TracesOfWar heeft uw hulp nodig! Elke euro die u bijdraagt steunt enorm in het voortbestaan van deze website. Ga naar stiwot.nl en doneer!

De stamhouder - een familiekroniek

Titel: De stamhouder - een familiekroniek
Schrijver: Alexander Münninghoff
Uitgever: Prometheus Bert Bakker
Uitgebracht: 2014
Pagina's: 320
ISBN: 9789035142268
Omschrijving:

In 2015 won het boek ‘De Stamhouder’ – volgens veel mensen tamelijk verrassend en volgens een aantal historici onterecht – de Libris Geschiedenisprijs voor het beste geschiedenisboek van 2015. In ‘De stamhouder’ beschrijft de journalist (voormalig correspondent in onder meer Rusland en Cambodja en tijdens de Golfoorlog) Alexander Münninghoff (1944) zijn interessante familiegeschiedenis, die zich afspeelt in Letland, Duitsland en Nederland.

De grootvader van Alexander (Johannes Münninghoff) emigreerde tijdens het interbellum naar Letland. Door zijn scherpe zakeninstinct, maar ook door een aantal schimmige praktijken, wist hij hier meerdere succesvolle bedrijven te starten. In 1939 week de familie Münninghoff uit naar Nederland wegens de op handen zijnde inlijving van Letland bij de Sovjet-Unie. Ook hier wist de grootvader van Alexander al snel weer een florerend zakenimperium op te bouwen, dit ondanks, of beter gezegd dankzij de oorlog. Johannes zelf koos geen kant en probeerde zo goed mogelijk tussen de strijdende partijen heen te laveren. Zijn zoon Frans maakte echter wel een keuze. Hij nam dienst bij de Waffen-SS en vocht aan het Oostfront. Alexander werd in 1944 geboren in Posen, het huidige Poznañ in Polen. Na de oorlog vestigde de familie zich definitief in Nederland. Nadat de grootvader overleed werd zijn zakenimperium verdeeld over zijn drie zoons. Die het met meer of minder succes voortzetten.

‘De stamhouder’ is terecht niet onomstreden als geschiedenisboek. De auteur doet een aantal gewaagde uitspraken. Het feit dat hij deze niet kan ondersteunen met goede bronnen, maakt het boek niet geloofwaardiger. Sommige dialogen en gebeurtenissen lijken rechtstreeks afkomstig uit een spionagefilm. De vraag is hoe de auteur hier zo perfect van op de hoogte kan zijn. Vooral het relaas over Johannes Münninghoff lijkt te mooi om waar te zijn. Al dan niet gewild ontstaat het beeld van een man die achter de schermen alle touwtjes in handen heeft. En als een soort Vito Corleone uit ‘The Godfather’ zijn imperium bestuurt en daarbij alle legale en illegale wegen bewandelt om zijn doel te bereiken, waarbij hij zelfs moord niet schuwt. Alexander Münninghoff schildert zijn opa af als iemand die goede contacten had met zowel de Britse als Duitse inlichtingendiensten, maar ook met het Nederlandse en Duitse verzet. Ook zou hij betrokken zijn geweest bij het verzet tegen Hitler. Hij zou weet hebben gehad van de geheime protocollen bij het Molotov-Ribbentroppact en ook van de aanslag en staatsgreep van 20 juli 1944. Het is zeer twijfelachtig of een buitenstaander wel dergelijke goede contacten kon hebben.

De auteur doet regelmatig stellige beweringen, die hij niet onderbouwt. Ook brengt hij sommige zaken eerst als hypothese – "het kan zo zijn gegaan" – om ze een moment later als vaststaand feit te betitelen – "het kan niet anders zijn gegaan dan". Bovendien bevat het boek aantoonbaar enkele feitelijke onjuistheden. Zo schrijft de auteur dat de bevolking van Riga voor de oorlog voor maar liefst 30 % uit Joden bestond, maar in werkelijkheid was dit 11,3 %. Ook geeft hij Wilhelm Canaris (de chef van de Abwehr, de Duitse militaire inlichtingendienst) de status van een onverdroten verzetsheld. Terwijl moderne historici deze status alom in twijfel trekken omdat er heel wat op Canaris is aan te merken.

De vader van Alexander vocht, zoals eerder genoemd, bij de Waffen-SS. De houding van de auteur daar tegenover mag ook wel wat kritischer. Frans Münninghoff beweert dat hij zelf nooit betrokken is geweest bij oorlogsmisdaden en dat hij hier ook geen weet van had. Dat kan zo zijn (het is weliswaar twijfelachtig, maar het is niet te bewijzen dat het wel zo is). Feit is echter wel dat de Waffen-SS betrokken is geweest bij tal van oorlogsmisdaden, met deelname aan en betrokkenheid bij de massamoorden door de Einsatzgruppen als meest gruwelijke voorbeeld. Het had de auteur gesierd als hij dergelijke feiten ook zou hebben genoemd. Doordat hij dit niet doet, cultiveert hij feitelijk de status van de Waffen-SS als puur militaire organisatie die weinig te doen had met de misdaden van het naziregime. Een beeld dat, hoewel aantoonbaar onjuist, de laatste jaren vaker opduikt in boeken en andere media.

De passages die zich afspelen voor en tijdens de Tweede Wereldoorlog, in Letland, Nederland en aan het Oostfront zijn spannend en lezenswaardig. De verhalen over de Nederlandse kolonie in Letland zijn interessant, temeer omdat weinig mensen op de hoogte zullen zijn van de vooroorlogse geschiedenis en de Nederlanders in dit Baltische land. De hoofdstukken die zich na de oorlog afspelen in Nederland zijn een stuk minder boeiend. Deze hoofdstukken, die meer dan de helft van het boek beslaan, horen eigenlijk niet thuis in een geschiedenisboek, maar in een familieroman of in het script van een dramaserie. Ze handelen voornamelijk over het turbulente (liefdes)leven van de ouders van Alexander en de rest van de familie Münninghoff en aanverwanten, inclusief buitenechtelijke kinderen, familievetes, echtscheidingen en zelfs ontvoering. Op zich is dat niet oninteressant en soms is het zelfs humoristisch, maar het had een stuk korter gekund. Vooral vanwege het feit dat het geschiedenisaspect in dit deel helemaal ver op de achtergrond komt te staan. Bovendien laat de auteur zich soms wat meeslepen door zijn eigen herinneringen.

Het boek is geschreven in romanstijl. Hierdoor is het meeslepend en leest het lekker weg. Het nadeel aan de romanstijl is echter dat Münninghoff bepaalde emoties en gedachten aan de beschreven personen moet toekennen, terwijl hij nooit zeker kan weten of die persoon ook daadwerkelijk zo dacht en voelde. Zo beschrijft Münninghoff op indringende wijze de zelfmoord van een oude SS-kameraad van zijn vader. Dit doet hij vanuit het perspectief van de oud-SS’er zelf, maar hier geldt natuurlijk dat je nooit alle drijfveren van een zelfmoordslachtoffer kunt achterhalen, laat staan zijn laatste gedachten. Münninghoff pretendeert dit echter wel te kunnen, gezien de manier waarop hij de passage verwoordt.

De auteur had ‘De stamhouder’ beter kunnen inkleden als een historische roman, gebaseerd op waargebeurde feiten. Dan waren de vergezochte beweringen en historische omissies hem minder kwalijk genomen. Het boek draagt weliswaar de titel van een familiekroniek en de auteur pretendeert zelf niet dat het een op feiten berustend historisch werk is, maar het wordt wel aangeprezen als een geschiedenisboek (het heeft als zodanig ook een prijs gewonnen) en zo wordt het dan ook beoordeeld. Zoals Anton van Hooff in Geschiedenis Magazine al opmerkte: "Maar wat Münninghoff heeft geschreven, is toch geen geschiedenis?"

Het boek is prettig leesbaar. Maar het historisch onderzoek rammelt aan alle kanten, althans: het is niet te controleren door het ontbreken van een verantwoording. ‘De stamhouder’ is waarschijnlijk puur en alleen gebaseerd op familieoverlevering. De auteur heeft al deze verhalen klakkeloos en zonder kritische toetsing overgenomen. Het resultaat is een boeiend en lezenswaardig werk, met spannende en humoristische momenten, maar met een geschiedenisboek heeft het niet veel van doen.

Beoordeling: Redelijk

Informatie

Artikel door:
Wesley Dankers
Geplaatst op:
22-05-2016
Laatst gewijzigd:
24-05-2016
Feedback?
Stuur het in!

Afbeeldingen

Gerelateerd aan