TracesOfWar heeft uw hulp nodig! Elke euro die u bijdraagt steunt enorm in het voortbestaan van deze website. Ga naar stiwot.nl en doneer!

Wilhelm Ritter von Leeb (1876 - 1956)

    Wilhelm Josef Franz von Leeb werd geboren op 5 september 1876 in Landsberg am Lech en was de zoon van een Beierse legerofficier. Hij werd streng rooms-katholiek opgevoed, hetgeen zijn sporen zou nalaten in zijn latere carrière. Gezien de militaire familietraditie was hij voorbestemd om officier te worden, wat ook gebeurde. Op 19-jarige leeftijd voegde hij zich in de rang van Fahnenjunker bij het 4. Feldartillerie-Regiment "König", een Beierse eenheid in Augsburg. Daarna volgden korte detacheringen bij de Krijgsschool in München, de Beierse Artillerie- en Genieschool in München en de artilleriefabriek in Amberg.

    Na de oorlogsverklaring van China in 1900 aan meerdere westelijke mogendheden en de daarmee samenhangende Boxeropstand werd Von Leeb opgeroepen om als pelotonscommandant de 1. Gebirgsbatterie des ostasiatischen Feldartillerie-Regiments aan te voeren. De eenheid maakte deel uit van de Duitse inbreng in een westelijke troepenmacht om de opstand in China neer te slaan, hetgeen ook lukte, maar de Duitse eenheden arriveerden te laat om hun echte vuurdoop te beleven. De rust was inmiddels weergekeerd, hoewel zijn eenheid gedurende het korte verblijf in China betrokken raakte bij schermutselingen met Chinese opstandelingen.

    Na terugkomst in het Duitse Rijk ging Von Leeb studeren aan de Kriegsakademie in München, waarna hij achtereenvolgens van oktober 1907 tot oktober 1909 werd gedetacheerd bij het hoofdkantoor van de Beierse Generale Staf en van oktober 1909 tot september 1911 bij de de Grote Pruisische Generale Staf in Berlijn. Deze functie bekleedde hij tot 1911 om vervolgens batterijcommandant te worden in het 10. Beierse Feldartillerie-Regiment, waarmee hij ook deelnam aan de Eerste Wereldoorlog. In 1915 werd hij overgeplaatst naar de 11. Bayerischen Infanterie-Division, waar hij diende als eerste generale stafofficier. Deze divisie werd aan vrijwel ieder front ingezet. Von Leeb vergezelde zijn divisie in de gevechten in Galicië, Servië, Verdun, Roemenië, in de Elzas en in de Champagnestreek. In 1916 werd de inmiddels tot Major bevorderde Von Leeb in de adelstand verheven (vandaar de naam "Ritter"). Tegen het einde van de oorlog werd Von Leeb weggehaald aan het front, waarna hij zich bezighield met krijgsgeschiedkundige studies met betrekking tot de voorgaande oorlogsjaren.

    Von Leeb, die behoorde tot de conservatieve kring binnen het Duitse leger, werd lid van een Freikorps nadat de vernederende wapenstilstand met de geallieerden tot stand was gekomen. Deze vrijkorpsen namen het op tegen communistische opstandelingen in Duitsland zelf, dus ook in zijn eigen geboortestreek Beieren. Door zijn uitstekende verdiensten werd Von Leeb bijna vanzelfsprekend ook opgenomen in de Reichswehr, het nieuwe leger van de Weimarrepubliek, dat vanwege het Verdrag van Versailles niet groter mocht zijn dan 100.000 manschappen.

    Gedurende zijn diensttijd bij de Reichswehr wist hij in rang op te klimmen tot Generalleutnant. Tussen 1919 en 1933 werkte hij als afdelingschef en adviseur op het Reichwehrministerie, als stafchef van meerdere militaire districten (Wehrkreise), waaronder Stettin en München totdat hij regimentscommandant werd bij Artillerie-Regiment 7. Als bekroning op zijn uitstekende werk kreeg hij in 1930 het bevel over de Bayerische Division in München.

    Deze functie bekleedde Von Leeb tot 1933. Toen lukte het Adolf Hitler om de macht in Duitsland te grijpen. De conservatieve rooms-katholiek Von Leeb stond vanaf het begin sceptisch tegenover de nationaal-socialisten. In het Derde Rijk ging de Reichswehr op in de nieuw gevormde Wehrmacht, waarin een bijzondere taak was weggelegd voor Von Leeb. Hij werd namelijk commandant van Gruppenkommando 2 in Kassel en promoveerde tot General der Artillerie.

    Terwijl hij deze functie bekleedde, ontwikkelde Wilhelm von Leeb een militaire theorie met betrekking tot het voeren van verdedigende veldslagen. Hij had een geheel eigen zienswijze op de verdediging, namelijk de zogenaamde "elastische verdediging", door middel van mobiele eenheden. In 1938 publiceerde Von Leeb zijn bevindingen in het boek "Die Abwehr". In datzelfde jaar greep Adolf Hitler de in scène gezette affaire, waarvan opperbevelhebber van de Duitse Heer Werner Freiherr von Fritsch en minister van Oorlog Werner von Blomberg het slachtoffer werden, aan om zelf de absolute macht naar zich toe te trekken over de Duitse strijdkrachten. Hitler ontsloeg daarna een aanzienlijk deel van zijn generaals of in het geval van Von Leeb stuurde hij ze met vervroegd pensioen.

    Tegen alle verwachtingen in werd Von Leeb later dat jaar opnieuw aangesteld. Hij voerde in oktober het bevel over de Wehrmachteenheden tijdens de annexatie van het Sudetenland. Vanwege deze verdienste werd hij een maand later bevorderd tot Generaloberst. In september 1939 had Von Leeb de leiding over de Wehrmacht langs de westgrens van het Duitse Rijk, toen Hitler in het oosten zijn troepen Polen liet binnenvallen (zie: Fall Weiss). Hoewel Von Leeb ervan overtuigd was dat als de Franse troepen een aanval zouden ondernemen hij kansloos zou zijn vanwege de beperkte omvang van zijn strijdmacht, gingen de Fransen niet over tot de aanval. Wel verklaarden zowel Frankrijk als Groot-Brittannië de oorlog aan Duitsland.

    Nadat Polen door de Duitsers werd overrompeld, richtte Hitler zijn aandacht op het westen. De Duitsers begonnen met de planning voor een veldtocht tegen Frankrijk. Von Leeb kreeg de leiding over Heeresgruppe C, die de Siegfriedlinie bezette welke liep van de grens met Luxemburg tot aan de grens met Zwitserland, pal tegenover de Franse Maginotlinie. Op 10 mei 1940 ging Fall Gelb, de veldtocht tegen Frankrijk, België en Nederland van start, gevolgd door Fall Rot, waarin Heeresgruppe C de opdracht kreeg de Maginotlinie op te rollen. Von Leeb slaagde er in de onneembaar geachte Maginotlinie in te nemen, waardoor de overwinning op Frankrijk werd bezegeld. Hiervoor werd Von Leeb beloond met een promotie tot de hoogste rang, namelijk die van Generalfeldmarschall.

    Na de overwinning op Frankrijk richtte Hitler zijn blik oostwaarts. In de veldtocht tegen Rusland, met de codenaam Operatie Barbarossa, was een bijzondere rol weggelegd voor Von Leeb. Hij werd benoemd tot bevelhebber van Heeresgruppe Nord, de noordelijkste van de drie legergroepen die de aanval op de Sovjet-Unie ondernamen. Op 22 juni 1941 ging Operatie Barbarossa van start en Heeresgruppe Nord maakte tegen alle verwachtingen in de grootste vooruitgang van de drie legergroepen. De Baltische staten werden onder de voet gelopen en het Noordwestelijke Front van de Sovjets werd zo goed als geheel uiteengeslagen. Na een maand wisten Duitse troepen de Stalinlinie aan de oude Lets-Russische grens te doorbreken. De weg naar Leningrad lag open, maar de Sovjets lieten versterking aanrukken en de hardnekkige en verbeten Russische tegenstand, de lange verbindingslijnen, de moeilijke terreinomstandigheden en het gebrek aan manschappen begonnen Von Leeb parten te spelen. De Duitse opmars werd vertraagd en Adolf Hitler wees Heeresgruppe Nord een Panzerkorps van Heeresgruppe Mitte toe om een doorbraak naar de stad die Lenins naam droeg te forceren. De opmars naar Leningrad verliep uitermate voorspoedig, maar in de zuidelijke buitenwijken van Leningrad werden de Duitsers tegengehouden door nieuwe versterkingen van het Rode Leger die deels bestonden uit burgermilities die verbeten weerstand boden. Toen duidelijk werd dat de stad niet makkelijk ingenomen kon worden zonder hoge verliezen aan Duitse zijde, besloot Hitler de stad te belegeren en uit te hongeren, om ze vervolgens van de aardbodem weg te vagen. Adolf Hitler riep in september zijn tanks terug voor het offensief tegen Moskou.

    Heeresgruppe Nord slaagde er wel in Leningrad zo goed als van de buitenwereld af te sluiten (er was alleen nog een verbinding mogelijk over het in de winter bevroren Ladogameer), maar faalde er in om ten noordoosten van Leningrad verbinding te maken met de Finse strijdkrachten van maarschalk Carl Mannerheim die zich aan de rechteroever van de rivier de Svir bevonden. Hoewel Tikhvin in november 1941 werd veroverd, had Von Leeb door het weghalen van zijn pantsertroepen te weinig aanvalskracht om de doorstoot naar de Svir te bewerkstelligen. Het Rode Leger wist vervolgens Von Leebs opmars eerst te vertragen en daarna een halt toe te roepen. Von Leeb kwam tot de conclusie dat de militaire situatie van zijn troepen gevaarlijk was en gaf bevel voor een tactische terugtocht zodat de frontlinie werd ingekort en dus beter te verdedigen zou zijn. Toen Adolf Hitler dit ter ore kwam, ontstond er een conflict tussen de Führer en de veldmaarschalk. In tegenstelling tot veel andere falende bevelhebbers werd Von Leeb echter niet uit zijn functie ontheven. In januari 1942 nam Von Leeb op eigen initiatief ontslag als bevelhebber van Heeresgruppe Nord, nadat het Russische winteroffensief zijn troepen uit het gebied rond Tikhvin, ten noordoosten van Leningrad had verdreven. Tot het einde van de oorlog behoorde de veldmaarschalk tot de Führerreserve van het OKH (Oberkommando des Heeres) en speelde geen actieve rol meer in de Duitse Heer.

    Op 2 mei 1945 werd Von Leeb gearresteerd door Amerikaanse troepen en ging hij in krijgsgevangenschap. In oktober 1948 moest Von Leeb verschijnen voor het oorlogstribunaal in Neurenberg, waar hij, zoals achteraf pas bleek, onterecht werd veroordeeld tot drie jaar cel voor het begaan van oorlogsmisdaden. Deze veroordeling kwam tot stand door een verwisseling van documenten. Dit vonnis werd later niet teruggedraaid, maar aangezien hij reeds drie jaar in Amerikaanse krijgsgevangenschap had doorgebracht, werd hij na zijn veroordeling in vrijheid gesteld.

    Op 29 april 1956 stierf de veldmaarschalk in Hohenschwangau (in de buurt van Füssen). In 1976 werden dagboekfragmenten en een deel van zijn papieren gepubliceerd (Meyer, Georg (red.) Generalfeldmarschall Wilhelm Ritter von Leeb: Tagebuchaufzeichnungen und Lagebeurteilungen aus zwei Weltkriegen, Stuttgart: Deutsche Verlags-Anstalt, 1976).

    Definitielijst

    Artillerie
    Verzamelnaam voor krijgswerktuigen waarmee men projectielen afschiet. De moderne term artillerie duidt in het algemeen geschut aan, waarvan de schootsafstanden en kalibers boven bepaalde grenzen vallen. Met artillerie duidt men ook een legeronderdeel aan dat zich voornamelijk van geschut bedient.
    divisie
    Bestond meestal uit tussen de een en vier Regimenten en maakte meestal deel uit van een Korps. In theorie bestond een Divisie uit 10.000 - 20.000 man.
    Eerste Wereldoorlog
    Ook wel Grote Oorlog genoemd, conflict dat ontstond na een groei van het nationalisme, militarisme en neo-kolonialisme in Europa en waarbij twee allianties elkaar bestreden gedurende een vier jaar durende strijd, die zich na een turbulent begin, geheel afspeelde in de loopgraven. De strijdende partijen waren Groot-Brittannië, Frankrijk, Rusland aan de ene kant (de Triple Entente), op den duur versterkt door o.a. Italië en de Verenigde Staten, en Duitsland, Bulgarije, Oostenrijk-Hongarije en het Ottomaanse Rijk aan de andere kant (de Centrale Mogendheden of Centralen). De strijd werd gekenmerkt door enorme aantallen slachtoffers en de inzet van vele nieuwe wapens (vlammenwerpers, vliegtuigen, gifgas, tanks). De oorlog eindigde met de onvoorwaardelijke overgave van Duitsland en zijn bondgenoten in 1918.
    Freikorps
    Duitse paramilitaire groepen die vlak na de Eerste Wereldoorlog opgericht werden vanuit voormalige frontsoldaten. Deze groepen werden veelal vernoemd naar hun commandant. Freikorpsen vormden de basis voor de latere Sturmabteilung (SA).
    Führer
    Duits woord voor leider. Hitler was gedurende zijn machtsperiode de führer van nazi-Duitsland.
    geallieerden
    Verzamelnaam voor de landen / strijdkrachten die vochten tegen Nazi-Duitsland, Italië en Japan gedurende WO 2.
    Heeresgruppe
    Was de grootste Duitse grondformatie en was direct ondergeschikt aan het OKH. Bestond meestal uit een aantal Armeen met weinig andere direct ondergeschikte eenheden. Een Heeresgruppe opereerde in een groot gebied en kon een paar 100.000 man groot worden.
    Infanterie
    Het voetvolk van een leger (infanterist).
    maarschalk
    Hoogste militaire rang, legeraanvoerder.
    Maginotlinie
    Franse verdedigingslinie aan de Frans-Duitse grens.
    offensief
    Aanval in kleinere of grote schaal.
    oorlogsmisdaden
    Misdaden die in oorlogstijd worden begaan. Vaak betreft het hier misdaden van militairen ten opzichte van burgers.
    Regiment
    Onderdeel van een divisie. Een divisie bestaat uit een aantal regimenten. Bij de landmacht van oudsher de benaming van de grootste organieke eenheid van één wapensoort.
    Reichswehr
    Duitse leger in de tijd van de Weimarrepubliek.
    Rode Leger
    Leger van de Sovjetunie.
    Sovjet-Unie
    Sovjet Rusland, andere naam voor de USSR.
    Stalinlinie
    Verdedigingslinie die in het interbellum door de Russen werd aangelegd aan hun westgrens, maar door de expansies in het (Baltische Staten, Polen, Bessarabië, etc.) westen schoof de grens op en was de Stalinlinie niet meer de eerste linie bij de Duitse inval in 1941.

    Afbeeldingen

    Informatie

    Artikel door:
    Tom Notten
    Geplaatst op:
    28-07-2004
    Laatst gewijzigd:
    27-12-2023
    Feedback?
    Stuur het in!

    Bronnen

    - Beaulieu, Walter Chales de. Der Vorstoß der Panzergruppe 4 auf Leningrad, 1941 (Neckargemünd: Scharnhorst Buchkammeradschaft, 1961)
    - Haupt, Werner. Heeresgruppe Nord: Der Kampf im Nordabschnitt der Ostfront 1941 - 45 (Bad Nauheim: Podzun, 1966)
    - Meyer, Georg (red.) Generalfeldmarschall Wilhelm Ritter von Leeb: Tagebuchaufzeichnungen und Lagebeurteilungen aus zwei Weltkriegen (Stuttgart: Deutsche Verlags-Anstalt, 1976)
    - Mitcham jr, Samuel W. Hitler's Field Marshals and Their Battles (London: Leo Cooper, 1988)

    Onderscheidingen

    Leeb, Ritter von, Wilhelm (Generalfeldmarschall)* 5 september 1876
    † 29 april 1956

    meer