TracesOfWar heeft uw hulp nodig! Elke euro die u bijdraagt steunt enorm in het voortbestaan van deze website. Ga naar stiwot.nl en doneer!

Inleiding

    In 1930 werd de Lichte-bommenwerper Fairey Gordon bij de Royal Air Force en Fleet Air Arm gepresenteerd. Speciaal voor de FAA van de Royal Navy werd in 1933 een drijverversie van de Fairey Gordon ontwikkeld, de Fairey Seal. Hoewel sterk verouderd bij het uitbreken van de Tweede wereldoorlog, waren nog diverse Fairey Seal toestellen in gebruik als verbindings- en trainingsvliegtuig.


    Bron: Public Domain (onbekend)

    Ontwikkeling

    De Fairey Seal werd net als haar evenknie de Fairey Gordon, direct ontwikkeld uit de Fairey IIIF. Het was dan ook een Fairey IIIF Mk IIIB exemplaar dat werd omgebouwd tot het prototype van de Fairey Seal. Dit was de Fairey IIIF, Mk IIIB, F.1065 welke werd verbouwd tot Fairey IIIF, Mk VI, F.1316, S1325. Dit prototype werd later omgedoopt tot Fairey Seal. Het toestel vloog op 11 september 1930 voor het eerst en was toen nog uitgerust met een wielstel. Op 29 september 1930 vloog hetzelfde toestel voor het eerst, uitgerust met drijvers.[1]

    Geschiedenis

    De Fairey Seal werd in 1933 geïntroduceerd als een verkenner/jager, aangedreven door een Armstrong Siddeley Panther IIA motor. Het was de maritieme versie van de Fairey Gordon en kon zowel worden uitgerust met drijvers als met wielen. De toestellen werden met wielen gebruikt als verkenner/torpedobommenwerper op vliegdekschepen en als verkenner met drijvers aan boord van marineschepen waar ze met een katapult konden worden afgeschoten. Er werden, naast het prototype, 90 exemplaren gebouwd. De eerste productiereeks had de fabrieksnummers F.1843 tot en met F.1853 en kregen de registratienummers K3477 tot en met K3487. Hierbij werd de F.1851/K3485 uitgerust met dubbele bediening en kon voor opleidingen worden ingezet. De volgende productiereeksen bestonden uit F.1854 tot en met F.1874 (K3514 tot en met K3534), F.1897 tot en met F.1907 (K3535 tot en met K3545), F.1908 tot en met F.1912 (K3575 tot en met K3579), F.1971 tot en met F-1995 (K4201 tot en met K4225) en F.2093 tot en met F.2120 (K4779 tot en met K4796).[2]

    De meesten werden gebruikt door de FAA van de Royal Navy, waar ze in hun oorspronkelijke rol al vanaf 1936 werden vervangen door de Fairey Swordfish Mk I. Rond 1938 waren bij alle operationele eskaders de toestellen vervangen en werd de Seal bij de FAA nog gebruikt voor secundaire en ondersteunende rollen. Toen in september 1939 de Tweede Wereldoorlog uitbrak, had de FAA nog vier toestellen in dienst. Pas in 1943 werd het toestel geheel buiten gebruik genomen, waarbij het als laatste werd gebruikt in India door de Royal Navy Photographic Unit voor opleidingen.


    Bron: Public Domain (onbekend)

    Na buiten dienststelling bij de FAA nam de RAF twaalf toestellen over voor het slepen van doelen. Deze toestellen deden nog tot 1940 dienst bij de No 10 Bombing and Gunnery School. Nog eens vier toestellen werden door de RAF op Ceylon gebruikt bij No. 273 Squadron. Deze werden al naar gelang hun taak uitgerust met wielen of drijvers voor kustpatrouilles. In mei 1943 waren alle Seal's bij de RAF uitgefaseerd.


    Bron: Public Domain (onbekend)

    Peru ontving de constructienummers F.F.1934 tot en met F.1939. De Peruaanse toestellen werden aangedreven door een Panther IIIA motor. Het productietoestel F.2111, werd, aangedreven door een Panther VI motor geleverd aan Argentinië. Twee toestellen, de F.2116 en F.2117, werden, aangedreven door een Napier Lion XI motor, geleverd aan Chili. Waarschijnlijk heeft Peru het toestel tot in de Tweede Wereldoorlog gebruikt, maar zeker is dat Letland, voor de inlijving bij de Sovjet-Unie, een vier Seal's bij haar marine in gebruik heeft gehad, zowel als drijverversie en als landversie. Deze toestellen werden in 1934 besteld. De geleverde toestellen hadden de fabrieksnummer F.2112 tot en met F.2115 en kregen de registratie 26 tot en met 29, welke later werd gewijzigd in 98 tot en met 101. Ze werden aangedreven door een Bristol Pegasus III M3 motor. Het is zeer waarschijnlijk dat deze toestellen later werden ingelijfd bij de marine of de luchtmacht van de Sovjet-Unie. Het enige wat bekend is is dat de toestellen op 28 juni 1941 bij een Duits bombardement op het meer Kisezers werden vernield.[3]

    Definitielijst

    Sovjet-Unie
    Sovjet Rusland, andere naam voor de USSR.

    Technische gegevens

     Type: Fairey Seal
     Taak:
    Verkenner/Lichte-bommenwerper
     Bemanning:
    3
     Spanwijdte:
    13,94 meter
     Vleugeloppervlakte:
    41,20 m2
     Lengte:
    10,26 meter
     Hoogte:
    3,89 meter
     Gewicht:
    Leeggewicht: kg
    Max. gewicht: 2.722 kg
     Motor:
    1x Armstrong Siddeley Panther IIA motor
    525 pk (391 kW)
     Snelheid:
    Max. snelheid: 222 km/u
    Kruissnelheid: ? km/u
     Bereik:
    ? km
     Plafond:
    5.200 meter
     Bewapening:
    1x 7,7 mm Vicker machinegeweer (vast voorwaards)
    1x 7,7 mm Lewis machinegeweer (los cockpit)
    230 kg bommenlast
     Productie:
    90 (+ 1 prototype)

    Noten

    1. Stemp, 2011, pag. 35
    2. Stemp, 2011, pag. 35
    3. Stemp, 2011, pag. 35

    Informatie

    Artikel door:
    Wilco Vermeer
    Geplaatst op:
    12-08-2022
    Feedback?
    Stuur het in!

    Gerelateerde boeken

    Fleet Air Arm Carrier War
    Catapult Aircraft