TracesOfWar heeft uw hulp nodig! Elke euro die u bijdraagt steunt enorm in het voortbestaan van deze website. Ga naar stiwot.nl en doneer!

Inleiding

De drie onderzeeboten van de K VIII-klasse waren de opvolgers van de K V-klasse die voor het Ministerie van Koloniën gebouwd werden. De klasse werd vanaf 1917 gebouwd op de werf van de Koninklijke Maatschappij De Schelde in Vlissingen volgens een ontwerp van de Amerikaanse Electric Boat Company. De bouw liep vanaf het begin grote vertragingen op. Dit was vooral een gevolg van de stagnerende aanvoer van grondstoffen als gevolg van de Eerste Wereldoorlog.

Hierdoor konden een aantal wijzigingen in het ontwerp doorgevoerd worden op voorstel van de Nederlandse ingenieur J.J. van der Struyff van het Bureau Scheepsbouw. De dekbuizen kwamen te vervallen omdat tijdens de Eerste Wereldoorlog gebleken was dat een dergelijke constructie gevaar opleverde bij dieptebomaanvallen. Daardoor kwam het totale aantal torpedolanceerbuizen slechts uit op vier wat ten koste ging van de offensieve waarde van de onderzeeërs. De onderzeeboten van de K VIII-klasse waren de laatste Nederlandse boten die geheel uitgerust werden met 45cm torpedobuizen. Verder werd de commandotoren vergroot waardoor er onder andere twee periscopen geïnstalleerd konden worden die vier meter verder uitgeschoven konden worden in vergelijking met hun voorgangers. Dit nieuwe type periscoop werd vanaf de K VIII-klasse de standaard voor Nederlandse onderzeeboten. Bovendien werden de boten van deze klasse uitgerust met een 8,8cm kanon, dat ook tegen luchtdoelen gebruikt kon worden, in plaats van het oude type van 7,5cm dat deze nieuwe dreiging niet kon afweren.

De nieuwe klasse was van het Double-hull type waarbij de vijf ballasttanks zich tussen de beide drukvaste huiden bevonden. Het was de bedoeling dat de boten van de K VIII-klasse uitgerust zouden worden met 8-cilinder M.A.N. dieselmotoren die de onderzeeërs 2 x 900 pk hadden moeten leveren in vergelijking met hun voorgangers van de K V-klasse die over 6-cilinder Sulzer diesels beschikten met 2 x 600 pk vermogen. Wederom als gevolg van de Eerste Wereldoorlog kon alleen de K VIII uitgerust worden met de Duitse M.A.N. 8-cilinders. Voor de K IX en K X moest het Ministerie van Koloniën genoegen nemen met de 6-cilinder Sulzer dieselmotoren van Zwitserse makelij, die door technische verbeteringen wel een machinevermogen konden leveren van 2 x 775 pk.

Definitielijst

Eerste Wereldoorlog
Ook wel Grote Oorlog genoemd, conflict dat ontstond na een groei van het nationalisme, militarisme en neo-kolonialisme in Europa en waarbij twee allianties elkaar bestreden gedurende een vier jaar durende strijd, die zich na een turbulent begin, geheel afspeelde in de loopgraven. De strijdende partijen waren Groot-Brittannië, Frankrijk, Rusland aan de ene kant (de Triple Entente), op den duur versterkt door o.a. Italië en de Verenigde Staten, en Duitsland, Bulgarije, Oostenrijk-Hongarije en het Ottomaanse Rijk aan de andere kant (de Centrale Mogendheden of Centralen). De strijd werd gekenmerkt door enorme aantallen slachtoffers en de inzet van vele nieuwe wapens (vlammenwerpers, vliegtuigen, gifgas, tanks). De oorlog eindigde met de onvoorwaardelijke overgave van Duitsland en zijn bondgenoten in 1918.
kanon
ook bekend als Kanone (Du) en Gun (En). Wordt vaak gebruikt om allerlei geschut aan te duiden. Eigenlijk slaat de term op vlakbaan geschut. Wordt gekenmerkt door een langere loop en grotere dracht.

Afbeeldingen

Hr. Ms. K VIII, Hr. Ms. K IX en Hr. Ms. K X in Vlissingen. Bron: P. Kimenai Go2War2.

Klasse overzicht en technische gegevens

Hr. Ms. K VIIIHr. Ms. K IXHr. Ms. K X
BouwwerfKoninklijke Maatschappij De Schelde te Vlissingen
Bouwnummer167168169
Op stapel gezet31 oktober 19171 maart 19191 november 1919
Te water gelaten28 maart 192223 december 19222 mei 1923
In dienst gesteld15 september 192221 juni 192324 september 1923
Grootste lengte64,41 meter
Grootste breedte5,6 meter
Diepgang3,55 meter
Waterverplaatsing boven water520 ton
Waterverplaatsing onder water715 ton
Machine-installatie2 x 8-cilinder 2-takt M.A.N. dieselmotoren, 2 x 900 pk2 x 6-cilinder 2-takt Sulzer dieselmotoren, 2 x 775 pk
Elektromotoren2 x elektromotoren en 2 x generatoren, 2 x 200 pk
Accu`s132 cellen, 4350 A/h (ampère per uur) gedurende 3 uren
Aantal schroeven2
Maximale snelheid16 knopen boven water, 8 knopen onder water15 knopen boven water, 8 knopen onder water
Actieradius3.500 zeemijlen bij 11 knopen boven water, 25 zeemijlen bij 8 knopen onder water
Maximale duikdiepte50 meter
Bemanning31 koppen
Torpedobuizen2 x 45cm boegbuizen, 2 x 45cm hekbuizen
Torpedo`s10 torpedo`s type III45
Overige bewapening1x 8,8cm multi purpose dekkanon, 1 x 12,7mm mitrailleur

Definitielijst

mitrailleur
Machinegeweer, een automatisch, zwaar snelvuurwapen.
Torpedo
Oorlogswapen, met van een explosieve lading voorzien sigaarvormig lichaam met een voortstuwings- en besturingsmechanisme, bestemd om na lancering via het water zijn weg te zoeken naar vijandelijke schepen en deze door een onderwaterexplosie uit te schakelen.

Afbeeldingen

Hr. Ms. K VIII. Bron: P. Kimenai Go2War2.

Hr. Ms. K VIII

Hr. Ms. K VIII was op 24 december 1923 via Gibraltar, Tunis, Alexandrië, het Suez-Kanaal, Aden, Colombo en Sabang, Sumatra aangekomen in Tandjong Priok, de haven van Batavia, Java. De reis was ondernomen door de nieuw te vormen Pelikaan-divisie die, behalve uit de K VIII, bestond uit Hr. Ms. K II, Hr. Ms. K VII en onderzeebootmoederschip Hr. Ms. Pelikaan en onder bevel stond van kapitein-luitenant-ter-zee E.M. Wissman. In Nederlands Oost-Indië werd Hr. Ms. K VIII samen met de overige schepen van de Pelikaan-divisie ingezet als patrouillevaartuig en voor vlagvertoon.

Op de dag dat de Duitsers Nederland binnenvielen, 10 mei 1940, werd in Nederlands Oost-Indië de algehele mobilisatie afgekondigd. Hr. Ms. K VIII werd voorbestemd om in reserve genomen te worden in Soerabaja. Op 21 december 1941 liep Hr. Ms. K XIII grote schade op door een explosie van accugas terwijl zij in de haven van Singapore lag. De onderzeeboot kon op eigen kracht, onder geleide van de torpedobootjager Hr. Ms. Van Nes, terugkeren naar Soerabaja waar de boot in reparatie ging. De meeste bemanningsleden werden overgeplaatst op de K VIII. Op 6 januari 1942 werd Hr. Ms. K VIII weer in actieve dienst gesteld door commandant luitenant ter zee (LTZ) 1 M.A.J. Derksema maar hoofdzakelijk gebruikt als lokaasboot bij Asdic-oefeningen. In februari 1942 maakte Hr. Ms. K VIII haar eerste en tevens laatste oorlogspatrouille in de Javazee en Straat Madoera. Op 2 maart keerde de onderzeeboot terug in Soerabaja om olie te laden. De volgende dag week Hr. Ms. K VIII uit naar Fremantle, West-Australië omdat de Japanners op het punt stonden om Java onder de voet te lopen. Op 12 maart kwam de oude onderzeeboot aan in Geraldton aan de West-Australische kust waar olie en victualiën ingeslagen werden. Vijf dagen later arriveerde de Nederlands onderzeeboot op haar eindbestemming.

Omdat de dieselmotoren van de oude onderzeeboot in een slechte staat waren en omdat er in Engeland grote behoefte was aan personeel voor andere Nederlandse onderzeeërs werd besloten Hr. Ms. K VIII buiten dienst te stellen en op te leggen. In afwachting van de buitendienststelling bleef de K VIII gebaseerd in Fremantle onder commando van LTZ 2 J.W. Caspers. Op 18 mei 1942 werd de K VIII definitief buiten dienst gesteld en werden de accu`s en andere bruikbare onderdelen van de oude boot gehaald. Op 27 augustus van datzelfde jaar werd de oude onderzeeboot voor sloop verkocht. In 1943 werd de gestripte romp weggesleept om ten zuiden van Fremantle op het strand gezet te worden voor verdere ontmanteling. De sleep raakte echter los en de restanten van de K VIII zonken 100 meter uit de kust in Jervoise Bay. In 1957 werd het gezonken wrak van de K VIII officieel uitgeroepen tot een navigatieobstakel in de steeds drukker bevaren Cockburn Sounds, de vaargeulen van Jervoise Bay. Het wrak werd opgeblazen waarna de meeste bruikbare metalen onderdelen verwijderd werden.

Definitielijst

Asdic
Engelse afkorting voor: Allied Submarine Detection Investigation Committee. Door de Britten gebruikt systeem om Duitse onderzeeërs op te sporen. ASDIC zond een elektronisch signaal en ving de echo van deze signalen op en zette deze om in geluid, de bekende 'ping'. ASDIC had maar een bereik van 1,5 zeemijl en er was een ervaren luisteraar nodig om een U-boot te onderscheiden van een school vissen.
divisie
Bestond meestal uit tussen de een en vier Regimenten en maakte meestal deel uit van een Korps. In theorie bestond een Divisie uit 10.000 - 20.000 man.
mobilisatie
Een leger in staat van oorlog brengen, dus eigenlijk de overgang van vredestoestand naar oorlogstoestand. Het Nederlandse leger werd gemobiliseerd op 29 augustus 1939.
torpedobootjager
(Engels=destroyer) Zeer lichtgebouwd, snel en wendbaar oorlogsschip, bestemd om door verrassingsaanvallen grote vijandelijke schepen met de torpedo tot zinken te brengen.

Afbeeldingen

Aankomst van Hr. Ms. K VIII in Soerabaja, 30 december 1923. Bron: P. Kimenai Go2War2.
Hr. Ms. K VIII in Indische wateren. Bron: P. Kimenai Go2War2.

Hr. Ms. K IX

Hr. Ms. K IX maakte van 28 februari tot 13 mei 1924, geheel op eigen kracht, de reis naar Nederlands Oost-Indië. In de Indische wateren werd de nieuwe onderzeeboot ingezet voor patrouilles en vlagvertoon in de omliggende landen. In maart 1926 bracht Hr. Ms. K IX, samen met zusterschip Hr. Ms. K VIII en Hr. Ms. K II en Hr. Ms. K VII een bezoek aan Manilla, de hoofdstad van de Filippijnen.

Vanaf 10 mei 1940 werd Hr. Ms. K IX, onder commandant LTZ 1 A.H. Deketh, ingezet als patrouille- en escortevaartuig. Op 25 januari 1941 werd LTZ 1 P.G.J. Snippe de nieuwe commandant van de Nederlandse onderzeeboot, maar al op 1 mei van datzelfde jaar nam LTZ 1 P.G. de Back deze taak van hem over. In maart 1941 werd Hr. Ms. K IX, samen met Hr. Ms. K X en Hr. Ms. K XVII, naar Straat Soenda gedirigeerd omdat het Duitse vestzakslagschip Admiral Scheer in de Indische Oceaan was gezien. De vijandelijke bovenwaterraider was onderweg om geallieerde koopvaardijschepen tot zinken te brengen en scheen op weg te zijn richting Sumatra. Bij Sabang, aan de noordpunt van het grote eiland patrouilleerden de onderzeeboten Hr. Ms. K XIV, Hr. Ms. K XV en Hr. Ms. K XVIII. De Admiral Scheer waagde zich echter niet in Indische wateren en de onderzeeboten konden hun normale patrouilletaken hervatten.

Vanaf 1 december 1941 lag de K IX in onderhoud in Soerabaja en werd tijdelijk ontheven van actieve dienst. De bemanning stapte een week later over op de K X die na een onderhouds- en reparatieperiode weer in dienst gesteld werd. Op 6 januari 1942 werd Hr. Ms. K IX weer in dienst gesteld door LTZ 2 J.W. Caspers en bemand met reserve personeel van het Marine Etablissement te Soerabaja. Nog geen twee maanden later, op 1 maart, nam LTZ 2 Th. Brunsting het commando van de oude onderzeeboot op zich en werd meteen op oorlogspatrouille gestuurd. Reeds de volgende dag moest Hr. Ms. K IX terug naar Soerabaja in verband met motorproblemen. Nadat de problemen verholpen waren week de K IX de volgende dag uit naar Fremantle om zeven officieren en zichzelf in veiligheid te brengen voor de oprukkende Japanners. Commandant Brunsting verkoos de route via Straat Alas, tussen de eilanden Lombok en Soemba, en Hr. Ms. K IX arriveerde op 13 maart behouden in de West-Australische havenstad.

Kort na de aankomst van Hr. Ms. K IX werd de oude onderzeeboot aangewezen als Asdic-oefenboot met als basis Sydney aan de Oost-Australische kust. Na daar op 12 mei 1942 te zijn aangekomen maakte de boot er in de nacht van 31 mei op 1 juni, liggende bij Garden Island langszij het logementschip HMAS Kuttabul, de aanval mee van drie Japanse dwergonderzeeboten. Eén van de minionderzeeboten, die afgezet waren door de moederonderzeeboten I 22, I 24 en I 27, lanceerde haar beide torpedo`s op de zware Amerikaanse kruiser USS Chicago. Eén van de torpedo`s explodeerde tegen de wal van Garden Island en de andere liep onder de K IX door en ontplofte onder HMAS Kuttabul. Dit schip sloeg lek, begon te zinken en werd bovenop de stuurboordzijde van Hr. Ms. K IX gezet. De wachtdivisie aan boord van de Nederlandse onderzeeboot wist te voorkomen dat het logementschip de onderzeeër mee zou trekken door de trossen te kappen. De schade aan de boot was toch behoorlijk waaronder een groot aantal gescheurde accucellen. Daarom en omdat er dringend behoefte was aan geoefend personeel voor andere boten werd besloten om ook Hr. Ms. K IX van de sterkte af te voeren. De K IX werd op 27 augustus 1942 overgedragen aan de Australische marine. De accu`s van HMAS K9, zoals de boot door de Royal Australian Navy (RAN) gedoopt was, werden vervangen voor die van zusterschip K VIII waarna de onderzeeboot dienst deed als lokboot voor Asdic-oefeningen.

Eind maart 1944 deed zich aan boord van HMAS K9 een batterijexplosie voor waarna de onderzeeboot voor de Australiërs onbruikbaar werd. De boot werd teruggegeven aan de Koninklijke Marine die besloot haar te verbouwen tot oliehulk ten behoeve van Nederlandse oorlogsschepen die Darwin aandeden. Midden mei 1945 was de verbouwing van de K9 voltooid en op 6 juni werd zij vanuit Sydney Harbour op sleep genomen door de Nederlandse mijnenveger Hr. Ms. Abraham Crijnssen. De volgende dag verloor de Crijnssen haar sleep in een storm maar de bemanning van de mijnenveger kwam daar de volgende ochtend pas achter. Een vliegtuig van de Australische marine ontdekte het wrak van de oliehulk op 9 juni op Fiona Beach, op de centrale kust van New South Wales, drie mijl westzuidwest van Sugar Loaf Point. Hr. Ms. Abraham Crijnssen deed een enkele poging om de verbouwde onderzeeboot vlot te trekken maar door de storm mislukte dat.

Op 20 juli 1945 verkocht de Commonwealth Disposals Commission het verbeurd verklaarde wrak van de K9 aan de firma Humphrey & Batt te Sydney. De nieuwe eigenaren konden het grootste deel van de 126 ton dieselolie aan boord bergen maar het lukte niet om het wrak vlot te trekken omdat het te diep in het zand lag. In de loop der jaren werd het wrak steeds verder leeggeplunderd door lokale strandjutters die het ontdeden van koperen leidingen en ander kostbaar metaal. De resten van Hr. Ms. K IX bevinden zich tegenwoordig onder een metersdikke laag zand van het strand dat ter ere van de gestrande onderzeeboot in 1977 Submarine Beach genoemd werd.

Definitielijst

Asdic
Engelse afkorting voor: Allied Submarine Detection Investigation Committee. Door de Britten gebruikt systeem om Duitse onderzeeërs op te sporen. ASDIC zond een elektronisch signaal en ving de echo van deze signalen op en zette deze om in geluid, de bekende 'ping'. ASDIC had maar een bereik van 1,5 zeemijl en er was een ervaren luisteraar nodig om een U-boot te onderscheiden van een school vissen.
kruiser
Snelvarend oorlogsschip van 8000-15000 ton, geschikt voor diverse taken als verkenning, verkenningsafweer en konvooibescherming.
torpedo
Oorlogswapen, met van een explosieve lading voorzien sigaarvormig lichaam met een voortstuwings- en besturingsmechanisme, bestemd om na lancering via het water zijn weg te zoeken naar vijandelijke schepen en deze door een onderwaterexplosie uit te schakelen.
vestzakslagschip
In het Duits: Panzerschiff. De type-aanduiding voor oorlogsschepen van de Duitse marine die formeel voldeden aan de voorwaarden (bijv. betreffende de waterverplaatsing) die Duitsland na de Eerste Wereldoorlog (1919, zie Vredesverdragen van Versailles) waren opgelegd. In feite echter hadden ze, door toepassingen van nieuwe vindingen op het gebied van pantsering, bewapening en voortstuwing, een grotere gevechtskracht dan de tonnage deed vermoeden.

Afbeeldingen

HMAS K9. Bron: Australian War Memorial.
Wrak van de K IX op Fiona Beach. Bron: Australian War Memorial.

Hr. Ms. K X

Op 25 september 1924 verliet Hr. Ms. K X de haven van Den Helder om geheel op eigen kracht de reis naar Nederlands Oost-Indië te ondernemen. Na de gebruikelijke route van de Koninklijke Marine naar de Oost te hebben genomen, via Gibraltar, Tunesië, Egypte, het Suez kanaal, Jemen en Ceylon kwam de onderzeeboot op 7 december 1924 aan in Sabang, Sumatra. In de Indische wateren werd de nieuwe onderzeeboot ingezet voor patrouilles en vlagvertoon.

Vanaf de mobilisatie in Nederlands Oost-Indië, 10 mei 1940, werd de onderzeeboot ingezet als escorte- en patrouillevaartuig onder commando van LTZ 2 C.W.Th. van Boetzelaer. Op 22 augustus van dat jaar kreeg Hr. Ms. K X te maken met een kapotte luchtpomp en het zou 6 weken duren om deze te vervangen. Op 6 november 1940 werd de onderzeeboot buiten dienst gesteld en in onderhoud genomen op het Marine Etablissement te Soerabaja. Aanvankelijk was het de bedoeling dat Hr. Ms. K X na de onderhoudsperiode in reserve genomen zou worden maar op 11 februari 1941 werd de onderzeeër weer in dienst gesteld door commandant LTZ 1 A.H. Deketh. Samen met zusterschip Hr. Ms. K IX en Hr. Ms. K XVII werd de K X in maart 1941 naar Straat Soenda gestuurd in verband met de dreiging van het Duitse vestzakslagschip Admiral Scheer.

Vanaf april 1941 lag de K X weer in onderhoud en was buiten actieve dienst gesteld. Op 8 december van dat jaar werd Hr. Ms. K X in dienst gesteld door commandant LTZ 1 P.G. de Back die met de bemanning van Hr. Ms. K IX, die voor onderhoud aan de kant ging, de boot inzette voor de lokale verdediging van Soerabaja. Eind december 1941 en in januari 1942 voerde Hr. Ms. K X verschillende oorlogspatrouilles uit in de wateren rond Borneo. Op 19 februari keerde het schip terug in Soerabaja. De onderzeeboot werd meteen in reparatie genomen daar er grote problemen waren met de dieselmotoren en de elektrische aandrijving.

In de nacht van 27 op 28 februari 1942 vertrok Hr. Ms. K X naar de Javazee met de opdracht de Japanse invasievloot, die op weg was naar Java, aan te vallen. Bij dag worden ontdekte commandant De Back twee vijandelijke kruisers die door twee torpedobootjagers begeleid werden. Onmiddellijk werden de torpedobuizen in gereedheid gebracht maar nog voordat dit gebeurd was verkende de commandant door de periscoop een derde Japanse torpedobootjager die direct dieptebommen begon af te werpen. Hr. Ms. K X dook zo snel mogelijk en wachtte op de bodem, op een diepte van bijna 50 meter, de aanval af. Pas na een uur kwam de oude onderzeeboot aan de oppervlakte en konden de accu`s opgeladen worden. Ondanks de slechte staat waarin de K X zich bevond besloot commandant De Back de vijand weer op te zoeken en een nieuwe poging te wagen Japanse bovenwaterschepen aan te vallen. Tegen middernacht verkende de Nederlandse onderzeeboot een vijandelijke torpedobootjager, die echter ook de K X had ontdekt. Het vijandelijke oorlogsschip beschoot de Nederlandse onderzeeër met kanonvuur terwijl deze zo snel mogelijk onder water ging. Doordat het achter duikroer beschadigd was door een Japanse granaat kwam Hr. Ms. K X hard op de bodem terecht waar zij wederom bestookt werd met dieptebommen. Het torenluik werd ontzet, lampen sprongen en klinknagelverbindingen begaven het. Omdat de dieptebomaanvallen voortduurden kon de onderzeeboot niet aan de oppervlakte komen waardoor zuurstofgebrek de hachelijke situatie nog verergerde. Pas de volgende middag, rond half vier, kon Hr. Ms. K X langzaam opduiken. Het aan de oppervlakte komen ging moeizaam omdat één van de ballastpompen het begeven had. Vijf uren later meerde de zwaar beschadigde onderzeeboot af in Soerabaja. De commandant beschreef de gevaarlijke tocht in zijn logboek waarbij hij niet de nadruk legde op de angst die hij en zijn bemanning hadden moeten doormaken, maar op de teleurstelling dat de onderzeeër geen schade aan vijandelijke schepen had kunnen toebrengen. “De bemanning had zich vrijwel zonder uitzondering uitstekend gedragen. Iedereen deed rustig zijn plicht. Alleen heerste er een zekere verslagenheid, omdat met dit verouderde type boot en de slechte toestand van diverse instrumenten, steeds in de moeilijkste en gevaarlijkste toestanden verkerend geen enkel succes kon worden behaald”.

De volgende dag, 2 maart 1942, werd de zwaar beschadigde onderzeeboot in het bassin van de onderzeebootbasis te Soerabaja tot zinken gebracht om te voorkomen dat zij in handen viel van de Japanners. In 1943 werd het wrak van Hr. Ms. K X door de bezetter gelicht en gebruikt als oliehulk. Eind 1945 werd de K X teruggevonden in Soerabaja en in 1946 gesloopt.

Definitielijst

mobilisatie
Een leger in staat van oorlog brengen, dus eigenlijk de overgang van vredestoestand naar oorlogstoestand. Het Nederlandse leger werd gemobiliseerd op 29 augustus 1939.
torpedobootjager
(Engels=destroyer) Zeer lichtgebouwd, snel en wendbaar oorlogsschip, bestemd om door verrassingsaanvallen grote vijandelijke schepen met de torpedo tot zinken te brengen.
vestzakslagschip
In het Duits: Panzerschiff. De type-aanduiding voor oorlogsschepen van de Duitse marine die formeel voldeden aan de voorwaarden (bijv. betreffende de waterverplaatsing) die Duitsland na de Eerste Wereldoorlog (1919, zie Vredesverdragen van Versailles) waren opgelegd. In feite echter hadden ze, door toepassingen van nieuwe vindingen op het gebied van pantsering, bewapening en voortstuwing, een grotere gevechtskracht dan de tonnage deed vermoeden.

Afbeeldingen

Hr. Ms. K X in Vlissingen, 1923. Bron: P. Kimenai Go2War2.
Hr. Ms. K X in Soerabaja. Bron: P. Kimenai Go2War2.

Besluit

Door hun ouderdom, de daarbij behorende gebreken en hun geringe offensieve waarde waren de K VIII-klasse onderzeeboten eigenlijk voorbestemd om in reservestatus de Tweede Wereldoorlog uit te zitten. Het acute gebrek aan operationele onderzeeboten noopte de marineleiding in Nederlands Oost-Indië echter om de boten toch in te zetten voor oorlogspatrouilles. De vele technische gebreken, die een rechtstreeks gevolg waren van de hoge leeftijd van de schepen van de K VIII-klasse, zorgden ervoor dat de onderzeeboten vervroegd uit dienst gesteld werden.

De opvolgende K XI-klasse werd geheel door ir. Van der Struyff en zijn medewerkers ontworpen. De drie onderzeeboten van deze klasse, Hr. Ms. K XI, Hr. Ms. K XII en Hr. Ms. K XIII, werden gebouwd op de werf van Maatschappij Fijenoord te Rotterdam. De O 9-klasse onderzeeërs werden tegelijkertijd besteld en gebouwd en waren in feite een kleinere uitvoering van de K XI-klasse. Net als de O 9-klasse werden de drie opvolgers van de K VIII-klasse voorzien van de vreemde combinatie van 53,3 en 45cm torpedolanceerbuizen wat zou leiden tot praktische en logistieke problemen. De onderzeeboten van de K XI-klasse kregen de beschikking over 6-cilinder M.A.N. dieselmotoren die door technische verbeteringen 2 x 1200 pk konden leveren. Hr. Ms. K XII zou de oudste Nederlandse onderzeeboot worden, die tijdens de Tweede Wereldoorlog vijandelijke schepen tot zinken bracht.

Afbeeldingen

Hr. Ms. K X. Bron: Australian War Memorial.

Informatie

Artikel door:
Peter Kimenai
Geplaatst op:
14-02-2011
Laatst gewijzigd:
05-04-2022
Feedback?
Stuur het in!

Gerelateerde thema's

Nieuws

Nederlandse marine was kansloos tijdens de Tweede Wereldoorlog

apr2019

Nederlandse marine was kansloos tijdens de Tweede Wereldoorlog

Onlangs verscheen het 1e deel van het naslagwerk Nederlandse marineschepen 1939-1945, geschreven door Peter Kimenai. We stelden de auteur via e-mail enkele vragen over zijn nieuwe boek. Een recensie volgt later nog.

Lees meer

1e deel van

mrt2019

1e deel van "Nederlandse marineschepen 1939-1945" door Peter Kimenai verschenen

Het eerste deel van het naslagwerk Nederlandse marineschepen 1939-1945 is in maart 2019 gepubliceerd door uitgeverij Lanasta. De schrijver is Peter Kimenai, medewerker van TracesOfWar.nl sinds 2009 en deskundige op het gebied van de Nederlandse marine in oorlogstijd. Dit eerste deel gaat over kruisers, torpedobootjagers, kanonneerboten en escorteschepen.

Lees meer

Gerelateerde boeken

Zij vochten op de zeven zeeën
Schepen van de Koninklijke Marine in W.O. II
Nederlandse oorlogsschepen 1940-1945