerden en katholieken. Waar andere landen de mobiele oorlogvoering bestudeerden en gemechaniseerde en gepantserde eenheden in het veld brachten, bleef ons land achter in geharnaste neutraliteit. De Nederlands ‘weermacht’ steunde op de Nieuwe Hollandse Waterlinie en andere linies van oude vestingsteden, 19e eeuwse forten en linies bestaande uit honderden beton-kazematten.
    De Duitse aanval op Polen in 1939 was de derde trap van Duitse agressie. De Duitse inval in mei 1940 was de confrontatie die voor ons land het einde betekende van de neutraliteitspolitiek.
    De regering kondigde in alle drie de gevallen naast de neutraliteit, ook de mobilisatie af, waarbij in het laatste geval deze overging in werkelijke oorlogvoering.

    Definitielijst

    interbellum
    Het tijdvak tussen WO I en WO II.
    mobilisatie
    Een leger in staat van oorlog brengen, dus eigenlijk de overgang van vredestoestand naar oorlogstoestand. Het Nederlandse leger werd gemobiliseerd op 29 augustus 1939.
    neutraliteit
    Onpartijdigheid, onzijdigheid, tussen de partijen instaand, geen partij kiezen.

    Afbeeldingen

    Generaal Winkelman, opperbevelhebber van het Nederlandse leger.

    Inleiding

    Generaal Henri Gerard Winkelman is de enige Nederlandse generaal die als opperbevelhebber van land- en zeemacht (o.l.z.) het Nederlandse leger in oorlogstijd heeft gecommandeerd.
    Wij kennen hem maar nauwelijks. De naam generaal Winkelman is direct verbonden met de vijfdaagse strijd tegen Duitsland in de meidagen van 1940.
    Na de oorlog begon ons volk de opbouw van het geteisterde land vanuit een sterke oriëntatie op de toekomst. Voor velen gold: vooruit kijken doet het verleden leed vergeten. Een begrijpelijke menselijke reactie. Het terugzien was pijnlijk, want dan zag de Nederlander verlies en verdriet. Het is dan ook begrijpelijk dat men in de jaren na de oorlog niet graag wilde herinnerd worden aan deze pijnlijke periode inclusief de in die tijd acterende personen. Daar was generaal Winkelman er één van.
    Een andere reden voor de onbekendheid van Winkelman ligt in zijn bescheiden karakter. Hij is nooit iemand geweest die op de voorgrond trad. Hij schreef geen memoires, zocht niet het podium. Nu, ruim 55 jaar na zijn overlijden, plaatsen we deze persoon eens in het licht om van naderbij te bekijken en ons af te vragen wat zijn betekenis is geweest, niet alleen in de mei-oorlog maar ook voor en na die tijd.

    Carrière

    De cadet Henri Gerard Winkelman was erg jong toen hij op 16-jarige leeftijd de K.M.A. in Breda binnenstapte. Zijn blik was aanvankelijk op ‘de Oost’, Nederlands-Indië, gericht maar spoedig werd de cadet-korporaal ‘verplaatst naar het Wapen der Infanterie hier te lande’. Hij volgde de K.M.A. met veel succes en doorliep daarna de Hogere Krijgsschool in Den Haag. Hier rondde hij zijn studie in 1905 af met een onderzoek naar de betekenis van de spoorwegen ‘met het oog op de landsverdediging e.a. militaire belangen’. Hieruit bleken zijn organisatorische kwaliteiten.
    Zijn belangstelling voor spoorwegen sloot aan bij toenmalige ontwikkelingen wat onder andere naar voren kwam gedurende de Eerste Wereldoorlog, waarvan het begin volgens het spoorboekje moest verlopen.
    Winkelman diende bij diverse infanterieregimenten en later ook bij de generale staf. Geen bijzondere carrière voor een infanterieofficier. Bij zijn collega’s stond hij bekend om zijn organisatorische kwaliteiten en als een man van weinig woorden die niet op de voorgrond trad. In levensbeschouwelijk opzicht is Winkelman te plaatsen in de liberale zuil. Zijn levensovertuiging werd gedragen door rationele motieven en niet meer op een religieuze – doopsgezinde – geloofsrichting, waarin hij was opgevoed. Democratisch denken en respect voor andere meningen hadden duidelijk betekenis en lagen diep verankerd bij hem. Dit blijkt onder andere uit zijn houding ten aanzien van nazi-Duitsland. Als krijgsman had Winkelman respect voor de kwaliteit van het Duits-Pruisische leger. Maar hij kon niet de minste waardering opbrengen voor het nationaalsocialisme. Toen het gezin Winkelman begin jaren dertig op vakantie was in Duitsland en voor een etalage stond te kijken, werd er door de plaatselijke bevolking geroepen in die winkel geen inkopen te doen, omdat de zaak werd gedreven door Joden. Dit incident was genoeg om het verblijf af te breken en niet meer in Duitsland te komen.

    Definitielijst

    Eerste Wereldoorlog
    Ook wel Grote Oorlog genoemd, conflict dat ontstond na een groei van het nationalisme, militarisme en neo-kolonialisme in Europa en waarbij twee allianties elkaar bestreden gedurende een vier jaar durende strijd, die zich na een turbulent begin, geheel afspeelde in de loopgraven. De strijdende partijen waren Groot-Brittannië, Frankrijk, Rusland aan de ene kant (de Triple Entente), op den duur versterkt door o.a. Italië en de Verenigde Staten, en Duitsland, Bulgarije, Oostenrijk-Hongarije en het Ottomaanse Rijk aan de andere kant (de Centrale Mogendheden of Centralen). De strijd werd gekenmerkt door enorme aantallen slachtoffers en de inzet van vele nieuwe wapens (vlammenwerpers, vliegtuigen, gifgas, tanks). De oorlog eindigde met de onvoorwaardelijke overgave van Duitsland en zijn bondgenoten in 1918.
    Infanterie
    Het voetvolk van een leger (infanterist).
    nazi
    Afkorting voor een nationaal socialist.

    Ontslag en ‘come back’

    In 1931 bereikte Winkelman de generaalsrang en werd commandant van de 4e divisie die was gelegerd in Amersfoort. Drie jaar later werd hij bevorderd tot luitenant-generaal en verliet hij de militaire dienst na eervol ontslag. Einde van zijn carrière, zo leek het. Maar, deze bescheiden en weinig op de voorgrond tredende generaal, die in 1934 samen met generaal I.H. Reynders kandidaat stond voor de functie van chef-staf en het moest afleggen tegen de laatste vanwege zijn lagere leeftijd, maakte een bijzondere come back in de legertop. Hij werd na enige jaren de opvolger van generaal Reynders. Wat was er zoal gebeurd binnen die legertop? Nadat in september 1939 de oorlog was begonnen en Nederland het leger had gemobiliseerd, ontstonden er wrijvingen tussen de minister van Defensie, A.Q.H. Dijxhoorn, en de opperbevelhebber generaal Reynders. Deze betwistte de bevoegdheden tussen hem en de minister en wenste dat de gewenste staat van beleg werd afgekondigd. Daarbij wilde de generaal een verbod op socialistische soldatenvakbonden, die hij associeerde met antimilitarisme. Voor defensieminister Dijxhoorn lag dit genuanceerder.
    Het meest heftig werden de degens gekruist over het te voeren strategisch beleid. Reynders wilde de verdediging van ons land in twee linies uitvechten. Nadat het in de Grebbelinie tot een doorbraak was gekomen zouden de troepen moeten terugtrekken om vervolgens achter de Nieuwe Hollandse Waterlinie voor een tweede keer in het defensief te gaan. Dit verschil van inzicht tussen de minister en de generaal bleek niet te overbruggen.
    Deze en een aantal andere geschillen resulteerden in een complete vertrouwenscrisis tussen de generaal en het kabinet De Geer. Bovendien was de generaal in ongenade gevallen bij koningin Wilhelmina.
    In wezen werden de problemen veroorzaakt doordat Reynders een man was van de oude stempel. Door zijn conservatieve inslag en minder goede contactuele eigenschappen raakte hij op afstand van de regering. Reynders moest met ontslag, ondanks het feit dat hij voor het leger veel had gedaan met goede intenties.
    Met zijn ontslag was het probleem voor land en leger nog niet opgelost. De regering schiep een riskante vacature in crisistijd. Wie moest nu de ‘maarschalkstaf’ overnemen? Na koortsachtig delibereren was het oud-defensieminister Dijk die, terugdenkend aan zijn bekwaamheid, generaal Winkelman naar voren schoof. Op een late avond in januari werd Winkelman bij minister Dijxhoorn ontboden. Deze informeerde hem over het conflict in de defensietop waarna hij de vraag stelde of Winkelman het opperbevel wilde overnemen. De minister verzekerde hem dat hij geheel zelfstandig zijn strategie mocht bepalen met een zelf gekozen chef-staf. Winkelman ging akkoord en werd benoemd tot opperbevelhebber van Land en Zeemacht en gelijktijdig bevorderd tot generaal. Met vier zilveren sterren en de gekruiste maarschalkstaven op de kraag arriveerde Winkelman op 6 februari op het Algemeen Hoofdkwartier aan het Lange Voorhout in Den Haag. Toen een verslaggever informeerde naar zijn mening over zijn nieuwe taak was zijn antwoord even kort als duidelijk: ´Een moeilijke opdracht, maar een soldaat doet zijn plicht´. Dat heeft hij overigens waargemaakt.
    Als chef-staf, zijn rechterhand, had hij gekozen luitenant-generaal H.F.M. van Voorst tot Voorst, de broer van de commandant van het Veldleger.
    De perspectieven voor de nieuwe opperbevelhebber waren bepaald niet rooskleurig, met zwaar weer op komst en een leger in deplorabele toestand. Desondanks vatte Winkelman zijn taak met veel plichtsgevoel op. Het bleek spoedig dat de coming man het vermogen had in moeilijke situaties goed met de legertop en politici om te gaan. Waar Reynders zijn verachting voor de regering liet blijken, wist Winkelman samenbindend te werken en zo het vertrouwen te winnen. Dat was op zichzelf al een overwinning aangezien het Algemeen Hoofdkwartier zeer op de hand was van zijn voorganger. Daarnaast genoot hij vanaf het begin het volle vertrouwen van zowel de ministers als de vorstin.

    Definitielijst

    divisie
    Bestond meestal uit tussen de een en vier Regimenten en maakte meestal deel uit van een Korps. In theorie bestond een Divisie uit 10.000 - 20.000 man.
    staat van beleg
    Toestand waarin alle burgerlijke vrijheden worden opgeschort en het bestuur bij het leger berust.

    Afbeeldingen

    Generaal Winkelman treedt aan voor het Algemeen Hoofdkwartier op het Lange Voorhout, februari 1940.

    Strategie

    Winkelman was zich vanaf het begin bewust van de Duitse dreiging. Tijdens de eerste maanden van zijn aantreden werd een nieuw strategisch plan gemaakt, conform de ‘Opdracht’ die de regering hem had verstrekt. Hierin waren de hoofdlijnen van het verdedigingsconcept vermeld. De kern was verdediging van ‘het hart des lands’ en ‘waar mogelijk in samenwerking met bondgenoten’. De opperbevelhebber stelde zijn doelen laag. Hij zag kans met de beperkte middelen, alleen het ‘hart des lands’, de Vesting Holland, te verdedigen. Hier moest ten laatste het verdedigend gevecht worden gevoerd tot bondgenootschappelijke hulp zou arriveren. Het te verdedigen grondgebied was in de gegeven situatie niet het maximale, maar wel het meest optimale wat betreft omvang en militaire middelen.
    In Noord-Brabant werd de Peel-Raamstelling, die door Reynders was opgebouwd, flink uitgedund. Twee grote legereenheden, de Lichte Divisie en het III-e Legerkorps, werden bestemd om direct na een Duitse inval deze provincie te verlaten, om posities in te nemen binnen de Vesting Holland. In de strategie van generaal Winkelman zouden troepeneenheden niet worden teruggetrokken om in een tweede linie nogmaals het verdedigend gevecht aan te gaan.

    De Moerdijkbruggen vormden een sleutelverbinding tussen de eventuele bondgenoten, met name Frankrijk, en de Vesting Holland. De wijzigingen in Noord-Brabant betekenden dat er principiële keuzes waren gemaakt. De verdediging van deze provincie was daarmee zo goed als opgegeven en de opperbevelhebber rekende op steun van de toekomstige bondgenoten, met name die van Frankrijk. Het was een flinke hypotheek die Winkelman had uitstaan.
    Ten noorden van de grote rivieren koos de opperbevelhebber voor het verdedigen van de Grebbestelling. Deze werd fors uitgebouwd met de verwachting dat hier enige weken moest worden standgehouden.
    Nergens werd gekozen voor offensief opgetreden. Winkelman koos voor een ‘gesloten front’-strategie, waarbij het leger werd geconcentreerd en statisch-defensief opgesteld in de linies rond de Vesting Holland. Daarnaast moest de provincie Zeeland hardnekkig worden verdedigd.
    Hoewel de politiek volhardde in de ‘beproefde’ neutraliteit, heeft Winkelman het desondanks gewaagd zijn attachés opdracht te geven met de toekomstige bondgenoten contacten te leggen. Vooral met Frankrijk werden enkele vérgaande contacten gezocht, aanvankelijk buiten de het kabinet om, uit vrees voor politiek correcte reacties. In een later stadium waren de ministers Van Kleffens (Buitenlandse Zaken) en Dijxhoorn (Defensie) hiervan met instemming op de hoogte.

    Definitielijst

    Divisie
    Bestond meestal uit tussen de een en vier Regimenten en maakte meestal deel uit van een Korps. In theorie bestond een Divisie uit 10.000 - 20.000 man.
    neutraliteit
    Onpartijdigheid, onzijdigheid, tussen de partijen instaand, geen partij kiezen.
    offensief
    Aanval in kleinere of grote schaal.

    Afbeeldingen

    De Nederlandse verdedigingslinies en troepenopstelling mei 1940.

    Kritiek

    Een tot nog toe onderbelichte episode is de rol die Winkelman heeft gespeeld bij het uitbreken van de oorlog in de vroege ochtend van 10 mei 1940.
    Toen de Duitse inval (Fall Gelb) plaatsvond bleek dat de paraatheid lang niet overal optimaal was. Winkelman meende dat de hoofdstoot over de grond zou komen. Daarom waren de troepen in de Vesting Holland niet gealarmeerd. Met een luchtlandingsaanval, zoals een maand eerder in Noorwegen was gedemonstreerd, had de opperbevelhebber vrijwel geen rekening gehouden. Nog veel minder had hij de doorslaggevende rol van parachutisten ingecalculeerd. Riskant was zijn afwezigheid op het Algemeen Hoofdkwartier in de nacht van 9 op 10 mei. Hij was thuis in Wassenaar gaan slapen. De onderbemande staf heeft enkele belangrijke fouten gemaakt inzake de alarmering. Zo heeft zijn plaatsvervanger het niet nodig geacht om de luchtstrijdkrachten te alarmeren toen de Duitsers de grens waren gepasseerd. Intussen deed de bevelhebber van de Militaire Luchtvaart verwoede pogingen om met het hoofdkwartier in contact te komen, aangezien er massa’s toestellen overvlogen. Hij kreeg geen contact met zijn chef. Deze hoogste krijgsman begaf zich die ochtend vroeg onder gevaarlijke omstandigheden naar Den Haag. Tijdens de rit vlogen toestellen van de Luftwaffe als horzels boven hem en wemelde het van de parachutisten rond de residentie. Bovendien meende Winkelman in die tijd dat de burger die hem reed, een Duitse sympathisant was. We stuiten hier op een aantal beoordelingsfouten van Winkelman, waarbij een dosis naïviteit een rol heeft gespeeld. Stel dat deze hoge functionaris die ochtend in handen van de ‘Fallschirmjäger’ zou zijn gevallen. Desondanks kwam Winkelman op het Lange Voorhout aan, waar het hoofdkwartier was gelegen. Hij deed een dringend beroep op de bondgenoten, met name van Frankrijk werd veel verwacht. De hoogste prioriteit was de verdediging van de Vesting Holland in het kader van de ‘gesloten front’ strategie, maar die werd doorkruist door een massa Duitse luchtlandingstroepen binnen de vesting (Luchtlandingen in de Vesting Holland). Toch werd vastgehouden aan de geplande strategie, terwijl alle reserves werden belast met de jacht op de parachutisten en de strijd bij Rotterdam. Dit had tot gevolg dat de troepen in de hoofdlinies het zonder reserves moesten stellen, zodat een doorbraak direct fataal was.

    Definitielijst

    Fallschirmjäger
    Duitse parachutisten van de Luftwaffe.
    Luftwaffe
    Duitse luchtmacht.

    Het gesloten front doorbroken

    Het hoge opmarstempo van de Duitse armee en vooral de aanval met luchtlandingstroepen en parachutisten op een dergelijk grote schaal, waren een complete verrassing voor de legerleiding. De belangrijkste bruggen, bij Dordrecht, Rotterdam en de Moerdijk, waren binnen enkele uren in handen van Duitse parachutisten. Intussen trok een pantserdivisie door Noord-Brabant richting de Moerdijkbruggen.
    In het geheel van de strijd heeft de Militaire Luchtvaart zich uitzonderlijk onderscheiden. Samen met het succesvol vurende luchtdoelgeschut werden driehonderdvijftig Duitse toestellen uitgeschakeld. Door toeval kon generaal Winkelman al in een vroeg stadium van de strijd te weten komen wat de bedoeling was van de Duitse aanval op de residentie. Er was die ochtend boven Den Haag een Duits transporttoestel neergeschoten. Uit het uitgebrande wrak kwam een tas tevoorschijn die het Duitse aanvalsplan op Den Haag bevatte. Een snel onderzoek leerde dat de aanval een politiek doel had, namelijk het gevangennemen van de koningin, het kabinet en de legerleiding. Spoedig werd op last van de opperbevelhebber Den Haag afgegrendeld. De drie vliegvelden werden nog diezelfde dag door de Nederlandse troepen heroverd. Rond de residentie liep de gewaagde Duitse gok dan ook uit op een fiasco. Het lukte de opperbevelhebber echter niet om in samenwerking met de Fransen het initiatief in handen te krijgen op de as Moerdijk – Dordrecht – Rotterdam. Als gevolg hiervan werden aan het zuidelijk front van de Vesting Holland de Moerdijkbruggen na drie dagen strijd door de Duitse tanks overschreden. Een eerste doorbraak van het ‘gesloten front’.
    Spoedig bezweek ook het oostelijk front, de Grebbelinie. Dit werd veroorzaakt door het ontbreken van voldoende reserves, een foutieve inschatting van de omvang van de vijand door gebrekkige verkenning en slechte verbindingen waardoor coördinatie van eenheden sterk in gebreke bleef. Een tweede doorbraak van het ‘gesloten front’. Een algemeen probleem van het Nederlandse leger was de slechte bevelvoering van grotere legereenheden.
    Ten slotte waren het forceren van de capitulatie van Rotterdam door middel van een terreurbombardement en het dreigen met een bombardement op Utrecht, factoren die beslissend waren voor het beëindigen van de strijd.
    Ons land was in de strijd tegen Duitsland à priori veroordeeld tot de verliezersrol. De in alle opzichten superieure Duitse Armee is de eerste verklaring voor het Nederlandse verlies. Daarnaast speelt een tweede gegeven een belangrijke rol. Dit formuleerde een commandant van de 22e ‘Luftlande Infanteriedivision’ treffend toen hij schreef: ‘Der Kampf gegen die niederländische Wehrmacht ist einem Kampf gegen einen moralischen und waffentechnisch unterlegenen Gegner’.

    Definitielijst

    armee
    Bestond uit meestal tussen de drie en zes Korps en andere ondergeschikte of onafhankelijke eenheden. Een Armee was ondergeschikt aan een Heeresgruppe of Armeegruppe en had in theorie 60.000 - 100.000 man.
    capitulatie
    Overeenkomst tussen strijdende partijen met betrekking tot de overgave van een land of leger.

    Gecapituleerd,… maar niet geestelijk!

    Winkelman voerde zijn krijgsplan over het algemeen op deskundige en beheerste wijze uit. Waar anderen moreel bezweken, is hij staande gebleven. Toen de stemming in de ministerraad op de derde oorlogsdag zeer ontmoedigd was en men de strijd al wilde opgeven, wist de opperbevelhebber het ministeriële moreel te versterken met zijn advies ‘Doorvechten!’ In de contacten met koningin Wilhelmina heeft Winkelman zich een besluitvaardig adviseur betoond, die begreep waar het om ging: de vorstin, en het huis van Oranje, uit de handen van de vijand houden. Mede door zijn optreden is de continuïteit van de Oranjedynastie veiliggesteld. Koningin Wilhelmina vertrok tijdig naar Engeland, spoedig gevolgd door de ministers. Winkelman bleef achter en was intussen gemachtigd de strijd voort te zetten. Dat betekende voor Nederland een uniek moment in haar staatkundige geschiedenis. Spoedig moest hij echter de ‘wapens strijken’, een daad die hem veel publieke lof heeft opgeleverd. Echter in geestelijk opzicht is hem het begrip capitulatie vreemd gebleven. Doorlopend heeft hij gestreden onder andere rechtstreeks tegen Hermann Göring, door hem voor de voeten te werpen dat de oorlog niet voorbij was, omdat de regering zich in Engeland bevond. Daarnaast heeft de generaal zich beijverd om de sterk economisch denkende managers van de industrie te verbieden om wapens voor de vijand te produceren. Hij stond al snel alleen tegenover zijn eigen volk dat over het algemeen al snel handelde vanuit de accommodatiegedachte. Winkelmans principiële instelling van loyaliteit was de oorzaak van zijn arrestatie, waarna hij voor de duur van de oorlog krijgsgevangen werd gehouden.

    Definitielijst

    capitulatie
    Overeenkomst tussen strijdende partijen met betrekking tot de overgave van een land of leger.

    Voorbeeld

    In verschillende beschrijvingen over Winkelman wordt hij geschetst als de personificatie van de capitulatie. Een erg smal kader. Winkelman past een breder profiel. Hierin moet zijn betekenis als loyaal krijgsman, die met het toenmalig inzicht zocht naar het optimale verdedigingsplan en de uitvoering daarvan, als eerste genoemd worden. Dat hij in bijzonder ongunstige omstandigheden in februari 1940 zijn opwachting maakte, mag hem tot eer zijn.
    Winkelmans sterkste kanten lagen minder op het tactisch-strategische vlak, maar meer op het organisatorische en diplomatieke terrein. Dit laatste gegeven is te zien in zijn wijze van manoeuvreren met regering en generale staf waardoor de onder Reynders ingezette polarisatie werd beëindigd.
    Hij profileerde zich als een democratisch denkend dienaar van de koningin. Bovendien kon zijn onbuigzame mentaliteit, wars van accommodatie, tot voorbeeld zijn voor het weinig strijdbare Nederlandse volk. De eenvoudige manager Winkelman had feeling voor politiek en wist met tact en weinig woorden veel te bereiken.
    Zijn woorden ´een soldaat doet zijn plicht´ waren profetisch juist gebleken.

    Definitielijst

    capitulatie
    Overeenkomst tussen strijdende partijen met betrekking tot de overgave van een land of leger.

    Afbeeldingen

    Bronnen

    Dit artikel werd geschreven door Teo van Middelkoop, de schrijver van het boek “Generaal H.G. Winkelman, standvastig strijder”, in 2007 uitgegeven door Aprilis (ISBN: 90 59941039). Dit boek is een verbeterde en uitgebreide versie van het in 2002 verschenen “Een soldaat doet zijn plicht”.