• Nakajima Ki-43 Hayabusa

Geboortedatum:

24 september 1920 (Poplar/Wisconsin, Verenigde Staten)

Overlijdensdatum:

6 augustus 1945 (Burbank/Californie, Verenigde Staten)

Begraven op:

Amerikaans Oorlogsgraf Poplar Cemetery

Nationaliteit:

Amerikaanse (1776 - heden, Republiek)

Richard Ira Bong werd geboren in 1920 in het St. Mary’s ziekenhuis in Superior en groeide op in Poplar, Wisconsin. Hij was de eerste van negen kinderen van een Zweedse immigrant en een in Amerika geboren moeder. Hij zou zijn voorbestemd voor een kort leven maar wel met een roemrijke carrière in de militaire luchtvaart. Dick doorliep de hogere school goed, hij hielp z’n ouders op de boerderij en had als tiener vele interesses. Zoals zovele jongens van zijn leeftijd, was hij op jonge leeftijd al geïnteresseerd in de luchtvaart en bouwde hij graag modellen.
In 1938 begon hij op het Superior State Teachers College, waar hij zich inschreef voor de opleiding van piloot in de burgerluchtvaart. Daarbij volgde hij ook nog privé vlieglessen. In 1941 schreef hij zich in bij het Army Air Corps voor het Cadet Aviation Program. Nadat hij zijn vliegerinsigne op 9 januari 1942 op vliegbasis Luke in Arizona had ontvangen, diende Lieutenant Bong nog drie maanden lang als instructeur op Luke. Op 6 mei 1942 werd hij overgeplaatst naar de vliegbasis Hamilton bij San Francisco, voor gevechtsoefeningen in de P38 Lightning, een tweemotorig gevechtstoestel met een dubbele staarboom.
Terwijl hij de vliegbasis van Hamilton het tweemotorig toestel onder de knie probeerde te krijgen trok hij de aandacht van General George Kenney, zijn toekomstig mentor en commandant van de 5th Air Force. Toen General George Kenney in september 1942 naar de Pacific ging was Bong één van de piloten die hij meenam om in de 49th Fighter Group te dienen. Tweede luitenant Bong werd toegewezen aan het 9th Fighter Squadron, de "Flying Knights" en werd naar Australië gezonden "om op te schieten en te wachten". Terwijl men wachtte op de levering van de P-38 toestellen vloog Bong met Captain Thomas Lynch van het 39th Fighter Squadron van de 35th Fighter Group die opereerde vanuit Port Moresby, Nieuw Guinea. Hij behaalde daar, twee dagen na Kerst, zijn eerst overwinningen door het neerhalen van een Japanse Aichi D3A "Val" en een Japanse Mitsubishi A6M Zero-Sen "Zeke" boven Dobodura. In januari 1943 werd hij een aas, toen hij zijn vijfde overwinning behaalde boven de Golf van Huon waar hij een Japanse Nakajima Ki-43 Hayabusa "Oscar" neerhaalde.
In augustus 1943 werd hij gepromoveerd tot Captain. Bong’s bekendheid werd groter nadat hij in april 1944 zijn record op 27 overwinningen had gezet, en hij daarmee het record van 26 overwinningen van Kapitein Eddie Rickenbacker uit de Eerste Wereldoorlog verbeterde. Hij werd daarmee ‘de aas der azen’. Samen met zijn reputatie kwam de promotie tot majoor.
Bong werd ingedeeld als instructeur voortgezette schietopleiding en waarnemer met de strikte orders om luchtgevechten te vermijden behalve in zelfverdediging. Op 10 oktober 1944 had Bong zichzelf "verdedigd" tot 30 overwinngen en werd hij door General Kenney aan de grond gehouden die hem juist eerder persoonlijk had uitgekozen voor luchtgevechten.
Bong haalde Kenney echter over terug te mogen keren tot gevechtsvluchten. Op 15 november 1944 behaalde Bong zijn 36e overwinning en droeg Kenney hem voor bij Generaal Douglas MacArthur voor de Medal of Honour die op zijn beurt de voordracht bekrachtigde en doorstuurde naar Washington D.C. Later, op 12 december 1944 overhandigde MacArthur persoonlijk de medaille aan Majoor Bong. MacArthur gooide zijn voorbereide speech weg en zei in plaats daarvan: "Major Richard Ira Bong, die in het luchtruim regeert van Nieuw Guinea tot de Filippijnen, ik plaats je nu in het gezelschap van de moedigste der moedigen, de dragers van de Medal of Honor van het Congres van de Verenigde Staten."
Toen Bong's 40e overwinning werd bevestigd, werd hij definitief ontheven van gevechten omdat General Kenney vreesde dat hij zijn held anders misschien nooit meer zou kunnen verwelkomen. Op Oudejaarsdag 1944 kwam hij weer thuis in de Verenigde Staten.
Op 10 februari 1945 trouwde hij met Marge Vattendahl. Na hun huwelijksreis in Californië ging hij werken op Wright-Patterson Air Base waar hij als testpiloot hielp bij de ontwikkeling van de Lockheed P-80 Shooting Star. Hij bestudeerde de theorie over straalaandrijving en werkte zich twee maanden lang helemaal in op de details van de machinebouw voordat hij een kans kreeg om met het toestel te vliegen. Nadat de P-80 helemaal gecontroleerd was vloog hij er in die zomer elf keer mee.
Op 6 augustus 1945, toen een halve wereld verder de Enola Gay de atoombom op Hiroshima liet vallen, stapte Bong voor de laatste keer in een vliegtuig. Zijn P-80 had een technisch defect net na de start en hoewel Bong met zijn parachute uit het vliegtuig sprong had hij geen enkele kans om het er levend vanaf te brengen: het vliegtuig was nog te dicht bij de grond. Nadat hij twee jaar had overleefd in luchtgevechten, kwam Richard Ira Bong om het leven bij een routine testvlucht. Zijn lichaam werd 30 meter vanaf de straalmotor van het vliegtuig teruggevonden, gedeeltelijk gewikkeld in zijn parachute. Op 8 augustus 1945 werd hij begraven op de begraafplaats van Poplar in de staat Wisconsin.

Opmerkingen:
Amerika’s aas der azen. Vloog in verschillende eenheden inclusief de 35th Fighter Group en de 8th Fighter Group echter 21 overwinningen behaalde hij met het 7th en het 9th Fighter Squadron, van de 49th Fighter Group, 5th Air Force/SWPA (South West Pacific Area).
Overwinningen: 40 toestellen in de lucht vernietigd, 7 toestellen vermoedelijk en 11 toestellen in de lucht beschadigd.

Heeft u zelf meer informatie over deze persoon? Lever het aan!

• Foto: USAAF
• - Bongheritagecenter.org
  - Acepilots.com
  - Warbirdsresourcegroup.org
  

Helaas geen map gevonden.